100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting klinische vraagstukken D5 huidaandoeningen $4.88   Add to cart

Summary

Samenvatting klinische vraagstukken D5 huidaandoeningen

 58 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting klinische vraagstukken D5 huidaandoeningen

Preview 4 out of 33  pages

  • April 13, 2019
  • 33
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting huidaandoeningen


Samenvatting klinische vraagstukken Huidaandoeningen

Anamnese en dermatologische inspectie

Op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek is vaak een dermatologische diagnose al te stellen.
Aanvullend/laboratorium onderzoek is zelden nodig om een diagnose te stellen/uit te sluiten.

Bij een dermatologische anamnese is het belangrijk om te vragen naar:
- Ontstaanswijze, plaats en duur
- Beloop en recidief
- Invloed van allerlei factoren (stress, hobby’s, reizen, seizoen, medicatie etc)
- Jeuk en pijn, verstoring van de nachtrust
- Gezinsleden/huidgenoten met soortgelijke aandoeningen
- Therapie tot nu en effect daarvan
- Cognities en emoties

Meer algemene factoren die ook informatie kunnen geven:
- Bekendheid met andere (huid)ziekten
- Familiaire belasting
- Voorkomen van astma, hooikoorts, eczeem (atopie) bij de patiënt/familie
- Medicijngebruik

Diagnostiek: morfologisch onderzoek  morfologische groep  DD  waarschijnlijkheidsdiagnose

Monomorf = bestaand uit één soort efflorescentie
Polymorf = bestaand uit veel efflorescenties die na/naast elkaar optreden

Hulpmiddel bij klinische diagnostiek: PROVOKE
- Plaats
- Rangschikking
- Omvang
- Vorm
- Omtrek
- Kleur
- Efflorescenties

P: plaats
- Belangrijke, niet zo opvallende locaties: op het behaarde hoofd, bij de haargrens, in de nek, bij
de oren, in de oksels, submammair, genitalia, onder de voeten, tussen de tenen, nagels en
slijmvliezen
- Symmetrisch/asymmetrisch

R: rangschikking
- Zegt iets over de uitbreiding en de onderlinge samenhang en kan zijn:
o Gegroepeerd
 Annulair/ringvorming
 Lineair/lijnvormig
 En bouquet/herpetiform (dicht op elkaar)
 Corymbiform (moederlaesie met satellieten)
o Gedissemineerd (gegeneraliseerd en min of meer gelijkmatig verdeeld/niet
gegroepeerd)
o Diffuus (aaneengesloten)
o Discreet (van elkaar gescheiden)
o Reticulair (netvormig)


1

,Samenvatting huidaandoeningen


o Confluerend (samenvloeiend)
o Folliculair (gebonden aan follikels)
o Circinair (kringvormig, onderbroken ringvormig)
o Concentrisch (rond een middelpunt gevormd)
o Kokardevormig (schietschijfvormig/rozet)
- De uitbreiding kan zijn:
o Solitair (één laesie)
o Circumscript (omschreven = beperkt tot een klein gebied)
o Regionaal (een groter gebied)
o Segmentaal (in het verzorgingsgebied van één ganglion)
o Gegeneraliseerd (groot gedeelte van de huid)
o Universeel (over de hele huid)

O: omvang
- Wordt bepaald door het aantal laesies en de grootte van de individuele laesies
- Aantal: het liefst zo nauwkeurig mogelijk (tot op tien-/honderdtallen)
- Grootte: het liefst opmeten. Bij wisselende grootte of lage relevantie de grootte uitdrukken in:
o Milliair (gerstekorrel): 1-2 mm
o Lenticulair (linze): 3-10 mm
o Nummulair (munt): 1-3 cm
o Kinderhandpalmgroot: 3-5 cm
o Handpalmgroot: 5-10 cm

V: vorm
- Meestal wordt hiermee de tweedimensionale vorm bedoeld:
o Rond/ovaal
o Polygonaal (veelhoekig)
o Polycyclisch (veelbochtig)
o Rechthoekig
o Lineair (lijnvormig)
o Gegyreerd (geslingerd)
o Dendritisch (vertakt)
o Grillig
o Annulair (ringvormig)
- Alles wat verheven is, heeft ook een driedimensionale vorm:
o Bolrond (koepelvormig)
o Bolrond met indeuking
o Hemisferisch (bol segment)
o Vlak
o Spits (kegelvormig)
o Gesteeld
o Hobbelig
o Opgeworpen rand

O: omtrek
- Varieert van lijnscherp, scherp en matig/redelijk scherp tot onscherp

K: kleur
- De meeste dermatosen zijn lichtrood, waarin onderscheid te maken valt tussen:
o Erytheem (wegdrukbare roodheid door bloedvatverwijding)
o Purpura (niet-wegdrukbare roodheid tot erytrocytenextravasatie)




2

,Samenvatting huidaandoeningen


o Roodheid die een ‘appelmoeskleur’ krijgt bij diascopie (bij granulomateuze
ontsteking)



E: efflorescenties
- Macula: omschreven kleurverandering in het niveau van de huid zonder andere epidermale of
dermale afwijkingen
- Dyschromia: niet nader omschreven kleurverandering van de huid die niet berust op
vaatverwijding
- Erytheem: niet nader omschreven rode kleurverandering van de huid die berust op
vaatverwijding (wegdrukbaar)
- Purpura: zichtbare bloeding van de huid of slijmvliezen (niet-wegdrukbaar)
- Teleangiëctastieën: blijvende verwijdding van kleinere bloed of lymfevaten (wegdrukbaar)
- Papel: circumscripte solide verhevenheid van de huid (<1cm) die ontstaan is door cel-,
weefsel- of vochttoename en die geneest zonder littekenvorming (oppervlakkig)
- Urtica: vlakke circumscripte vluchtige verhevenheid van de huid ten gevolge van
oedeemvorming in de dermis, ontstaan door vasodilatatie en verhoogde vasopermeabiliteit
- Nodulus: circumscripte palpabele weerstand in de cutis of subcutaan gelegen, al dan niet
boven de huid verheven (<1cm), over het algemeen genezen met littekenvorming (maar dit is
niet altijd zichtbaar)
- Nodus: als nodulus maar dan >1cm
- Tuber/tumor: solide uitstekend verhevenheid van de huid > 1 cm
- Plaque: solide vlakke verhevenheid van de huid > 1 cm
- Vesikel: zichtbare holte gevuld met helder vocht, zonder eigen wand, < 1 cm gelegen in de
epidermis
- Bulla: als vesicula, > 1 cm, subcorneaal, intra- of subepidermaal gelegen
- Pustel: zichtbare holte gevuld met purulent vocht zonder eigen wand, < 1cm, meestal in de
epidermis gelegen
- Squama: loslatend conglomeraat van hoorncellen (schilfer)
- Crusta: korst die samengesteld is uit ingedroogd exsudaat, bloed, cellen, necrotisch materiaal
of vuil
- Comedo: een afgesloten talgklieruitvoergang met ophoping van talgkliermateriaal
- Lichenificatie: vergroving van het huidreliëf
- Eczeem: polymorfe eruptie, bestaat uit het na of naast elkaar voorkomen van erytheem,
squamae, papulae, vesiculae, natten, crustae en lichenificatie
- Erosie: een defect van de huid beperkt tot de epidermis (bij erosie worden geen bloedingen
gezien)
- Excoriatie: een iets dieper gelegen epimodernaal defect (hierbij zijn puntvormige bloedingen
zichtbaar)
- Vulnus: een defect van de huid zonder een onderliggend pathologisch proces
- Ulcus: een defect van de huid tot in de subcutis met geen of geringe tendens tot genezing,
ontstaan naar voorafgaande huidverandering
- Ragade (fissuur): een inscheuring van de huid variërend van oppervlakkig tot diep
- Atrofie: een afname van het volume der huidsamenstellende bestanddelen
o Kenmerken van epidermale atrofie
 Dun, iets verzonken
 Plooibaar (sigarettenpapier)
 Doorschemeren van vaten
 Verdwijnen van adnexen

Huidschilfering (squamae) wordt verder onderverdeeld in:
- Piryriasiform (zeer klein, lijkt poeder)
- Psoriasiform (plaatjesvormig, wit, zilverachtig glanzend (kaarsvet))



3

, Samenvatting huidaandoeningen


- Ichthyosiform (visschubachtig, in rijen naast elkaar, ruitvormig)
- Keratotisch (eeltvormig, brokkelig)
- Collerette (kraagvormig, ringvormig kransje met schilfers (dat o.a. overblijft na het
openbarsten van een vesicula)
- Craquelé (gebarsten, grof netwerk van fijne barstjes)
- Seborroïsch (geel, vettig)
Bij adequaat onderzoek (bv palpatie) kunnen ook de volgende kenmerken onderzocht worden:
- Oppervlak: glad/ruw, geplooid/gerimpeld, verruceus, papillomateus, nattend, pussend
- Consistentie: week/zacht, stevig/vast/elastisch, hard, fluctuatie, pitting oedeem,
infiltratie/induratie
- Sensibiliteit: hyper- en hypesthesie

Beter bekijken van laesies kan met een vergrootglas of een dermatoscoop. Een dermatoloog is een
vergrootglas met een ingebouwde lichtbron.

Aanvullend onderzoek

De circulatie kan beoordeeld worden met functieproeven, aangevuld met vaatonderzoek:
- Dopplermetrie (bloedflowonderzoek), zowel veneus als arterieel te gebruiken
- Duplex onderzoek (combinatie van doppler en echografie)
- Lichtreflectie-rheografie (plethysmografie)
o Bij vermoeden op veneuze insufficiëntie, hierbij wordt de vulling van de
oppervlakkige dermale vaatplexus bepaald voor en na activiteit van de kuitspieren
- Flebografie (röntgenonderzoek van venen in benen), arteriografie, lymfografie,
lymfescintigrafie
- Veneuzedrukmeting
- Temperatuurmeting door infraroodfotografie

Allergologisch onderzoek
- Priktest
o Geschikt voor type I allergieën (vooral inhalatieallergie)
o De allergenen worden percutaan in de oppervlakkige huid van de onderarm geprikt
o Bij een allergische reactie ontstaat er binnen 20 minuten na injectie een urtica
o Evt kan ook het IgE in het bloed tegen bepaalde allergenen getest worden (RAST)
- Plaktest
o Geschikt voor type IV allergieën (contactallergie)
o Allergenen worden op de rug aangebracht
o 48 uur en 72/96uur na applicatie moet de test afgelezen worden
- Bij twijfel kan een ROAT (repeated open application test) gedaan worden, bij de patiënt
gedurende twee weken het allergeen in de elleboogplooi aanbrengt
o Let op: dit kan juist weer sensibilisatie veroorzaken!

Combinaties van allergische reacties
- Gekoppelde allergie
o Bijvoorbeeld voor verschillende metalen
- Groepsallergie
o Allergie voor chemisch verwante stoffen
- Polyvalente allergie
o Allergie voor niet-verwante stoffen

Type I allergie
De Ag-presenterende cellen presenteren na contact met het allergeen, het allergeen aan
gespecialiseerde lymfocyten in de huid en/of slijmvliezen van luchtwegen en maagdarmstelsel deze
lymfocyten reageren met de aanmaak van immuunglobulines, met name IgE bij atopie (B-celreactie)


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller KimVandenput. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78252 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.88
  • (0)
  Add to cart