Samenvatting Geschiedenis VWO hoofdstuk 10 en beetje 9
2 views 0 purchase
Course
Geschiedenis
Level
VWO / Gymnasium
Book
MeMo
Hierin is vooral de emancipatiebewegingen en politiek-maatschappelijke stromingen uitgewerkt, zoals confessionalisme, liberalisme, feminisme en communisme.
Hoofdstuk 10: Politieke strijd en emancipatie
§1: conservatisme en liberalisme
KA: de opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen; liberalisme
De Restauratie (congres van Verona) is de periode tussen 1814 en 1830 en een reactie op de
democratische revoluties van de 18e eeuw en de napoleontische tijd.
Politicus Edmund Burke had voorspeld dat door de Franse revolutie de macht op straat zou
komen te liggen en dat op korte termijn een of andere populaire generaal een poging zou
doen om de macht te grijpen. Het fanatisme was weinig goeds en de chaos zou leiden tot
een dictatuur die erger was dan de situatie hiervoor. Hij vergeleek de Franse revolutie met
het parlement in Engeland. De geschiedenis liet zien dat je als je je vast hield aan de oude
wetten de burgers langzaam inspraak kregen. In Frankrijk werd ook duidelijk dat ‘vrijheid’ en
‘mensenrechten’ geen stabiliteit konden bieden, maar gebruikt om het volk in opstand te
laten komen. Burke voorspelde dat de vrijheid van burgers als eerst door de Franse
militairen zou worden afgenomen.
In 1792 was Fa in oorlog met omringende staten en hadden verscheidende gebieden
veroverd. Mede door Napoleon Bonaparte, hij veroverde bijna geheel Europa. In 1814 werd
napoleon verslagen bij Rusland.
Door Napoleon was Europa overhoop gegooid. Hij stond een mengeling voor van
revolutionaire idealen en autoritair bestuur, einde gemaakt aan privileges adel, vorsten
vervangen door staatshoofden, nieuwe grenzen; wetten; bestuursfuncties. Na het wegvallen
van Napoleon vonden vorsten vooral dat ze terug moesten naar de situatie voor Napoleon
en nieuwe revoluties te voorkomen > restauratie. Tijdens het congres van Wenen (1814-
1815) werd besloten dat de vorsten die door Napoleon waren verdreven, hun oude rechten
terug moesten krijgen. Ook moest er machtsevenwicht komen en werd Frankrijk omringd
door nieuwe staten.
Maar het ancien régime kon niet makkelijk worden hersteld, dit kwam doordat niet iedereen
in Fa het eens was met deze manier. Het conservatisme dat vond dat een traditioneel
bestuur door een keizer of koning en mensen van adel de beste garantie voor veiligheid en
stabiliteit was en waren voor de restauratie. Maar er was ook een groep die beleef geloven
in de ideeën van de Franse revolutie en vonden ook dat de burgers het bestuur in handen
moesten krijgen, fundamentele rechten (vrijheid van meningsuiting enz.) en vastgelegd in
een grondwet > liberalisme.
, De restauratie duurde niet land, want overal werd verlangen naar vrijheid en inspraak. In
1830 brak in Fa een nieuwe revolutie uit, de koning vluchtte en werd vervangen door een
‘burgerkoning’. In 1848 was er een 2de golf van liberale revoluties in Eu. In Frankrijk moest
opnieuw de koning aftreden en kregen de burgers meer rechten. Fa was de eerste in Eu met
algemeen kiesrecht voor mannen. Ook in de rest van Europa moesten vorsten en de adel
steeds meer macht afstaan.
John Stuart Mill wees op het gevaar van de meerderheid. Besluiten werden door de
meerderheid van het parlement werd gekozen, hoe reageert de minderheid? In zijn werk
pleitte hij voor de optimale vrijheid van het individu, ook ten opzichte van de meerderheden
in de maatschappij en regering. Mensen met een afwijkende opvatting daagden de
maatschappij juist uit (goed). Overheidsdwang zou leiden tot onderdrukking, verstarring en
economische achteruitgang. Uitzondering als het gedrag gevaar zou opleveren voor
anderen, mocht wet gehoorzaamheid afdwingen.
Napoleon werd in 1813 in Nederland verslagen. In 1795 was de republiek vervangen door
een revolutionaire staat, Bataafse republiek. In 1806 republiek opgeheven door napoleon en
Lodewijk koning. 4 jaar later werd het koninkrijk onderdeel van Fa. In 1813 hadden veel
inwoners genoeg van de revolutionaire idealen, maar wilden ook niet terug naar de oude
situatie. Ze wilden een Oranje aan het hoofd, Willem Frederik van Oranje-Nassau. In 1814
werd hij soeverein vorst en in 1815 werd hij koning Willem I. Er was bij het congres van
Wenen besloten om België bij Nederland te voegen en zo werd Fa omringd.
Het bestuur in de Nederlanden werd anders. Door de revolutie was er al een einde gekomen
aan de zelfstandige gewesten. Ze hadden van de Bataafse republiek een eenheidsstaat
gemaakt. Het koninkrijk na 1815 bouwde hier op voort en er bleef een centraal bestuur. Het
werd een constitutionele monarchie, de koning werd staatshoofd, maar was gebonden aan
de grondwet. De koning en zijn ministers werden gecontroleerd door een parlement dat
door de bevolking was gekozen (verkiezingen).
Echter was het in de praktijk anders en had de koning nog veel macht, kon besluiten nemen
zonder goedkeuring parlement. Daarnaast werd het parlement wel gekozen, maar door een
kleine groep. Er was censuurkiesrecht, kiezers (mannen) die alleen mochten stemmen als ze
een bepaalde hoeveelheid belasting betaalden. Daarnaast konden zij alleen de provinciale
staten kiezen > kozen 2de kamer, 1ste kamer werd benoemd door de koning.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinehoutman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.67. You're not tied to anything after your purchase.