Blok 2.6 Samenvatting van alle problemen en colleges
64 views 8 purchases
Course
2.6 Stress and Anxiety
Institution
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Een uitgebreide samenvatting van alle 7 de problemen en de 3 colleges die gegeven zijn. Het is geschreven in het studiejaar 2018/2019 en het bevat alle artikelen die gelezen moesten worden en DSM criteria.
Stress; it’s meaning, impact and sources (Sarafino, 2014)
Er zijn twee componenten van stress, namelijk fysiek en psychologisch. Er zijn drie benaderingen die
deze componenten beschrijven/onderzoeken:
- Focus om de omgeving: stress wordt gezien als een stimulus en psychologische uitdagingen
als stressors.
- Stress als een respons: dit focust zich op de reactie van mensen op stressors. Zowel de fysieke
als psychologische reactie op een stressor wordt strain genoemd.
- Stress als een proces met stressors en strains: een belangrijke dimensie die hierbij gevoegd
wordt in de relatie tussen een persoon en de omgeving, dit worden ook wel transactions
genoemd. Het wordt dus als een proces gezien waar beide elkaar beïnvloeden. Dit verschilt
per persoon kan beïnvloed worden door gedrags-, cognitieve en emotionele strategieën.
Al bij al wordt stress gedefinieerd als de gebeurtenis waarbij transactions lijden tot discrepantie tussen
fysieke en psychologische eisen van een situatie en de middelen van iemand zijn biologische,
psychologische of sociale systemen. Stress kan door een daadwerkelijk iets komen, maar vaak wordt
er alleen gedacht dat de oorzaak bestaat. Bijvoorbeeld stress hebben voor een tentamen terwijl je
altijd goede cijfers haalt en goed hebt geleerd.
- Resources: biopsychosociale bronnen om om te gaan met moeilijke gebeurtenissen of
omstandigheden.
- Demands: de hoeveelheid bronnen die een stressor nodig lijkt te hebben.
- Discrepantie: de mismatch tussen eisen van de situatie en de bronnen van de persoon, vaak
zijn er te veel eisen in vergelijking met bronnen.
- Transaction: vaststellen van de demands, dit wordt beïnvloed door allemaal factoren zoals
ervaring en details van de situatie.
Door middel van de cognitive appraisal worden de transactions in stress beoordeeld (of stress ervaren
wordt is afhankelijk van de uitkomsten van de primary en secundary appraisal). Dit is een mentaal
proces met twee factoren: of iets het fysieke of psychologische welzijn bedreigt en de beschikbare
bronnen om hetgeen tegemoet te komen.
- Primary appraisel: er wordt eerst beoordeeld of een mogelijk stressvolle situatie invloed heeft
op het welzijn. De situatie kan beoordeeld worden als irrelevant, positief of stressvol. Situaties
die als stressvol gezien worden, krijgen een verdere beoordeling aan de hand van de volgende
drie impicaties:
o Harm-loss: de hoeveelheid schade dat al is aangericht.
o Threat: de verwachting van de toekomstige schade.
o Challenge: de mogelijkheid tot groei of voordeel wanneer de situatie aangegaan
wordt.
- Secundary appraisal: dit verwijst naar onze beoordeling van middelen die beschikbaar zijn
voor het omgaan met stress (coping).
Appraisal kan ook stress veroorzaken wanneer het niet direct gerelateerd aan onszelf is. Een
voorbeeld is het experiment waarbij studenten een film te zien krijgen waarbij er is de penis van een
jongen gesneden wordt met een steen. Dit experiment bestond uit vier groepen met elk een andere
conditie: 1 zonder geluid, 2 een stem die die alle gevaren beschreef, 3 een stem die pijn en gevaar
vermeed en er een positieve draai aan gaf en 4 die kijkers motiveerde om afstandelijk naar te kijken.
Er kwam naar voren dat de personen in conditie 2 meer stress ervaarden dan die in 3 en 4. Vicarious
stress is de stress die iemand ervaart wanneer het om een ander persoon gaat.
2
,Of een situatie beoordeeld wordt als stressvol hangt af van twee factoren, namelijk persoon
gerelateerde factoren of situatie gerelateerde factoren.
- Persoonlijke factoren bevatten intellectuele, motivatie en persoonlijkheidseigenschappen,
bijvoorbeeld zelfvertrouwen. Mensen met veel zelfvertrouwen zullen een stressvolle situatie
eerder als een uitdaging zien. Hoe belangrijker een doel is voor iemand, hoe meer stress deze
persoon zal ervaren. Ook mensen met irrationele overtuigingen hebben een grotere kans op
gestrest te raken. De neiging om elk klein issue als een enorm probleem te zien, wordt
perfectionisme genoemd.
- Situationele factoren zorgen vaak voor meer stress wanneer er strenge eisen aan verbonden
zitten met bedreigingen. Andere factoren die voor stress kunnen zorgen zijn grote
veranderingen in het leven (bv verhuizen), lastige timing (bv op je 15e een kind krijgen),
dubbelzinnigheid/vaagheid (bv behandeling opties), weinig controle.
De hoeveelheid stress die iemand ervaart verhoogt met de frequentie, intensiteit en duur van
stressoren. Veel mensen ervaren chronische stress, deze stress komt vaak voor en/of duurt lang, dit
verlaagt het immuunsysteem.
De fysiologische reactie op een stressor wordt ook wel reactivity genoemd. Bij gevaar of stress raakt
het lichaam geprikkeld en gemotiveerd om zichzelf te verdedigen. Deze arousal wordt veroorzaakt
door het sympathische zenuwstelsel en het endocriene systeem.
De fight-or-flight respons is een beschrijving van hoe het lichaam op noodgevallen reageert, de
bedreiging wordt aangevallen of er vindt een vluchtreactie plaats. Bij gevaar stimuleert het
sympathische zenuwstelsel vele organen, zoals het hart en de bijnieren van het endocriene systeem
wat adrenaline loslaat.
General adaption syndrome (Seyle): de
fysiologische reacties bij langdurige stress, dit
verloopt in drie fases:
- Alarm reactie: verhoogde activiteit van
het sympathisch zenuwstelsel, wat het
lichaam klaar maakt voor korte noodactiviteiten. Het sympathische zenuwstelsel activeert
organen via directe zenuwverbindingen, waaronder de bijnieren die adrenaline en
noradrenaline in de bloedstroom vrijlaten. Ook wordt de hypothalamus pituitary-adrenal axis
(HPA) geactiveerd, de hypothalamys activeert de hypofyse om ACTH vrij te laten, wat ervoor
zorgt dat de bijnieren cortisol vrijlaten.
- Stage of resistance: als een sterke stressor aanhoudt wordt het zenuwstelsel minder
belangrijk en gaat de HPA-activatie overheersen. In deze fase probeert het lichaam de stressor
aan te passen. De door de bijnieren vrijgelaten hormonen worden bijgevuld en de
fysiologische arousal blijft. Dit zorgt ervoor dat nieuwe stressoren niet tegen kunnen worden
gegaan, dit kan zorgen voor gezondheidsproblemen.
- Exhaustion: na een intensieve, langdurige stressperiode komt het lichaam in deze fase. Het
zenuwstelsel en immuunsysteem hebben niet meer de energie om hun verhoogde activiteit te
behouden waardoor de persoon moe, inactief en kwetsbaar wordt.
Het effect van het steeds opnieuw aanpassen van het lichaam aan nieuwe stressoren wordt allostatic
load genoemd. Hoge levels hiervan zijn gerelateerd aan een slechte gezondheid bij kinderen en
ouderen. Er zijn vier belangrijke factoren voor de algemene hoeveelheid lichaamsactivatie of
fysiologische stress:
- Amount of exposure: wanneer er meer frequente, intense of aanhoudende stressoren worden
getreft, wordt er waarschijnlijk met een grotere hoeveelheid fysiologische activatie
gereageerd.
3
, - Magnitude of reactivity: sommige personen zullen als reactie op een stressor een hoge
bloeddruk of stresshormoon krijgen terwijl anderen maar kleine veranderingen ondergaan.
- Rate of recovery: bij sommige mensen gaat het lichaam sneller terug naar normaal na een
stressvolle situatie dan bij anderen.
- Resource restoration: de bronnen die gebruikt worden bij fysiologische belasting worden
aangevuld door verschillende activiteiten, slaap is hierbij een erg belangrijke.
Volgens Marianne Frankenhaeuser hangt het patroon van fysiologische arousal door stress af van
twee factoren:
- Effort: iemand zijn interesse, streven en vastberadenheid.
- Distress: angst, onzekerheid, verveling en ontevredenheid.
Hier kunnen drie combinaties mee gemaakt worden:
- Effort + distress: verhoging van zowel catecholamine als cortisol.
- Effort – distress: vrolijke staat met actieve en succesvolle coping en hoge persoonlijke
controle, gaat samen met een verhoging van catecholamine en een onderdrukking van
cortisol.
- Distress – effort: gevoelend van hopeloosheid, controleverlies en opgeven, gaat samen met
verhoogde cortisol levels.
Cognitie en stress: hoge stress levels hebben invloed op het geheugen en de aandacht van mensen.
Een angst om te falen kan de aandacht belemmeren die nodig is voor goede prestaties op een
examen. Stress kan ook het cognitief functioneren aantasten door afleiding, geluid kan ook een
stressor zijn.
- Executive functioning: een set van cognitieve mogelijkheden die betrokken zijn bij de regulatie
en richting van ons gedrag. Deze cognitieve functies kunnen helpen bij stressvolle situaties
maar stress kan deze functies ook tijdelijk ontwrichten.
Emoties en stress: emoties hebben de neiging om hand in hand samen te gaan met stress en mensen
gebruiken hun emotionele staat vaak om hun stress te evalueren. Angst is een emotionele reactie van
ongemak en fysieke opwinding als we ons bedreigd voelen. Stress kan ook leiden tot depressieve
gevoelens of woede.
Geslacht en socioculturele verschillen in stress: vrouwen ervaren meer stress dan mannen, dit kan
komen doordat het als vrouw meer acceptabel is om dit toe te geven of omdat vrouwen in de tijd van
nu naast hun werk ook nog veel huishoudelijke klussen doen en voor de kinderen zorgen. Ook mensen
met een lager inkomen of een slechtere educatie hebben vaker last van chronische stress.
Stress meten:
- Psychosociale arousal: polygraph is de grafische weergave van verschillende arousal indexen
als bloeddruk, hartslag, ademhaling, etc. Er wordt gebruik gemaakt van een biochemische
analyse van bloed/urine/speeksel om het hormoonlevel die afgegeven wordt door de
bijnieren te meten. Deze twee soorten hormonen zijn corticosteroïden (waaronder cortisol)
en catecholamines (waaronder epinefriene en norepinefrine).
- Life events: grote gebeurtenissen die wat aanpassing vereisen, dit wordt gemeten met de
social readjustment rating scale: een lijst van 43 levensgebeurtenissen die stress veroorzaken,
welke meegemaakt zijn moeten aangevinkt worden en bij elkaar worden opgeteld.
- Daily hassles: stressbronnen die we wekelijks of maandelijks ervaren, sommige mensen
hebben hier er meer van dan anderen. Hassle scale meet het aantal en het soort
stressmomenten die in de afgelopen maand hebben plaatsgevonden. Uplifts scale meet het
aantal leuke of vredige momenten van de afgelopen maand.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller estherseverins. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.