Motorisch leren en ontwikkeling (UA_1220GENRVK_2324)
All documents for this subject (21)
Seller
Follow
noahhoremans
Content preview
HS1: Controle van beweging
1. Motorische controle en motorisch leren: definiëring en
domeinbepaling
Motorische controle: processen die een rol spelen om tot een actie/beweging te komen.
Op dit bepaald moment
Motorisch leren: verandering in proces van motorische controle in loop van tijd.
Gestuurd door intrinsieke/extrinsieke factoren
Motorische ontwikkeling is eigenlijk het motorisch leren van baby tot volwassene
2. Motorisch gedrag en motorische controle
2.1 Motorisch gedrag
Gedrag dat tot stand wordt gebracht door het uitoefenen van spierkrachten die inwerken op de
ledematen of andere lichaamsdelen.
Niet per se bewegen, wel spiercontractie als basis van motorisch gedrag (hoofd rechtop houden)
Menselijk motorisch gedrag is adaptief aan omgeving (robotarm lak spuiten)
Menselijk motorisch gedrag is doelgericht, motorisch probleem oplossen (soms deeltaken)
Niet verdeelbaar in deeltaken? -> Elementaire actie
Motorische fit zegt dat het motorisch gedrag aangepast moet worden aan de omstandigheden. In
verschillende omstandigheden, is er een verschillend motorisch gedrag vereist voor dezelfde uitkomst
te behalen.
Motorische fit + adaptief gedrag = motorische equivalentie. (2 bewegingen/spierpatronen/… zijn
equivalent als ze tot hetzelfde resultaat leiden ook al zijn ze verschillend op andere domeinen)
2.2 Vrijwillige en doelgerichte bewegingen
Vrijwillig (motorisch) gedrag: motorisch gedrag dat wordt uitgevoerd met een bewuste intentie om
iets te bereiken. ↔ Onvrijwillig (motorisch) gedrag. (NIET gedwongen gedrag, je beseft wel wat je
doet)
Onvrijwillig motorisch gedrag: reflexmatige bewegingen (bv pupilreflex). Alhoewel pupilreflex
duidelijk doel heeft, beschouwen we de bewegingen van de oogspieren niet als doelgericht. Heeft te
maken met adaptief vermogen en volharding in geval van falen. (Reflexpatronen zijn stereotiep en
niet adaptief, volharding in geval van falen kan alleen als het vrijwillig gebeurt?)
2.3 Controle van vrijwillige en doelgerichte bewegingen
Sensorimotorisch principe: zintuigelijke waarnemingen essentieel voor uitvoeren van doelgerichte
bewegingen! (Gerelateerd aan adaptibiliteit en volharding in geval van falen!)
Perceptie: integratie van verschillende waarnemingen tot betekenisvolle informatie; bepaalt onze
acties!
, 3. Hoe komt beweging tot stand? Historische visie
Geen enkele enige is de juiste, eerder een combinatie van alle bv:
Stimulus – respons theorie (Pavlov): (bewegings)gedrag = reflexmatig. Stimulus lokt respons
uit
Dynamische Systeem Theorie: intrinsieke en extrinsieke factoren spelen een rol in het tot
stand komen van beweging
Centrale Patroon Generatoren: CPGs zijn functionele eenheden van neuronen in CZS die
verantwoordelijk zijn voor cyclische bewegingen (wandelen/lopen/…)
4. Hoe komt beweging tot stand? Geïntegreerde visie
Neuro-mechanisch concept: (doelgerichte) beweging vertrekt vanuit een motivatie/intentie om te
bewegen. -> Zet cascade in gang op neuraal niveau, activatie α-motorneuronen, α-motorneuronen
innerveren skeletspiervezelbundels, contractie spieren, genereren spierkracht.
4.1 Neurale controle
Neurale controle: verwijst naar alle processen die zich afspelen in het zenuwstelsel. (Start in
hersenen).
Hersenen vormen schakelstation tussen input en output.
Afferente banen registreren zintuigelijke info (3)
Prikkels verwerken tot betekenisvolle info (2)
Info wordt geïntegreerd (1)
Leidt tot definitie motorisch probleem (1)
Bewegingsvraag -> actieplan opstellen (2)
Bewegingsuitvoering (3)
-> resulteert in motorische commando’s
Via α-motorneuronen in ruggenmerg naar individuele spieren
CZS: zenuwstelsel omgeven/beschermd door bot (meerderheid v/d neuronen)
PZS: zenuwstelsel niet omgeven door bot
o Autonoom: hartslag, ademhaling, vertering, …
o Somatisch: interactie met buitenwereld (perceptie & actie)
Bouwstenen ZS is neuronen, indelen o.b.v. vorm (unipolair, bipolair of multipolair) of o.b.v. functie
(sensorische neuronen, motorische neuronen of interneuronen). Communiceren via elektrische of
chemische synaps. Neuron gaat signaal afvuren d.m.v. actiepotentialen (depolarisatie membraan).
Exciterende en inhiberende neuronen (zie p.15)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noahhoremans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.