100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting van het boek strategische operationele marketingplanning Kernstof - B. ( 4 ) $6.64   Add to cart

Summary

Samenvatting van het boek strategische operationele marketingplanning Kernstof - B. ( 4 )

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Zeer uitgebreide en duidelijke samenvatting van het boek strategische en operationele marketingplanning Kernstof -B. H 13 t/m 16. Auteurs: Gebrand Rustenburg, Ton de Gouw, Allert de Geus.

Preview 7 out of 33  pages

  • No
  • Hoofdstuk 13 t/m 16
  • May 17, 2024
  • 33
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
dekkingsbijdrage per product per vierkante meter schapruimte of in andere eenheden te meten. Het
DPP-concept steunt op een marge-kostenanalyse. Op basis van de verkregen informatie kunnen
beleidsondersteunende maatregelen worden genomen, dat wil zeggen het verbeteren van de
opbrengsten. De interesse voor het DPP-model is de laatste jaren sterk toegenomen, vanwege:

 De hevige concurrentie tussen de verschillende winkelformules, wat resulteert in lagere
marges, zeker wanneer de marktgroei gering is
 Het toenemend aantal producten c.q. merken, wat leidt tot een ‘schapoorlog’
 De technologische vooruitgang op automatiseringsgebied

De strategische besluitvorming binnen vele functionele gebieden kan worden onderbouwd met
behulp van DPP-informatie en wel op 2 manieren:

 DPP geeft inzicht in de opbouw van de logistieke kosten ( DPC=direct product costs ). Met
deze informatie ka de distributiestructuur worden geoptimaliseerd, zowel de efficiency in het
interne logistieke traject, als aan de zijde van de leverancier c.q. fabrikant, bijvoorbeeld de
verpakkingseenheden, de aanleverfrequentie, het transport en de opslag

 DPP vervangt de brutomarge als maatstaf. Als zodanig heeft DPP invloed op:
Prijsbeslissingen, assortimentsamenstelling, presentatiewijze, reclame- en promotiebeleid,
winkelindeling en schapoptimalisatie, onderhandelingspositie tussen leverancier en detaillist,
bijv over de marges, het productvolume, het verpakkingsontwerp en de productinnovatie


DPP maakt vele facetten van producten transparant, keuzes kunnen gemakkelijker worden gemaakt
om tegen de laagste kosten de hoogste winst te behalen. DPP raakt zowel de leverancier / fabrikant
als de distribuant. Het DPP-systeem wordt met name toegepast voor fast moving consumer goods
met vrij een stabiel karakter.

Voor seizoens-en modegevoelige producten wordt het direct assortment profitability system ( DAP-
system ) gebruikt. Het DAP-systeem heeft betrekking op een assortiment producten per eenheid
winkelruimte.

Marketingmix van de detaillist
De marketingmix van de detaillist noemt men retail- of winkelmix. Het aantal P’s is uitgebreider dan
gebruikelijk en bestaat uit:

 Productassortiment
 Prijs
 Plaats van vestiging
 ( Ph ) Fysieke distributie of logistiek
 Promotie
 Presentatie ( in de winkel )
 Personeel en service

De retailmix is een concrete invulling van de winkelformule. Dat laatste definiëren we als volgt:

De winkelformule is de totaalpropositie waarmee een detaillist een bepaalde doelgroep probeert aan
te trekken en zich aan te binden.

De drie basiselementen van een winkelformule zijn:

,  Het productassortiment, anders gezegd: wat zijn de assortimentsdimensies ( breedte, diepte,
hoogte, lengte en consistentie? )
 De gekozen doelgroepen: wie willen we met name bedienen?
 De positionering: de gepercipieerde prijs-kwaliteitsverhouding ten opzichte van de
concurrentie

De winkelfunctie, naam en positionering, vertaald in concrete retailmixelementen, resulteren
uiteindelijk in de drie R’s van Storm, de zogenoemde output-elementen:

1. Ruil ( verkoop ) wordt bevorderd door differentiatie in de markt
2. Relatie wordt bevorderd door een effectieve en duurzame klantenbinding
3. Reputatie is verbonden aan een positief imago en merkbeleving van de winkelnaam

Het ‘Channel Migration Process’ bestaat uit vier stappen:

1. Maak een analyse van de bestaande kanalen
2. Maak een waardecurve voor het nieuwe kanaal
3. Mobiliseer steun voor kanaalmigratie
4. Manage actief mogelijke kanaalconflicten

Er worden vier stappen onderscheiden om een kanaalconflict te identificeren:

1. Bedienen de verschillende kanalen daadwerkelijk dezelfde afnemers?
2. Profiteren de kanalen al dan niet van elkaars acties?
3. Is de afnemende winstgevendheid van het ene kanaal wel het gevolg van het oprukken van
het andere kanaal?
4. Is de achteruitgang van een kanaal schadelijk voor de fabrikant?

13.2 Communicatie

We kennen de volgende communicatiefuncties:

 Informatieverstrekking aan afnemers, waaronder leden van een DMU
 Identificeren van prospects
 Verhogen van bekendheid, denk aan het adoptieproces
 Ondersteunen van de persoonlijke verkoop; in industriele markten is deze ondersteuning de
belangrijkste functie van reclame
 Ondersteunen van de tussenhandel ( pushstrategie )
 Bevorderen van de vraag ( pullstrategie )

Media-inflatie: door de toename van het aanbod aan reclameboodschappen via de massamedia
ontstaat er bij het publiek, onder wie potentiele afnemers, een zekere moeheid c.q. irritatie.

Decision making unit
Een decision making unit (DMU ) is een tijdelijke of permanente groep in een organisatie, die zich
bezighoudt met de aanschaf van een bepaalde machine of de opname van een bepaald product in
het assortiment. De DMU-leden zijn in het algemeen afkomstig uit verschillende onderdelen van een
organisatie – soms ook experts van buiten de onderneming – en hebben in de DMU, op basis van
ervaring, kennis of functie, een bepaalde rol, zoals die van:

 Adviseur
 Inkoper

,  Beinvloeder
 Gatekeeper
 Gebruiker
 Beslissersrol

Salespromotion
Salespromotion is het stimuleren van de verkoop door een tijdelijke verandering in de prijs-
kwaliteitverhouding. Het product wordt tijdelijk in prijs verlaagd of er wordt meer product geleverd
voor dezelfde prijs en dergelijke. Salespromotions zijn vooral gericht op de beïnvloeding van het
gedrag.


Met salespromotion wil een organisatie het volgende bereiken:

 Afnemers ertoe aanzetten het product te proberen
 De verbruiksintensiteit bij bestaande afnemers te vergroten
 Huidige klanten behouden
 Nieuwe gebruiksmogelijkheden voor het product suggereren
 Het image of de concurrentiepositie van het product verbeteren

Er worden diverse salespromotiontechnieken onderscheiden met als doel tijdelijk de gepercipieerde
prijs-kwaliteitverhouding te verhogen. Voorbeelden van op de consument gerichte
promotietechnieken zijn:

Gericht op het stimuleren van trial-aankopen:

 Sampling
 Prijskortingen
 Cashrefund-acties
 Premiums en selfliquidating premiums
 Wedstrijden, prijsvragen en sweeptakes

Gericht op het stimuleren van herhalingsaankopen ( loyalty ):

 Productpluspromoties
 Prijskortingen
 Cashrefund-acties
 Waardecoupons
 Spaarzegels
 Spaar- en bonuskaarten
 Premiums en selfliquidating premiums
 Clubvoordelen

Voorbeelden van salespromotionactiviteiten die gericht zijn op de salesforce of de handel zijn:

 Displaymateriaal
 Joint promotions
 Prijskortingen
 Premiums voor verkopers
 Rumour around the outlet

Direct marketing

,Direct marketing ( DM ) is een strategie, gericht op het verkrijgen en onderhouden van een
duurzame, structurele relatie tussen aanbieder en afnemer. Directe levering ( geen tussenhandel ) en
directe communicatie zijn kenmerkend voor direct marketing.

Communities zijn netwerken die gevormd worden rondom interesses en zijn daarom extra
interessant voor merken.

Een brand community bestaat uit een hechte groep mensen rond een bepaald merk, bijv Harley
Davidson, die bepaalde waarden, normen en een bepaalde cultuur met elkaar delen. De eigenaar van
het merk heeft baat bij de brand community en moet voor succes een speciale faciliterende strategie
spelen. Volgens Fournier e.a. moet de eigenaar van het merk met de volgende aspecten rekening
houden:
 Een brand community is een organisatiestrategie en heeft dus consequenties voor alle
geledingen in de organisatie
 Een brand community moet de leden centraal stellen, hun wensen moeten worden vervuld e
de organisatie moet het merk van de leden centraal stellen
 Een brand community bestaat uit leden die waarden delen. Er bestaan intensieve one-to-
onerelaties, die ten goede komen aan de gehele community en aan het merk
 Een brand community wordt hechter door een scherpe positionering: laat zien wat de
community bindt en wat het verschil is met de ‘buitenstaander’, zoals Apple versus Dell of
Microsoft
 Een brand community heeft leden die actief zijn, die participeren en die een verschillende rol
spelen, zoals mentor, storyteller, beslisser, gids, supporter en held
 Een brand community gebruikt social networks als een instrument om de wensen van de
groep te ondersteunen
 Het ‘management’ van een brand community is gebaseerd op communicatie, de balans
tussen structuur en flexibiliteit; niet elke situatie is gelijk en vergt dus zowel een andere
individuele als een groepsbenadering


Een succesvolle brand community resulteert in een hogere merkretentie, een betere merkimago en
duidelijkere merkassociaties, kortom een brand community is goed voor de merkwaarde.


13.3 Personeel of dienstverlening

Organisatievaardigheden, een van de resources waarmee duurzame concurrentievoordelen kunnen
worden opgebouwd, zijn gebaseerd op kennis en ervaring.

Voor het evalueren van prestaties en het sturen van activiteiten van de binnen- en buitendienst kan
gebruikt gemaakt worden van het Postma-model. Het uitgangspunt hierbij is dat de verkopers niet
alleen worden geëvalueerd op basis van de outputindicatoren, zoals de jaarlijkse omzet of
brutowinst, maar ook de manier waarop een bepaalde omzet, winst of prestatie tot stand is
gekomen.

VIS= Verkoopinformatiesysteem

Kritische Sucesfactoren met betrekking tot organisatie – medewerkers:

 Betrokken voelen bij de organisatie en andere disciplines
 Kennis hebben van de markt en concurrentie
 Volledig staan achter de strategie en de kernwaarden van de organisatie

,  Medeverantwoordelijkheid voelen om problemen op te lossen
 Flexibele en ambitieuze opstelling tonen
 De organisatie staat open voor interactie

13.4 De marketingmix tijdens de productlevenscyclus

In de afzetontwikkeling van een nieuw of aangepast product onderscheiden we vier levensfasen:

 Introductiefase
 Groeifase
 Verzadigingsfase
 Neergangsfase

Introductiefase
De afzet en groei van de afzet in de introductiefase zijn laag; van een winstgevende situatie is nog
geen sprake. In deze fase gaat het erom dat het product bekend gemaakt wordt en door potentiele
afnemers wordt geaccepteerd. Denk in dit verband aan de drie attitudecomponenten: de cognitieve,
affectieve en conatieve component.

Groeifase
De afzet en omzet nemen in de groeifase sterk toe: het product wordt snel winstgevend, omdat de
kosten per product afnemen. De innovators en early adopters hebben het product geaccepteerd en
met name de 2e groep beïnvloedt ( two-step-flow of communication ) andere groepen, zoals de grote
groep early majority en vervolgens de groep late majority.

Verzadigingsfase
De afzet en winst stabiliseren zich in de verzadigingsfase, hoewel er nog enige groei van de categorie
laggards te verwachten is. De cumulatieve penetratiegraad is hoog, zo niet maximaal, evenals de
herhalingsaankopen. De verbruikersindex kan nog wel wat omhoog, zeker als er nieuwe
toepassingen bij komen of additionele vraag aanwezig is.

Neergangsfase
In de neergangsfase nemen de omzet en winst door vermindering van het marktaandeel af. Nieuwe
producten hebben de positie in de markt overgenomen. Belangrijk is dat de onderneming in de
verzadigingsfase met een nieuw product is gekomen, zodat de marktpositie van de onderneming ten
minste gelijk blijft en de afwisseling van wacht geleidelijk gaat.

13.5 Distributie- en communicatiebeslissingen bij internationaal zakendoen

Als belangrijkste wijzen van prijsstelling op de internationale markt worden genoemd:

 De kostprijsplusmethode
 De lokale verkoopprijs minus de handelsmarge
 Het maximaal haalbare prijsniveau om het ten doel gestelde marktaandeel te kunnen
realiseren
 Het minimale prijsniveau waartegen men kan leveren zonder verlies te lijden om het
toetreden van buitenlandse concurrentie te voorkomen
 Het hanteren van transfer-pricing: dat is de prijs waartegen interne leveringen aan
buitenlandse dochters plaatsvinden; de hoogte hiervan wordt mede bepaald door fiscale
overwegingen, met andere woorden: waar men bij voorkeur belasting betaalt

,  Het al dan niet aangaan van barter-trade-transacties. In de meest elementaire vorm is dit
ruilhandel. De reden om hiertoe over te gaan is het ontbreken van voldoende deviezen in het
betreffende land

Entreestrategie: de gevolgde strategie met betrekking tot het betreden van voor een onderneming
nieuwe markten. Er zijn directe en indirecte entreestrategieën.

De keuze van de marktbewerkingsstrategie is, evenals dat in de thuismarkt het geval is, afhankelijk
van een aantal factoren die specifiek gelden op de betreffende markt en voor de betreffende
onderneming. De keuze op het gebied van distributie zal gaan tussen intensief, selectief en exclusief.
Ongeacht deze keuze kan men kiezen voor een directe of een indirecte entreestrategie.

Bij elke marktbewerkingsstrategie worden beslissingen genomen op het gebied van:

 Het aanhouden van voorraden
 De opslag
 Het transport
 De garantie en de serviceverlening
 De verpakking
 De leveringscondities
 De te volgen promotiestrategie
 De margestructuur
 De bonussen
 De transportverzekering
 De productaansprakelijkheidsverzekering

Global retailers en andere global ondernemingen worden bewerkt door global accounmanagement
van global businessunits, die in hoge mate ‘integrated solution’ leveren. Gespreksitems tussen global
aanbieders en global retailers zijn ook:

 Productrationalisatie
 Brand-portfoliorationalisatie
 Transparante prijsstrategie
 Category captain
 Supply-chainprocessen per land

De gesprekken worden gevoerd door ‘business development teams’ bestaande uit personen uit de
diverse global business units, diverse functiedisciplines en landen. De global accountmanager is
leider in een business development team.

Directe export vanuit Nederland naar de klant heeft alleen zin, als de exporteur met een bekende
Nederlandse opdrachtgever kan meeliften. Directe export is goedkoop.

Hoofdstuk 14 Financiële analyse

14.1 De organisatie en haar financiële omgeving

Een organisatie vervult een maatschappelijke functie : zij werkt intern en extern met en voor
mensen. Voor een goede taakvervulling worden afspraken gemaakt en die worden schriftelijk
vastgelegd. Bovendien wordt van tijd tot tijd verantwoording afgelegd.

, Jaarrekening
Voor een aantal rechtspersonen heeft de overheid bij wet een publicatiewet ingesteld, waarin wordt
bepaald dat bij het Handelsregister de jaarrekening moet worden gedeponeerd. De overheid heeft
deze publicatieplicht ingesteld teneinde tegemoet te komen aan de behoefte van het
maatschappelijk verkeer aan informatie over het reilen en zeilen van organisaties. Deze behoefte
bestaat niet alleen bij aandeelhouders en banken, maar ook bij andere belanghebbende
( stakeholders ), zoals crediteuren, afnemers, leveranciers, media, beleggers, werknemers en
landelijke en lokale overheden.

De jaarrekening omvat:

 Balans
 Resultatenrekening
 Toelichting op de balans en resultatenrekening

Jaarrekeningen van middelgrote en grote rechtspersonen moeten voorzien zijn van een
accountantsverklaring, waarin onder meer een oordeel over de getrouwdheid van de jaarrekening
wordt uitgesproken.

Jaarrekeningen, uitgebracht in de vorm van jaarverslagen, vormen interessante informatiebronnen
bij het analyseren van bedrijfsgegevens van concurrenten.

Kollat, Blackwell en Robeson gaven in 1972 de volgende indeling van organisatiedoelstellingen:

 Profitability objectives, zoals nettowinst al dan niet voor belastingen, rendement op
investeringen ( ROI ), cashflow en return on sales ( ROS )
 Internal- efficieny objectives, zoals omloopsnelheid en looptijd van voorraden en debiteuren,
omloopsnelheid van het bedrijfsvermogen en solvabiliteit
 Flexibility objectives, zoals liquiditeit
 Competitive-strength objectives, zoals de winstmarge, de winst per werknemer en het
marktaandeel

Een manager die bijv bezig is met het proces van exportvoorbereiding wil in verband met mogelijk
extra budgetten het volgende weten:

 De begroting van tijd en kosten voor het opstellen van concept-exportplannen
 De begroting van specifiek buitenlands marktonderzoek
 De begroting van specialistische hulp
 De begroting van ontwikkelingskosten voor producten

Belangrijke bedrijfstakindicatoren zijn:

 De gemiddelde groei van de omzet in de laatste acht jaar
 De groei van de omzet in het huidige jaar
 De gemiddelde groei van de cashflow in de laatste acht jaar
 De spreiding in de omzetgroei
 De spreiding in de winstgroei
 Het gemiddelde faillisementspercentage over de laatste acht jaar

14.2 Balans en resultatenrekening

Bij de financiële beoordeling wordt speciaal naar drie aspecten gekeken:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BrandonRB11. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.64. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.64
  • (0)
  Add to cart