It's disappointing! Too short with some spelling mistakes here and there...
Seller
Follow
daantje96
Reviews received
Content preview
SAMENVATTING INTRODUCTIE BELEID
HOORCOLLEGE 1
INTRODUCTIE BELEID
Waarom hebben we beleid nodig:
- Bestuurskundigen kijken hoe precies gestalte gegeven wordt aan maatschappelijke
idealen -> je moet een beginpunt hebben
- Hoe worden idealen vertaald in beoogde doelen?
- Laswell: Wie krijgt wat, hoe (en waarom)? -> wie krijgt er belasting
- Allocatie mechanisme:
o Markt, gemeenschap (WhatsApp buurtpreventie) of de staat
- Staat -> beleid
o Zonder beleid worden beoogde idealen geen werkelijkheid
Wat is beleid:
- Public policy (Howlett)
- Whatever governments choose to do or not to do (Dye)
- Voornemens, keuzes en acties van een of meer bestuurlijke instanties, gericht op de
sturing van bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen -> je wilt gedrag beïnvloeden.
Beleid is een ander woord voor strategie! Het behouden van de status quo kan ook, dan
verander je dus niks.
Kenmerken van beleid:
- Beleid geeft aan welke keuzes waarom zijn gemaakt -> vaak lees je
probleemstellingen
- Beleid berust op zekere causale relatie tussen de oorzaak van het probleem en de
oplossing -> voorbeeld salaris van de leraren
- Beleid bevat voorgeschreven handelingen en geboden -> voorbeeld defensie, zoals
dingen verbieden
- Beleid richt zich tot overheid, bedrijven (vrouwenquotum) en burgers (verbieden van
auto’s)
- Beleid is altijd tijdsgebonden, er is altijd nieuwe kennis. Er zit een evaluatieclausule
in!
- Sturing vanuit de overheid
Beleid is eigenlijk altijd in beweging. Je bedenkt het, implementeert het, en misschien
moeten we veranderingen plaatsvinden. Dan ga je weer opnieuw. Je zegt niet dat je
standaard gaat evalueren om de vier jaar. Denk ook aan de verkiezingen.
Wie maakt het beleid:
- Verschil tussen:
o Maken (kwestie van schrijven van ambtenaren, gaat naar de tweede kamer)
o Betrokken zijn (daarom moet je kijken wie erbij betrokken is, er zijn veel
burgerinitiatieven)
o Invloed uitoefenen (maar dan is de vraag in hoeverre zijn invloed kunnen
uitoefenen)
Denk aan de sleepwet.
Wie maakt het beleid?
- Overheid
1. Gekozen politici
- Regering
- Tweede kamer + committees
2. Bureaucratie
- Instanties en ambtenaren
- Veel specialistische kennis
- Continuïteit
- Toegang tot heel veel informatie
- Vaak achter gesloten deuren
Je moet niet onderschatten hoeveel invloed ambtenaren hebben. Is dit problematisch? Dat
is een discussie. Waar geef je meer waarde aan? Wil je meer kennis of wil je ze gekozen
laten worden.
- Burgers = ‘’opdrachtgevers’’-> politiek wil best luisteren, maar de belofte komen niet
altijd na. Dus daarom tussen haakjes.
- Politieke partijen
o Goed is agenderen -> problemen aanstippen, zoals FVD en immigratie
- Belangengroepen
o Issue-specifiek -> opkomen voor mensenrechten, milieu of patiënten. Veel
kennis op een stukje.
- Onderzoeksinstellingen -> daar kun je ook vraagtekens bij stellen. Hoe onafhankelijk
die zijn. Media kunnen ook dingen aanstippen. Denk aan het voorbeeld van Minister
van Nieuwenhuizen en RTL.
Er zijn heel veel actoren die invloed uitoefenen. Dat moet je uitzoeken.
2
,Al die actoren vormen beleidsgemeenschap = policysubsytem -> ze denken over dezelfde
problemen hetzelfde na.
Overheid en belangengroepen zijn op elkaar afgestemd:
- Gedeelde belangen
- Gedeelde perceptie
- Gedeelde taal
Waarom moeten we beleid bestuderen?
- Zonder de conceptuele uitpluizing, lijkt het al gauw alsof:
o Beleid alleen door de gekozen politici gemaakt wordt
o Dat ze de enige zijn die tellen bij de beleidsvorming
o Dat ze altijd hun beloftes nakomen
- We hebben beleidswetenschap nodig om te laten zien:
o Complexiteit rondom het maken van beleid
o Wie de macht heeft in het proces
o Waarom bepaalde keuzes, acties, voornemens zijn gemaakt
o Limiet aan de overheidsbemoeienis
Hoe bestuderen we het beleid:
- We kijken naar:
o Ideeën, actoren, instituties
o Technische analyse (wat is het probleem, inhoud) en politieke processen (wie
heeft wat gedaan en waarom)
o Niveau van analyse: individu (micro), collectief (meso) of structuur (macro)
- Met andere woorden beleidswetenschap tracht te begrijpen:
o In more general terms why a state adopted the policy it did (Howlett)
Beleid maken lijkt eenvoudig:
- Verzamel alle benodigde informatie
- Identificeer alle opties
- Bekijk iedere mogelijke consequentie van elke optie
- Relateer consequenties aan waarden
- Stel vast wat, wanneer en hoe moet gebeuren
Beleidscyclus:
1. Een probleem krijgt aandacht
2. Het probleem bereikt de agenda
3. Er wordt besloten beleid te formuleren
4. Beleid wordt gemaakt
5. Implementatie
6. Evaluatie (feedback)
7. Geconstateerde problemen krijgen aandacht
3
, Beleidscyclus = Concept dat maar niet uitsterft (Cairney)
+ complexiteit is beter te bestuderen
+ intuïtief
- Geen weergave van de werkelijkheid
- Rommelige werkelijkheid
Hoe moeilijk kan het zijn: Waarom is het rommelig en het maken van beleid moeilijk?
- Meerdere, conflicterende waarden (financiële crisis, asielbeleid)
- Beperkte organisatie capaciteiten (politie, zorg)
- Nooit voldoende middelen (gezondheid, onderwijs, armoedebeleid)
- Kennis en informatie zij niet neutraal (diesel-gate)
- Controle is heel moeilijk (plastic afval, radicalisering)
- Politieke en maatschappelijke shifts (antirookcampagne)
Wat is dan goed beleid????
Daar is geen een antwoord op. Je kan wel lijstjes maken, maar nooit alle belangen zijn
vertegenwoordigd. Pas achteraf kun je zeggen of iets succesvol is geweest.
Wat zijn de beleidsuitdagingen van nu:
- Structurele versplintering:
o Structureel information overload -> arbeidsspecialisatie is noodzakelijk
o Veel organisaties: eigen blik op een maatschappelijk probleem ->
blikvernauwing
o Coherentie dreigt weg te vallen.
o Voorbeelden: Onderwijs -> Ministerie, inspectie, NVAO, DUO, Nationaal
archief, onderwijsraad, AWTI
- Politieke-culturele versplintering:
o +30 politieke partijen
o Populisme (zwart/wit weergave van beleidsproblemen)
- De netwerksamenleving:
o Productie/diensten-processen niet langer gebonden tot nationale grenzen
o Verschillende actoren zijn afhankelijk/verbonden van/met elkaar
Gevaar is dat je geen zicht heb -> kinderarbeid Primark
- Uitholling van de staat:
o Verticaal (supranationaal/sub-nationaal)
o Horizontaal (rechtsprekende macht/bedrijven/verzelfstandiging/burger)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daantje96. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.