Geschiedenis van de psychologie
Prof. Rianne Janssen
Academiejaar 2023 – 2024
,
,DEEL 1 – INLEIDING
BASISSTRAMIEN
Niet de geschiedenis, maar een geschiedenis bestudeerd vanuit verschillende invalshoeken
• Invalshoeken want psychologie heeft zich niet ontwikkelt in een soort vacuüm, maar is geëvolueerd binnen een bredere
maatschappelijke en wetenschappelijke context
• Drie invalshoeken
o Mens
▪ Mentaliteitsgeschiedenis
▪ Het inhoudelijke werk van vooral de grote figuren uit het verleden van de psychologie
o Maatschappij
▪ Maatschappijgeschiedenis
▪ De sociaal-economische context en de manier waarop werd gekeken naar het individu in de samenleving
o Methode
▪ Wetenschapsgeschiedenis
▪ De wetenschappelijke methode en hoe die zich in het bijzonder ontvouwde voor de studie van het psychologische
VERSCHILLENDE INVALSHOEKEN
SOCIAAL-ECONOMISCHE CONTEXT
Elke hoofdstuk begint met een sociaal-economische situering
• Schets van de economische context, aangevuld met ook bredere maatschappelijke zaken
• Geeft een concreet beeld van de achtergrond waartegen de andere besproken ontwikkelingen zich voordoen
• Waarom?
o Economisch determinisme
o ‘It’s the economy, stupid’
o Veranderingen in maatschappelijke domeinen worden in de eerste plaats aangedreven vanuit de economie
MAATSCHAPPELIJK MENSBEELD
Doorheen de geschiedenis: verschillen in hoe de mens zichzelf ziet en definieert = maatschappelijk mensbeeld
• Veranderende representaties of idealen waartoe mensen zich verhouden of zich mee identificeren
• In retrospectief: veranderingen door de eeuwen heen samengevat als toename in individualisering
o Wijzigingen worden statisch geportretteerd als ‘generatieverschillen’ door de besproken tijdvakken heen
WETENSCHAPPELIJKE ONTWIKKELINGEN
Belangrijk om de grote evoluties in het wetenschappelijk denken te kennen
• Goed om te beseffen hoe moeizaam de wetenschappelijke verovering van de werkelijkheid van de aanvang verliep
• Doorheen het boek
o Ontplooiing van de wetenschap meest uitgebreid besproken in de renaissance
o 19de eeuw: oproep om de natuurwetenschappelijke aanpak te verruimen
o 20ste eeuw: wetenschappelijke benaderingen uit de geesteswetenschappen krijgen pas nu voet aan grond in de
academische psychologie
▪ Opmerking: in de 19de eeuw wel al invloed op de praktijkgerichte psychologie
• Waarom? Keuze van een gefundeerde en geschikte methode spelen tot op de dag van vandaag een essentiële rol in het
psychologisch onderzoek en bij reflecties binnen de discipline
• Speciale focus op
o Statistiek
o Fysiologie (vader van psychologie, filosofie = moeder): studie van het zenuwstelsel
STUDIE VAN HET PSYCHOLOGISCHE
In elke tijdsperiode wordt de studie van psychologische fenomenen besproken
• Pas vanaf 19de eeuw empirisch, daarvoor werk van filosofen besproken
• Thema’s
, o Studie van het bewustzijn
o Filosofische discussie over de manier waarop zintuigelijke informatie bijdraagt tot kennisverwerving
o Individuele verschillen
o Emotie en motivatie
o Personen met psychische problemen
• In theorie op te delen in 4 grote subtakken (in het boek niet strikt onderscheiden)
o De studie van het psychologisch – hoe wordt door de eeuwen heen naar psychologische fenomenen gekeken?
o De psychologie als aparte discipline – wanneer komt de psychologie los van haar fysiologische en filosofische
voorlopers?
o De instutionalisering van de psychologie – wanneer wordt de psychologische erkend in onderwijs en onderzoek?
o De praktijkgerichte psychologie en de professionele status van de psycholoog – wanneer ontstaat de praktijkgerichte
psychologie en wanneer krijgt ze maatschappelijke herkenning?
TIJDSPERIODEN EN TIJDVAKKEN
TIJDSPERIODE
Ontstaan psychologie = 19de eeuw
• Europeanen: Wilhelm Wundt
o Oprichting van eerste psychologische laboratorium (1879)
o Eerste wetenschapper die zichzelf psycholoog noemt
• Amerikanen: William James
o Aanvankelijk fysioloog
o Doceerde als eerste een vak ‘psychologie’ aan de Amerikaanse universiteit (1889)
MAAR in handboek nooit pas beginnen bij ontstaan – beginnen bij overgang tussen middeleeuwen en renaissance
• Waarom? Eerste tekenen van individualisering en moderne wetenschappen
TIJDSVAKKEN
Tijdsvakken: heel verschillend!
• Inhoudelijk homogene tijdsperken afbakenen (VL) vs vaste tijdsperiodes inhoudelijk beschrijven (NL)
• Dit boek
o Nederlandse onderverdeling per eeuwen van 17de tot 20ste eeuw, wel met andere benamingen
o 15de en 16de eeuw samengenomen tot renaissance met zowel overgang tot renaissance als renaissance zelf
• Opmerking: opdeling betekent geenszins dat de afgebakende tijdsvakken strikt van elkaar te onderscheiden zijn!
o Historische ontwikkelingen zijn een continu proces en niet altijd specifiek te linken aan een welbepaalde gebeurtenis in
een welbepaald jaar
• 19 eeuw = zwaartepunt van het chronologisch overzicht
de
o Contouren van moderne samenleving komen in beeld
o Wortels van psychologie liggen hier
• 20ste eeuw = kort besproken
o Veranderingen volgen elkaar heel snel op
o Wereldoorlogen = scharnierpunten voor het
afbakenen van deelperiodes met elk een eigen
tijdsgeest
o Ontwikkelingen in de psychologie zijn erg
uiteenlopend
o Het praktijkgerichte komt tot ontplooiing
o Psychologen werken met mensen uit verschillende
generaties
,BEPERKINGEN
VERTEKENINGEN
Vertekening 1: enkel Europese en Noord-Amerikaanse ontwikkelingen met betrekking tot de psychologie
• Onderhevig aan eurocentrisme
• Bedreigt ecologische validiteit van de psychologie
• WEIRD people en wit (‘even the rat was white)
Vertekening 2: voornamelijk rapporteren over de elite
• Niet over de gewone man of vrouw die in de maatschappij wel de meerderheid vormden
• Gewone man of vrouw leven in heel andere omstandigheden dan de meer gegoede bovenlaag van de maatschappij
Vertekening 3: gestroomlijnde visie
• Binnen de invalshoeken worden enkel de belangrijkste ontwikkelingen besproken
• Er gaan ongetwijfeld nuances verloren
• Ook enkel meest toonaangevende auteurs worden besproken
o Veel andere wetenschappers ook bijdragen geleverd
o Toonaangevende auteurs zijn niet zo perfect als ze lijken
Vertekening 4: alleen witte mannen
• Ondervertegenwoordiging van vrouwen en niet-witte mannen
WAAROVER DIT BOEK NIET GAAT
Vele thema’s worden niet besproken
• Politieke geschiedenis (geen landsgrenzen, laat toe om tendensen over grenzen te bestuderen)
• Ontwikkeling van juridische rechten
• Representaties van de mens in kunst en literatuur
• Visie op kind en ontwikkelingspsychologie
• Maatschappelijke rol van vrouw
• Beeld over psychisch lijden doorheen de eeuwen door
• Histrosische ontwikkelingen rond seksualiteit, gender of seksuele geaardheid
Geen filosofisch werk
Geen grondslagen onderzoek naar de voorwaarden opdat de psychologie zichzelf als wetenschap kan waarmaken
,DEEL 2 – GESCHIEDSCHRIJVING
MOTIVERING OM TERUG TE BLIKKEN OP HET VERLEDEN
TRADITIONELE BENADERING
Traditionele benadering van de geschiedenis van de psychologie
• Bv: Ebbinghaus – ‘psychologie heeft een lang verleden en slechts een korte geschiedenis’
o Korte geschiedenis: oprichting eerste labo in Leipzig door Wundt (niet veel meer gebeurd ten tijde van Ebbinghaus)
o Lang verleden
▪ Begint bij eerste Aristoteles: eerste filosofische fundamenten in 4de eeuw v.C.
▪ Weinig op verder gebouwd tot de 17de eeuw: filosofen beginnen te denken over het bewustzijn
▪ Daarna wachten op de vooruitgangen in de natuurwetenschappen (vnl. fysiologie), eer de psychologie zelfstandig
kon ontwikkelen
• Doel = plaats van psychologie veilig stellen in de rij van wetenschappen
o De studie van het verleden dient om de relevantie van de psychologie en haar onderzoeksdomein te bekrachtigen en
om aan te tonen hoezeer er al vooruitgang is geboekt in de discipline ten aanzien van voorheen
• Psychologen zijn erfgenamen van auteurs uit het verleden (‘psychologen avant la lettre’)
o Vragen in het verleden lijken op vragen van huidige psychologie, wel andere methode
o Pas met officiële oprichting van de psychologie kon de wetenschappelijkheid ervan gegarandeerd worden
• Nut?
o Standpunt ondersteunen dat de psychologie academische erkenning verdiend
o Er kan geclaimd worden dat de psychologie een onderzoeksdomein is waarin op wetenschappelijk vlak al heel wat werd
verwezenlijkt, waardoor men ook vertrouwen mag stellen in de toekomst van de discipline
HEDENDAAGSE BENADERING
Hedendaagse benadering van de geschiedenis van de psychologie
• Niet meer nodig om het bestaan van de psychologie te verantwoorden
o Intussen sterk verankerd in onderzoekscentra en universitaire opleidingen
o Speelt ook maatschappelijk een belangrijke rol
• Waarom dan toch nog steeds nodig?
o Inhoudelijk biedt het zicht op het verleden van de discipline
o De studie van het verleden helpt om grondig te reflecteren over wat de psychologie is
INHOUD
Inhoudelijke kennis is op verschillende manieren interessant
• Kennis van het verleden is op zich al een belangrijk en nuttig
o Bv: interessant om na te gaan hoe mensen doorheen de tijd keken naar persoonlijkheid
• Inzicht in het verleden kan ook helpen om de huidige situatie te begrijpen
o Bv: verhelderend om te beseffen dat tegengestelde visies in de huidige psychologie rond bv conceptleren of visuele
perceptie gedeeltelijk beschouwd kunnen worden als verdere uitwerking van de tegenstelling tussen het rationalisme
en empirisme uit de 17de eeuw
• Open vraag of de studie van het verleden van de psychologie ook helpt om na te denken over haar toekomst
o Bv: Pavlov – wie graag nieuwe ideeën opdoet, leest best oude boeken
REFLECTIE
De geschiedenis van de psychologie geeft een aanleiding voor en is tevens een oproep tot reflectie over het statuut van de
psychologie zelf
• Stap terugzetten en kijken naar de mens
• Nadenken over
o Hoe de psychologie afhankelijk is van de historische en bredere culturele context
o De eigen aard van de psychologie als wetenschappelijke discipline
,Situering van de psychologie in tijd en ruimte
• Door te kijken naar het verleden van de psychologie kan het besef groeien dat de vraagstellingen binnen de psychologie
minstens deels bepaald worden door de bredere culturele achtergrond van haar beoefenaars
• Daardoor is psychologie steeds gesitueerd in een welbepaalde tijd of Zeitgeist en ruimte of Ortgeist
• Zeitgeist
o Bv: studie van individuele verschillen ontstaan pas nadat in de westerse wereld in sterkere mate erkenning werd
gegeven aan de mens als individu
o Bv: discussie over erfelijkheid en milieu begint pas sterker te spelen na de ontdekkingen van Darwin
o Betekent NIET dat het huidig onderzoek gedetermineerd is door het verleden, maar wel dat de huidige vraagstukken
over het functioneren van de mens deels ook gesitueerd zijn in het westerse culturele erfgoed
• Ortgeist
o Bv: Boeddhisme ziet het ik, het zelf of de persoon als conventionele termen die niet verwijzen naar een achterliggende,
onafhankelijke identiteit – studie van het psychologische heeft daarin dus geen object en zou een heel andere vorm
aannemen
o Crossculturele verschillen!!
o Bv: interpretatie van emoties
▪ MINE (Mental, INside the person, Essentialist) emoties in Westerse culturen – emoties hebben telkens dezelfde
eigenschappen
▪ OURS (OUtside the person, Relational, Situated) emoties in niet-westerse culturen – emoties kunnen verschillende
vormen aannemen afhankelijk van de situatie waarin ze optreden
De psychologie als discipline
• Wetenschap evolueert
o In het verleden van de psychologie worden door het verleden heen verschillende antwoorden gegeven op de vraag wat
de psychologie als wetenschap inhoudt en hoe het psychologische het best wordt bestudeerd
• Gevolgen
o Het verleden leert dat binnen een wetenschappelijke discipline keuzes worden gemaakt in wat wel en wat niet
onderzocht wordt
o Onderzoekers maken ook in de loop van de tijd (impliciete of expliciete) keuzes in wat ze beschouwen als gefundeerde
wetenschappelijke methoden
• De geschiedenis van het verleden van de psychologie leert ons zo dus nadenken over het eigene van haar
wetenschappelijke aanpak
WAAROVER GAAT DE GESCHIEDENIS VAN DE PSYCHOLOGIE
Verschillend t.o.v. andere wetenschappen: er is slechts een psychologische werkelijkheid wanneer met een psychologische bril
opzet
• Studie van de geschiedenis van de psychologie bestudeert met welke bril mensen in het verleden keken naar de mens
• Zonder die bril of met een andere bril is niet hetzelfde te zien – het ‘wat’ van de geschiedenis van de psychologie verandert
dus door de tijd heen
DRIE VISIES OP ‘DE ONTDEKKING VAN HET BEWUSTZIJN’
Psychologie: psyche (ziel) en logos (studie), studie van het bewustzijn
• Bruno Snell (1953): onderzoekt hoe het bewustzijn door de oude Grieken werd ontdekt
o Drie mogelijke manieren om die ontdekking precies te omschrijven
o Op basis daarvan definieert hij wat het bewustzijn inhoudt als object van studie
REALISTISCHE VISIE
Realistische visie
• Oude Grieken ontdekken het bewustzijn zoals Columbus Amerika ontdekte
• Studie van het bewustzijn = deel van de natuurwetenschappen
o Bewustzijn = vast omlijnd object dat al bestond voordat het werd bestudeerd
• Over het algemeen niet gevolgd: oude Grieken ontdekten geen vaste, objectieve entiteit ergens in ons hoofd
,INSTRUMENTALISTISCHE VISIE
Instrumentalistische visie
• Oude Grieken ontdekken het bewustzijn als instrument of gereedschap van het denken
o Komen niet de ware aard van het bewustzijn op het spoor, maar wel welke voordelen het biedt om de innerlijke
mentale ruimte met de term bewustzijn te benoemen
• Studie van het bewustzijn = studie van het functioneren van het bewustzijn, of toch dat wat wetenschappers handig als het
bewustzijn aanduiden
o MAAR dus niet de studie van het bewustzijn op zich
• Compatibel met de opvatting dat er verschillende niveaus zijn in het beschrijven van de werkelijkheid
o Psychologie onderzoekt zo bv het cognitieve functioneren, waarbij de onderliggende hersenprocessen en -structuren
en de celbiologische reacties in andere disciplines worden bestudeerd
CONSTRUCTIVISTISCHE VISIE
Constructivistische visie
• Oude Grieken hebben het bewustzijn geconstrueerd
o Pas doordat de Grieken gingen nadenken over het bewustzijn, ontstond het concept van ‘bewustzijn’
• Studie van het bewustzijn
o Noodzakelijkerwijs gebonden aan een welbepaalde cultureel-historisch context
o Gaat niet over wat het bewustzijn op zich is, maar over hoe de mens of de wetenschapper zich het bewustzijn voorstelt
• Meest gebruikte visie de laatste jaren
• Heeft implicaties voor de psychologie en de studie van de geschiedenis van de psychologie (zie verder)
DE CONSTRUCTIE VAN EEN PSYCHOLOGISCHE WERKELIJKHEID
LINGUÏSTISCH DETERMINISME
Linguïstisch determinisme van de psychologische werkelijkheid
• Als de psychologische werkelijkheid een constructie is en geen voorliggende, zuiver aanwijsbare realiteit, dan impliceert dit
dat de psychologie bij de studie van psychologische fenomenen aangewezen is op een psychologische taal
• De psychologie bestudeert psychologsiche fenomenen die zich kunnen tonen in gedrag, maar deze fenomenen kunnen
alleen maar worden gevat o.b.v. een welbepaald kader en dus via psychologische taal
• De psychologie heeft enkel toegang tot de psychologische werkelijkheid via haar psychologisch taalgebruik
GEEN NATUURLIJKE CATEGORIEËN
Linguïstische bepaaldheid van de psychologie wordt beargumenteerd door de observatie dat psychologische begrippen niet
verwijzen naar natuurlijke categorieën
• Bv: emoties
• MAAR ook bewustzijn ≠ natuurlijke categorie
o Psychische ruimte zal vermoedelijk soortgelijk ervaren worden tussen culturen, maar hoe deze wordt benoemd kan
sterk verschillen – hangt er maar van af welk kader we hanteren in naming the mind en op welke manier we onze
ervaring van een innerlijke ruimte verkavelen
o Visies
▪ Aanvankelijk: psychische ruimte = nauw verbonden met het vinden van God
▪ Descartes: in het dualisme krijgt het bewustzijn een centrale rol in het menselijk functioneren, niet alleen in het
denken, maar ook in het verwerken van zintuigelijke informatie
▪ Hume: bewustzijn wordt gelijkgesteld met een continue stroom van gedachten, zonder een sturend ik
▪ Behaviorimse: niet het bewustzijn, maar het gedrag en de leerprocessen die daarop inspelen zijn cruciaal voor de
psychologie
▪ Cognitieve psychologie: innerlijke psychische ruimte als een soort vaststaand interieur met verschillende kamers
die op een bepaalde manier met elkaar in verbinding staan
IMPLICATIES VOOR DE GESCHIEDENIS VAN DE PSYCHOLOGIE
Wanneer de psychologie o.b.v. haar theorievorming en terminologie haar eigen psychologische realiteit creeërt, die los van de
psychologie niet op zich bestaat, dan omvat de geschiedenis van de psychologie eigenlijk de geschiedenis van de constructie
van de psychologische realiteit
,• Gevolg: psychologische fenomenen waren in het verleden misschien soortgelijk, maar werden toen niet zo gestructureerd in
de psychologische taal
o Bv: laag IQ bestond niet en werd eerder begrepen als luiheid – slecht presteren was er dus altijd maar werd anders
verklaard
• Twee implicaties
o Psychologie is gesitueerd in een bepaalde Zeitgeist en Ortgeist (zie eerder)
o Psychologische termen kunnen andere betekenis krijgen in de loop van de geschiedenis
STREKKINGEN IN GESCHIEDSCHRIJVING
INTERNALISME VERSUS EXTERNALISME
INTERNALISME
Internalisme = bij het beschrijven van de geschiedenis van een wetenschapsdomein zich beperken tot een beschrijving van de
ontwikkelingen in de loop van de tijd op het vlak van het onderzoek, de theorieën en de ontdekking binnen een welomschreven
domein
• Evoluties binnen een wetenschappelijke discipline verlopen volgens een zuiver interne logica, nl. door het strikt volgen van
de wetenschappelijke methode
• Bv: geschiedenis van het onderzoek naar intelligentie houdt in dat de verschillende theorieën en de manier waarop ze
elkaar opvolgden worden beschreven
EXTERNALISME
Externalisme = staat haaks op vorige, zal ook aandacht hebben voor de maatschappelijke context van een discipline
• Gaan ervan uit dat het politieke klimaat of de economische mogelijkheden in een bepaalde tijd mee de mogelijkheden voor
wetenschappelijke vooruitgang bepalen en ook invloed hebben op het wetenschappelijke denken
• Bv: geschiedenis van het onderzoek naar intelligentie – maatschappelijke noden (onderwijsplicht, rekrutering soldaten)
vormen de voedingsbodem voor dit onderzoek
EVALUATIE
Valse tweedeling
• Invloed van de context op een wetenschappelijke discipline kan zeker niet worden ontkend
• Net zomin kan worden aangenomen dat een wetenschappelijke discipline puur extern wordt gereguleerd
• DUS wetenschapsgeschiedenis moet beide invalshoeken meenemen!
SOCIAAL-CONSTRUCTIVISME
Sociaal-constructivisme = specifiek voor wetenschapsgeschiedenis
• Aanpak is gefundeerd op gedetailleerde studies van de wetenschappelijke praktijk zelf vanuit de wetenschapsgeschiedenis,
de wetenschapsfilosofie en de sociologie van de kennis
• Internalisme: focus ligt op ontwikkelingen in een wetenschappelijk domein
• Externalisme: voor het beschrijven van die evolutie meer nodig dan alleen de inhoud van het wetenschappelijk denken
o Ook sociologische en psychologische dimensies nodig!
o Bv: geschiedenis van het onderzoek naar intelligentie – ook oog voor de manier waarop de strijd tussen met elkaar
wedijverende opvattingen over intelligentie precies verlopen is op vlak van communicatie, groepsdynamica of de PH
van de betrokken wetenschappers
• Opmerking: wijst ook op relativiteit van wetenschappelijke kennis
o Werkelijkheid is niet los van de beeldvorming van de wetenschappelijke kennis
o Trekt het bestaan van een externe, objectieve wetenschappelijke werkelijkheid in twijfel
GROTE FIGUREN VERSUS TIJDSGEEST
GROTEFIGURENGESCHIEDENIS
Grotefigurengeschiedenis: bij het beschrijven van de geschiedenis kan men zich beperken tot de opeenvolgende bijdragen van
enkele prominente figuren
• Geschiedenis van een wetenschap beschreven o.b.v. de bijdragen van de grote namen in het domein
, BEDENKINGEN
Boring (1951) maakt een aantal bedenkingen
1. Het belang van Zeitgeist waarin deze wetenschappers functioneren
o Door niet in rekening te nemen: belang van het individu in een wetenschapsdomein overschat
o Het is de tijdsgeest die maakte dat bepaalde ontwikkelingen in de wetenschap voor de hand begonnen te liggen
o Grote figuren = goede trendwatchers en niet influencers
2. Belang van de bijdrage van een individuele wetenschapper wordt overschat
o Mattheuseffect: ook bijdragen van minder bekende generatiegenoten worden aan de grote figuren toegeschreven, hij
die heeft zal gegeven worden
o Mathildaeffect: het feit dat prestaties van vrouwen minder worden geciteerd of zelfs onterecht aan mannen worden
toegeschreven
EVALUATIE
Tweedeling tussen de visie van de grote figuren en die van de tijdsgeest – beide belangrijk
• De verdiensten van grote wetenschappers kunnen op een genuanceerde manier erkend worden
• Historisch steeds interessant om te proberen om het bredere, intellectuele klimaat te vatten waarbinnen deze grote figuren
én hun tijdsgenoten opereerden
VALKUILEN BIJ GESCHIEDSCHRIJVING
WHIG-GESCHIEDSCHRIJVING
Whig-geschiedschrijving
• Vertrekt vanuit teologische (ieder verschijnsel op een doel gericht) visie
• Wetenschap is gericht op vooruitgang
o Hedendaagse wetenschap is superieur aan die van de geschiedenis
o Foutieve opvattingen = dwalingen en worden vaak niet vermeld
• Uitgevonden door H. Butterfield – gebaseerd op de tegenstelling tussen de ‘Whigs’ en de ‘Tories’
o Whigs = voorstander parlementaire macht, Tories = voorstander koningshuis en aristocratie
o In hun discussie wordt verwezen naar de geschiedenis, maar deze wordt geïnterpreteerd en gekleurd vanuit de eigen
politieke overtuiging
• Problemen met de visie
o Weinig genuanceerde kijk, fairytale history
▪ De gedachte van vooruitgang en doelgerichtheid van wetenschap doet geen recht aan de complexiteit van het
wetenschappelijk proces
▪ Fouten die zijn gemaakt in het verleden zijn vaak even interessant of zelfs interessanter dan vooruitgang
o Wetenschap dient op zich geen doel buiten zichzelf, zoals vooruitgang of het welzijn van de mensheid
PRESENTISME
Presentisme = constructie van het verleden vanuit zijn functionaliteit voor het heden
• Whig-geschiedschrijving is bijzondere vorm
• Hedendaagse begrippen en perspectieven worden gebruikt in de voorstelling en de interpretatie van het verleden
• Valkuil = nunc protunc argumentatie
o Het nu wordt meegenomen in het beschrijven van het toen
o Bv: gebruiken van de geschiedenis om te bewijzen dar een huidige theoretische positie de juiste is
o Bv: aangeven dat het verleden zeer relevant is voor de huidige situatie
• Biedt deels een verklaring voor de visie van de grote figuren en het mattheuseffect
o Bij het beschrijven van de ontdekkingen van onderzoekers uit het verleden dicht men hen vaak ook kennis toe die toen
helemaal nog niet zo ‘common sense’ was, waardoor het belang van hun bijdrage wordt overschat
• Geeft misleidend beeld van het verleden
o Fout tegen de historische werkelijkheid
o MAAR er schuilt echter ook een vorm van waarheid in het presentisme
▪ Elke vorm van geschiedschrijving vertrekt immers vanuit het nu
▪ De interesses, prioriteiten en vragen van de historicus worden daarbij mede beïnvloed door het huidige culturele
een intellectuele klimaat
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper KamilioK. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor $9.29. Je zit daarna nergens aan vast.