Ethiek in de psychologie, 3e editie met MyLab NL toegangscode
Dit vak wordt gegeven in het 3e jaar van de studie 'toegepaste psychologie' aan HBO-academy (voorheen HBO Drechtsteden). In dit document zijn alle colleges van het vak beroepsethiek compleet en uitgewerkt. Er is tijdens het college meegetypt. Alle nodige informatie staat erin. De colleges zijn geba...
Algemene introductie
1. Introductie Moraal en Ethiek: Ethiek en onderzoek – H1 + H9
2. Normatieve theorieën – H2
3. Ethische dilemma’s – H3
4. Argumentatieleer – H3
5. Beroepscodes NIP, NBTP - H4 + H6 + H7 + H8
6. Responsiecollege – Alle verplichte stof
Handboek: J. Rothfusz – Ethiek in de psychologie (3e druk 2019)
Hoorcollege 1
Inleiding Moraal en Ethiek
1.2: inleiding in de ethiek
College van vandaag:
- Eerste verkenning (1.2.1)
- Noodzaak en relevantie van beroepsethiek (1.2.2)
- Breder kijken: Ethiek in de publieke ruimte (1.2.3)
- Begrippenkader: kernbegrippen (1.2.4)
- Casusbespreking (1.2.5)
De menselijke factor: Ask Delphi AI, https://futurism.com/delphi-ai-ethics-racist
1.2.2: inleiding – doel
Waarom beroepsethiek? Don’t be like Trump!
Vervult belangrijke rol in de beroepspraktijk:
1. Reflectie: hoe wil je je rol als professional vervullen?
• Hoe wil jij in het werkveld staan?
• Hoe wil jij voorkomen?
2. Bescherming – verantwoording
Ad 1. Reflectie
Vier Kernwaarden van de psycholoog (NIP-code):
A. Verantwoordelijkheid
B. Integriteit
C. Respect
D. Deskundigheid
1
,Ad 2. Bescherming:
- Cliënt moet varen op jouw deskundigheid
- Jij als professional moet soms beschermd worden tegen ongegronde klachten,
‘moeilijke’ cliënten
- Hoe blijf je professioneel?
Ad 2. Verantwoording:
- Achteraf de gemaakte keuzes uitleggen
- Inzichtelijkheid van je handelen
1.2.3: Ethiek in de publieke ruimte
- Denken over hoe je zou moeten handelen, in situaties waarin mensen samen moeten
leven
- Al vanaf de Griekse oudheid
- Verandert mee met de samenleving
• Achilles en Rico Verhoeven
• Rol van vrouwen in de maatschappij (SGP): https://atria.nl/nieuws-
publicaties/vrouwen-in-de-politiek/voor-het-eerst-in-de-geschiedenis-wordt-een-
vrouw-sgp-wethouder/
1.2.4: Begrippenkader I
Moraal: hoe denkt men over goed en kwaad?
- Bestaat uit waarden en normen
- Kan berusten op intuïtie, vermoedens en voorkeuren
Waarden: wat is belangrijk?
- Abstract
- Idealen
- Groep en/of individueel
- Voorbeelden: rechtvaardigheid, solidariteit, betrouwbaarheid
Normen: wat moet je doen?
- Handelingsvoorschriften
- Gebaseerd op waarden
- Neergelegd in wetten en regels (‘gestolde ethiek’)
- Soms ongeschreven
- Voorbeeld: je mag niet stelen; je moet de Sociale Dienst alles vertellen over je
inkomsten; je moet respectvol omgaan met je cliënten.
Fatsoensnormen (etiquette):
- Ongeschreven normen
- Minder ‘zwaar’
- Afhankelijk van goedkeuring van een autoriteit (ouder, juf) ipv moraal
- Fatsoen =/= moreel handelen; ‘boefjes’ vs. keurige mensen
- Kunnen gemakkelijk leiden tot misverstanden
2
,Deugden: positieve karaktereigenschappen
- Leiden tot moreel juist handelen
- Individueel aanwezig
- Deel van het karakter
- Voorbeeld: eerlijkheid
Ethiek: systematische reflectie op morele vragen op basis van rationele argumenten.
- Systematisch: er is sprake van een methode;
- Morele vragen: zijn vragen m.b.t. goed en kwaad;
- Rationele argumenten: geen intuïtie, autoriteit, voorkeur of gebruik
1. Descriptieve ethiek: gaat over het feitelijke gedrag van mensen (beschrijvend; geen
oordeel).
2. Normatieve ethiek: onderzoekt welke waarden leidend zouden moeten zijn, om
gedrag te kunnen kwalificeren als ‘goed’ (voorschrijvend; wel oordelend).
3. Meta-ethiek: onderzoekt op abstract niveau herkomst en geldigheid van moraal en
ethiek (ordenend)
1.2.4: Begrippenkader: samenvatting
Wanneer we denken over goed en kwaad, hebben we het over moraal. Moraal bestaat uit
abstracte waarden (wat wil je bereiken?) en concrete normen (hoe realiseer je deze
waarden?).
We spreken pas van ethiek als er sprake is van een systematische argumentatie op grond
van redelijke (d.w.z. objectieve) argumenten.
3
, 1.2.5 Casus: Dementie (Rothfusz p.48)
De moeder van Stefan en Mieke is 80 jaar. Sinds kort is zij dementerend. Volgens Stefan
moet je tegen moeder zeggen: ‘U praat nu warrig’ als ze onsamenhangend praat. Stefans
handelingsvoorschrift is: ‘Laat haar in haar waarde, dus wees eerlijk en zeg het haar als zij
onzin praat’. Mieke vindt dat je moeder niet moet confronteren met haar ziekte. Als ze
onsamenhangend praat, moet je een beetje met haar mee kletsen. Miekes
handelingsvoorschrift is: ‘Laat haar in haar waarde en praat om die reden met haar mee
voor de gezelligheid, ook al spreekt ze onsamenhangend.’ Stefan en Mieke hebben
verschillende ideeën over hoe ze met hun dementerende moeder om moeten gaan. De
gedeelde waarde van beide kinderen is echter: ‘Laat onze moeder in haar waarde.’
A. Welke waarden, normen en deugden zie je bij Stefan en Mieke?
B. Stel dat je psycholoog bent in het verpleeghuis waar de moeder verzorgd wordt. De
verzorging vraagt je om eens met de kinderen te praten, want door het verschil in
opvatting tussen beide kinderen over de verzorging van moeder ontstaan
spanningen. Hoe zou je Stefan en Mieke op 1 lijn kunnen krijgen?
1.2.5 Plenaire opdrachten
1. Zoek in Rothfusz de vijf moralen van Verplaetse op en benoem deze.
A. Hechtingsmoraal: regelt hoe we omgaan met mensen met wie we verbonden zijn
(gaat over hechting en empathie).
B. Geweldmoraal: een moreel systeem dat regelt hoe we met dreigende situaties
omgaan.
C. Reinigingsmoraal: regelt dat mensen reinheid koppelen aan het goed en
besmetting aan het kwaad.
D. Samenwerkingsmoraal: speelt een rol in de manier waarop mensen met elkaar
samenwerken en waarop ze omgaan met mensen die de samenwerking
bedreigen.
E. Beginselenmoraal (rationeel): mensen zoeken naar redelijke argumenten om te
onderbouwen waarom een handeling goed of fout is. Als dit systematisch
gebeurt, komen we op het terrein van de ethiek.
2. Eén van deze vormen van moraal verschilt van de andere vier. Op welke wijze?
• De eerste 4 berusten op intuities of emoties: deze bepalen ons gedrag en onze
opvattingen over goed en kwaad, maar geven ons geen argumenten.
• De laatste gaat over het rationele.
3. Wat zijn de drie stadia van Kohlbergs theorie? Waarin verschilt Gilligan van
Kohlberg?
A. Niveau 1: preconventioneel
• Fase 1: gehoorzaamheid en straf. Alle morele verantwoordelijkheid wordt
gedelegeerd aan een autoriteit. De beloningen en straffen die worden
toegekend door dit autoriteitsfiguur bepalen voor die persoon wat goed en
fout is. Beloningen en straffen zijn hierbij belangrijk
Voorbeeld: een kind kan denken dat het niet maken van zijn huiswerk alleen fout is
omdat zijn ouders hem hiervoor op zijn kop geven.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elkenieuwkamer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.40. You're not tied to anything after your purchase.