VZ 3.1: Moe maar niet kunnen slapen
o De aspecten rondom de functie, stadia en beïnvloedende factoren van het slaap-waakritme
benoemen.
o Verschillende slaapproblemen bij zorgvragers en de gevolgen hiervan op het dagelijks
leven herkennen.
o Noemen wat de verpleegkundige taken zijn om het slaap-waakritme te bevorderen.
Functie van slapen: herstellen van weefsels en stoffen en goede stofwisseling
Stadia/fasen van slapen:
Non-REM-Slaap
Stadium 0 Ontspanning
Stadium 1 Sluimerstadium: lichaamsfuncties vertragen verder, spieren ontspannen
Stadium 2 Totale ontspanning: schokken, in slaap vallen, je kan makkelijk wakker worden
1 slaapcyclus Stadium 3 Moeilijk te wekken: bloeddruk en lichaamsfuncties dalen
Stadium 4 Lichamelijk herstel: er komt groeihormoon vrij zodat je weefsels en stoffen
Ong. 90 min. herstellen. (oudere volwassenen gaan niet in stadium 4)
REM-slaap
Stadium 5 REM-slaap: dromen
Slapeloosheid = een verstoring van de duur en kwaliteit van het slapen waardoor het
functioneren verstoord wordt. Dit geldt wanneer iemand minstens 3 keer per week slecht slaapt.
Klachten zijn in moeilijk in slaap vallen, slaperigheid overdag en moeilijk wakker worden.
Vermeende slapeloosheid = minstens 3 keer per week slecht slapen, maar overdag geen
klachten.
Kortdurende slapeloosheid = slapeloosheid gedurende < 3 weken.
Langdurige slapeloosheid = slapeloosheid gedurende > 3 weken.
Hypersomnie = continue de drang om overdag vaak in slaap te vallen.
Slaapstoornis = stoornis in het slaap- en waakpatroon. (4 op de 5 mensen met een slaapstoornis
weten niet dat zij deze stoornis hebben)
Verstoorde slaap = kortdurende onderbreking van de duur en de kwaliteit van de slaap als
gevolg van externe factoren.
Negatieve conditionering = naar bed gaan en in een negatieve spiraal zitten ‘ik ga naar bed toe,
maar ik kan toch niet slapen’.
Beïnvloedende factoren slecht slapen
Omgeving: niet rustig, lawaai, dieren in de omgeving, te koud of te warm
Lichamelijk ongemak: pijn, honger, dorst, hoesten, plassen
Psychologische factoren: psychiatrische en neurologische ziektebeelden
Gevolgen slecht slapen
Snel geprikkeld
, Chagrijnig
Weinig energie
Geen zin om dingen te doen
Vermoeidheid
Oorzaken vermoeidheid:
- Te weinig eten
- Te laag Hb
- Sociale druk
- Overprikkeling
- Slecht zien
- Ziektes als HVZ, nierfalen
Gevolgen vermoeidheid:
- Lichamelijk: verminderde lichamelijke activiteit, verminderde zelfredzaamheid,
verlaagde weerstand
- Geestelijk: depressie, angst
- Sociaal: eenzaam
Verpleegkundige interventies om slaap- waakritme te bevorderen
Slaapvoorlichting
Slaaphygiëne: rust in ruimte, temperatuur
Therapie
Slaapmedicatie
Meten:
Fysiologische metingen
- Actometer (bewegingsmeter)
- Polysomnografie (PSG)
Vermoeidheid meten
- Anamnese
- Scorelijst, zoals FSS
Chronische slapeloosheid is een van de meest voorkomende gezondheidsproblemen in Nederland.
Slapeloosheid is de allerbelangrijkste risicofactor voor het ontstaan van een depressie, en maakt
mensen kwetsbaar voor het ontwikkelen van een posttraumatische stressstoornis.
Klinisch redeneren
KR 3.1: Redeneren & onderzoekende houding in de GGZ
o Beschrijven wat er onder onderzoekende houding en onderzoekend vermogen wordt
verstaan.
o Verduidelijken wat de relatie tussen kritisch denken en het verpleegkundig proces is.
Onderzoekende houding = nieuwsgierigheid, willen weten en begrjpen, open houding, oordeel
kunnen uitstellen, kritisch zijn, tot inzicht willen komen, gerichtheid op bronnen en willen
voortbouwen op eerdere opvattingen, onderdeel willen zijn van leergemeenschap, gerichtheid op
zeker weten enz.
Onderzoekend vermogen = steeds opnieuw kritisch afwegen welk zorgaanbod het best past bij
de patiënt en het best aansluit bij beschikbare kennis over het patiëntprobleem. Onderzoekend
vermogen moet leiden tot reflectie, EBP en innovatie.
Om je onderzoekend vermogen te kunnen ontwikkelen, heb je een onderzoekende houding nodig.
Kritisch denken = een doelgerichte, mentale activiteit waarmee ideeën worden gevormd,
geëvalueerd en beoordeeld. Kritisch denken is zowel een houding als redeneringsproces, waarvoor
bepaalde intellectuele vaardigheden vereist zijn.
Kritisch denken binnen het verpleegkundig proces
Anamnese
Diagnose
Planning van de resultaten
Planning van de interventies
Uitvoering
, Evaluatie
Relatie kritisch denken en verpleegkundig proces
Verpleegkundigen gebruiken feiten die ze hebben onthouden samen met nieuwe gegevens om
besluiten te nemen, nieuwe ideeën te genereren en problemen op te lossen. Om verpleegkundige
kennis toe te passen in de verpleegkundige praktijk, moeten verpleegkundigen kritisch denken.
Redenen waarom verpleegkundigen kritisch moeten denken:
Verpleegkundige is een toegepaste wetenschap:
Basiskennis in iedere nieuwe situatie met cliënt. Mogelijk onvoldoende en tegenstrijdige
gegevens, onbekende oorzaken, ontbreken standaardantwoord- of oplossing.
Bij het hanteren van zulke problemen moet je weten hoe je je kennis kunt gebruiken. Deze
vaardigheden vereisen kritisch denken.
Verpleegkunde gebruikt kennis uit andere vakgebieden
Om in staat zijn om gegevens over de patiënt te interpreteren en interventies te plannen, is
kennis nodig uit andere vakgebieden.
Verpleegkundigen hebben te maken met veranderingen in stressvolle situaties
Wanneer verpleegkundigen anticiperen of reageren op veranderingen, moeten ze hun
besluiten baseren op kennis en rationeel denken om zo, onder stress, juist te reageren.
Verpleegkundigen nemen veel, gevarieerde en belangrijke besluiten
Verpleegkundigen denken kritisch wanneer ze gegevens verzamelen en deze correct
interpreteren om een helder beargumenteerd en goed besluit te nemen.
KR 3.2: Verslaglegging
o Benoemen welke gegevens op welke manier vastgelegd worden binnen het
verpleegkundige proces.
o Verschillende methoden voor verslaglegging beschrijven.
De voortgangsrapportage is onderdeel van het dossier van de patiënt.
Manieren van verslaglegging binnen het verpleegkundig proces
1) De initiële verpleegkundige anamnese (opnamegegevens)
2) Het individuele, verpleegkundig zorgplan
3) De verpleegkundige voortgangsrapportage (informatie over voortgang van patiënt ten
aanzien van de resultaten)
4) Lijsten (bijv. temperatuurlijsten, medicatielijsten) (vastleggen van routinematig verkregen
anamnesegegevens en interventies of om steeds terugkerende interventies)
5) Samenvatting bij ontslag (overzicht van de zorgverlening)
Goede verslaglegging bestaat uit:
1) Gegevensverzameling of anamnese is van belang voor vaststellen en beschrijven van
ondersteuningsvragen/zorgproblemen/verpleegkundige diagnosen.
2) Ondersteuningsvragen/zorgproblemen/verpleegkundige diagnosen zijn van belang voor het
zorgplan en de planning van de zorg.
3) Zorgplan is van belang voor de te verlenen zorg.
Het bevat:
- Ondersteuningsvragen/zorgproblemen/verpleegkundige diagnosen
- Interventies en andere handelingen
- Beoogde resultaten/doelen
- Termijn waarbinnen een resultaat/doel behaald moet zijn
- Hoe nagegaan wordt of het resultaat/doel behaald is
- Wie (onderdelen van) het zorgplan uitvoert.
4) Voortgangsrapportages zijn van belang voor het bijsturen van de zorg en de continuïteit in
de zorgverlening.
Besteedt aandacht aan:
- Vastgestelde ondersteuningsvragen/zorgproblemen/verpleegkundige diagnosen,
aanpassingen daarin en redenen voor aanpassing.
- Afwijkende en nieuwe interventies en handelingen en de reden.
- Bijstelling beoogde resultaten en de reden.
- Informatie die van invloed is op de totale (multidisciplinaire) zorgverlening en
behandeling.
- Observaties van omstandigheden of gebeurtenissen die tot bijstelling van de zorg
kunnen bieden.
, 5) Evaluaties zijn van belang voor het beoordelen van de zorgverlening en de resultaten en
voor bijstelling van het zorgplan. Langdurige zorg wordt minimaal 2 keer per jaar
geëvalueerd.
Methoden verslaglegging
De SOAP-methode:
S – Subjectieve gegevens
O – Objectieve gegevens
A – Analyse/beoordeling (verklaring/toelichting van subjectieve en objectieve gegevens)
P – Plan
Geïntegreerde zorgplannen: ook wel klinische paden.
Beschrijvende methode: met behulp van paragrafen worden interventies, resultaten van de
patiënt en de gebeurtenissen in chronologische volgorde beschreven. Bekendste manier
van verslaglegging.
KR 3.3: Zorgleefplan
o Beschrijven wat de doelen van het zorgleefplan zijn.
o De structuur en opbouw benoemen van het zorgleefplan.
o Benoemen hoe het zorgleefplan toegepast kan worden.
Doelen zorgleefplan
Elke patiënt heeft een eigen zorgleefplan.
Invulling aan vier domeinen van kwaliteit van leven (structuur/opbouw zorgleefplan)
1) Lichamelijk welbevinden / gezondheid
2) Woon-/leefomstandigheden
3) Participatie (bijv. dagbesteding, sociaal leven, samenleving, persoonlijke interesses)
4) Mentaal welbevinden
Aansluitend bij persoonlijke mogelijkheden, beperkingen, behoeften en voorkeuren
(passend/cliëntgericht)
Geschikt voor het beoogde doel, professioneel doeltreffend (adequaat)
Beeld van gezondheidssituatie, prognose daarvan, samenhangende gezondheidsrisico’s,
professionele maatregelen
Toepassen van het zorgleefplan
Het zorgleefplan is primair een werkdocument voor zorgprofessionals en cliënten in de dagelijkse
zorgverlening. In veel gevallen multidisciplinair. Heeft een onmisbare functie bij het organiseren en
realiseren van verantwoorde zorg (aandacht en zorgzaamheid voor patiënten op alle
levensdomeinen en het kunnen signaleren van gezondheidsrisico’s van patiënten, en daarnaar te
handelen)
In het zorgleefplan wordt voor en met iedere patiënt zijn/haar perspectief op kwaliteit van leven
vertaald in doelen, concrete activiteiten en afspraken die bepalend zijn voor het handelen van
professionals. Goede communicatie is belangrijk.
KR 3.4: EPD
o Beschrijven wat de voordelen zijn van het gebruik van een EPD voor de zorgvrager en de
beroepsoefenaar in de zorg.
Voordelen EPD
Productiviteit neemt toe (tijd die je kwijt vent aan verslaglegging neemt af).
Nauwkeurigheid verbetert en verslaglegging is betrouwbaar.
Tevredenheid en professionele praktijkvoering van verpleegkundige neemt toe.
Informatie wordt gemakkelijk en op verschillende manier verkregen (invullen verschillende
formulieren is niet nodig).
Gegevens, verzoeken en resultaten kunnen snel worden opgevraagd en verzonden.
Computer kan gegevens direct aflezen van meetapparatuur.
Gegevens zijn recent.
Duidelijk leesbaar.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller thirzahuisintveld. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.