Hedendaagse spanningen in een historisch perspectief
Institution
Katholieke Hogeschool VIVES (VIVES)
De lessen van het vak Hedendaagse spanningen in een historisch perspectief helemaal uitgetypt. Het bevat de inleiding, hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2, ook staat er uitleg bij over het examen en hier en daar een voorbeeldvraag. We maakten dit document met 3 en haalden 13, 16 en 19
hedendaagse spanningen in een historisch perspectief
Written for
Katholieke Hogeschool VIVES (VIVES)
Sociaal Agogisch Werk
Hedendaagse spanningen in een historisch perspectief
All documents for this subject (1)
1
review
By: declercqarno1 • 1 year ago
Seller
Follow
meredithhuyghebaert
Reviews received
Content preview
Hedendaagse spanningen in een historisch
perspectief
Over het vak
Doelstellingen:
Kritisch inzicht geven in de wereld om je heen.
Hoe kunnen we fake informatie onderscheiden van betrouwbare informatie?
Tijdsband doorlopen, we zien soms parallellen met het verleden.
Waar en waarom is het welzijnswerk ontstaan?
Examen
Mondeling, gesloten boek.
3 vragen:
A: geeft 6 woorden, data, namen, … en je moet het kunnen uitleggen.
B: betoog of verhaal. Vaak een verhaal met veel oorzaken en gevolgen waar hij een tijdje bij
stil heeft gestaan.
C: complex --> een inzichtsvraag, verbanden leggen tussen verschillende hoofdstukken.
,Les 1
LES 1: OPTIMISME OF PESSIMISME?
INLEIDING
Optimisme of pessimisme? Met deze inleidende les wil ik jullie aantonen dat doorheen de
geschiedenis mensen een optimistische ofwel pessimistische ingesteldheid/kijk hebben op de
werkelijkheid. Dat is afhankelijk van de tijdgeest, de periode waarop wij dobberen. Ook is dit
natuurlijk afhankelijk van de generatie voor ons. VB Als we kijken naar Bart de Wever, doorgaans
gaat die man een zeer pessimistisch beeld schetsen hoe het eraan toe gaat. Er zijn namelijk
klimaatvluchtelingen op komst en we moeten ons daartegen beschermen. Als we bij Anuna de
Wever kijken, dan kijkt zij eerder optimistisch. Ondanks het feit dat zij gaat betogen, gelooft zij er in
dat de wereld nog kan verbeteren.
Ik wil aan de hand van twee auteurs aantonen dat het klimaat waarin een mens leeft, bepaalt of de
mens nu optimistisch is of pessimistisch is. Die auteurs heten Louis Ferdinand Céline en Milan
Kundera. Van die twee auteurs krijgt u 1 bladzijde. Van MK krijgt u een blz uit zijn meest bekende
roman, De ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Gepubliceerd voor het eerst in 1984. MK is een
optimist, hij vindt dat wij de wereld kunnen veranderen zoals we dat zelf willen. Dit is ook wat een
sociaal werker doet, de wereld veranderen in positieve zin en dus een optimistische. VB ervoor
zorgen dat een alcoholverslaafde zijn verslaving kwijt is, ervoor zorgen dat een psychiatrische patiënt
ontslagen wordt en zelfstandig kan leven in onze maatschappij, ervoor zorgen dat een gedetineerde
die terug op straat komt, onderdak en werk vindt.
De andere tekst die je zal krijgen is van één van de meest vertaalde Franse auteurs uit de 20e eeuw
en toch kent u die man niet. Heel weinig mensen hebben ooit gehoord over LF. Een zeer belangrijke
auteur, maar die zijn we een beetje vergeten. We hebben hem geschrapt uit de schoolboeken omdat
hij een Jodenhater was, zowel voor de Tweede Wereldoorlog als tijdens. Wij vinden dat we
Jodenhaters niet kunnen gelijkstellen aan mensen die literatuur brengen. Dit heeft uiteraard niets
met elkaar te maken. Vandaar dat ik jullie een tekst presenteer uit zijn boek, Reis naar het einde van
de nacht. Dit boek heeft hem bekend gemaakt tussen de Twee Wereldoorlogen in. LFC is een
pessimist, dit merk je als je dit boek leest.
LOUIS FERDINANT CéLINE (-) VS MILAN KUNDERA (+)
We willen nagaan hoe het komt dat sommige pessimist zijn en andere optimist zijn. LFC is geboren
rond 1890. Dat wil zeggen dat hij een heel specifieke kijk heeft op de geschiedenis. Zijn vader heeft
de Frans-Duitse oorlog meegemaakt van 1870-1871. LFC is 20 à 25 jaar wanneer de Eerste
Wereldoorlog uitbreekt. Hij is een vijftiger als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt. In heel zijn leven
maakt hij dus verschillende oorlogen mee. Voor LFC is het oorlog voeren de regel in zijn leven en de
tussenliggende periodes tussen de oorlogen noemt men ‘vredes’, maar deze duren niet zo lang.
Nu zitten wij samen met MK in een situatie dat er al sinds 1945 vrede heerst, en dat is bijna 80 jaar
dat er hier in Europa vrede is. Dit wil zeggen dat je ouders nooit een oorlog hebben meegemaakt,
tenzij je vader beroepsmilitair is en naar Joegoslavie is getrokken of naar andere gebieden. Uw
grootouders hebben evenmin een oorlog meegemaakt, het krijgsgevoel en het oorlog voeren is geen
gespreksonderwerp aan de tafel. 40-50 jaar geleden was dit anders. Iedereen had wel een nonkel,
vader of broer die gesneuveld was in de oorlog, in elke straat woonde wel iemand waarvan zijn been
was afgeschoten in de oorlog. Die oorlogen waren permanent zichtbaar en tastbaar. Voor ons is het
,iets geworden dat wij spelen op onze PlayStation of dat we zien in de media. Iets dat uitzonderlijk is,
een ‘ver van onze bed show’.
Voor onze grootouders en overgrootouders was dit anders, zij hebben geweten dat mensen
neergeschoten werden. Zij hebben de collaborateurs zien opgenomen worden en hun haar
afgeschoren worden, dat was allemaal aanwezig. Dit is de context waarin LFC zijn roman schrijft en
uiteraard ga je dan met een vrij pessimistisch idee naar de dingen kijken.
MK is een jood en een deel van zijn familie is omgekomen in de kampen, is vergast en dus uitgeroeid
in Auschwitz. Je zou kunnen denken dat hij een zeer pessimistische kijk op de wereld gaat
ontwikkelen, want een groot deel van zijn familie is omgekomen. Neen, hij is geen pessimist. Die
ramp die Hitler veroorzaakt heeft, de Holocaust waarbij 6 miljoen joden uitgeroeid werden en dan
nog eens even veel homofielen, zigeuners, … werden ook vergast en uitgeroeid., dus 12 miljoen
mensen. ‘Dat is een uitzondering in de geschiedenis, dat kan geen twee keer gebeuren’ is zijn
gedachte. En vandaar zijn optimisme. Het kan alleen maar beteren nu de holocaust gepasseerd is.
PROBLEEMSTELLING / GEDACHTE VAN DEZE LES
Kijk dit is een fles materiaal. Ik wil bij elke les een probleemstelling ontwikkelen en deze oplossen. Ik
geef jullie niet alleen maar feiten, ik zal verhalen vertellen aan de hand van problemen. Deze les zal ik
twee problemen naar voor brengen. De wetenschap, ook geschiedenis worden hierbij gerekend en
ook psychologie, sociologie, statistiek, filosofie. Deze wetenschappen zijn niet objectief te noemen.
Ook zij hebben een bepaalde invalshoek, focus en methode. Mijn stelling is vandaag ‘objectiviteit is
moeilijk haalbaar’. De vraag is: Is dat wenselijk om objectief te zijn? Het feit dat we niet objectief
kunnen denken leidt tot bepaalde denkrichtingen, het optimisme van Anuna en het pessimisme van
Bart.
Een tweede gedachte die ik hierop laat aansluiten, (de tweede vertrekt uit de eerste) ‘wetenschap
kan ook vervalst worden’. Wetenschap is te vervalsen of voor verschillende karren te spannen.
Geloof niet alles wat je hoort! Museum van de misdaad in Gent, heeft mooie expositie en daar zie je
dat politiemensen hun onderzoek uitbesteden aan wetenschappers om tot meer objectiviteit komen.
In de jaren 60 was er een man die heel spectaculaire misdaden kon oplossen aan de universiteit.
Later bleek dat hij dit fakete om zelf populairder te worden. Na een 3 à 4-tal foute veroordelingen
zijn die mensen terug vrijgekomen op straat. Wetenschap is om allerlei redenen, commerciële
redenen, redenen van eer enzovoort te vervalsen. Dat wil ik in deze les ontwrichten.
ACTIEVE CONSTRUCTIE
Als we het hebben over geschiedenis, dan denken we ’wat is geschiedenis’. We associëren dit met
het secundair onderwijs en met feiten en data die we vanbuiten moeten leren. Dat is wat leerlingen
en studenten over een vak geschiedenis vertellen. Als je aan mij, de historicus, vraagt: ‘Wat is
geschiedenis?’, dan is dat voor mij een actieve constructie. Dat zijn twee moeilijke woordjes. Ik begin
met het woord constructie. Geschiedenis is iets dat gemaakt wordt. Wie maakt er geschiedenis?
Journalisten die een krant schrijven, de krant van gisteren is ondertussen geschiedenis geworden en
historici maken geschiedenis. Ik die van mijn directeur de opdracht krijg om in het schoolarchief te
duiken en daar een boek over te schrijven, wel dat is een constructie, ik maak het.
Je kan eigenlijk maar 2 historische producten hebben: ofwel maak je een boek ofwel maak je een film
of een documentaire over. Ander materiaal om de geschiedenis tot bij u te brengen is er niet. Ik kan
ook heel gemakkelijk beslissen om bepaalde onderwerpen niet te behandelen. Ik ga niet heel de
schoolgeschiedenis kunnen weergeven, ik heb bv maar 400 blz. Ik ga dus automatisch dingen moeten
schrappen. Je kan dus zelf kiezen wat je schrapt: de minder belangrijke dingen maar ook de minder
, wenselijke dingen kan je schrappen. Stel nu dat die directeur een affaire had met een maîtresse, een
secretaresse. Zou ik dat in het boek kwijt kunnen? Dat is sappige geschiedenis he! Ik ben als
historicus gebonden met handen en voeten aan mijn opdrachtgever. Hij is diegene die mij betaalt en
mij dus een loon geeft. Ik schrijf automatisch wat hij sociaal wenselijk vindt. Die objectiviteit is zeer
moeilijk te bereiken. Ook mensen die verbonden zijn aan universiteiten, zijn verbonden met
onzichtbare touwtjes daaraan. Daar zal het niet over gaan of daar zal het des te meer over gaan, de
opdrachtgever beslist. Dat is die constructie.
Actief wil zeggen dat ik effectief mensen ga opzoeken, ik ga oud-studenten opsporen en hen
interviewen. Ik ga hier naar de kelder en zoek in het archief verschillende documenten, prachtige
documenten over docenten van IPSOC die zat in de les staan, over docenten die systematisch te laat
komen. Ja, daar publiceer ik ook beter niet over, dat is geen goeie reclame voor onze school. Zo zie je
de totstandkoming van de actieve constructie. Er is over nagedacht. We gaan niet alles opnemen en
we nemen dus een mooie selectie op. Later misschien in een volgende fase, als die mensen
overleden zijn of als die mensen lang genoeg gestorven zijn of als er lang genoeg tijd overgegaan.
Dan kan je ook de minder fraaie dingen publiceren en dus ook de echte geschiedenis. Maar dan is het
archief misschien wel al vernietigd. Dat weet je dus niet he.
VRAGEN DIE HIERUIT KOMEN
De actieve constructie doet je een aantal vragen opstellen. 1. Wie maakt die geschiedenis? U krijgt
hier op IPSOC les van iemand, u krijgt geschiedenis les van iemand. Wie is dat? Is dat een linksen die
Wydooghe? Waar woont hij? Heeft hij kinderen? … Dat heeft allemaal te maken naar hoe hij naar de
geschiedenis kijkt. De vraag ‘wie maakt er geschiedenis’ is vaak interessanter dan de geschiedenis
zelf. 2. Waarom maakt hij geschiedenis? Waarom schreef je een boek over de IPSOC? Omdat mijn
baas dat vroeg. Ik heb dat dus gedaan omwille van mijn loon en omdat ik dat graag doe. 3. Wat is het
doel van het historisch proces? Gaan wij ergens naartoe? Soms wil men u dat doen geloven, dat het
een soort proces is, dat het altijd maar beter wordt, dat het dus altijd maar ingenieuzer wordt en dat
we altijd maar meer kennen en kunnen. Is dat zo, of modderen wij maar wat aan?
Ik heb onlangs in Nederland op een studiedag de geschiedenis moeten vertellen over de Belgische
politie die een hele evolutie al heeft meegemaakt. Ik doe dat in een uurtje en een half. De Hollanders
zeiden: vroeger was dat allemaal veel gemakkelijker, nu is dat veel complexer. Nene, ik heb mijn
verhaal van 150 jaar geschiedenis in een uurtje half gestoken, daarom ziet het er gemakkelijk uit. Als
je een tijdgenoot van 1830 vraagt: Hoe ziet de geschiedenis eruit? Dan zal dat ook niet gemakkelijk
zijn hoor en dus heel complex.
Is er een doel? Gaan we ergens uitkomen of modderen we gewoon wat aan? Wat wil je bereiken met
je welzijnswerk? Dat is net dezelfde vraag. Wat is het doel van de sociale assistenten? Als je in het
OCMW zit, wat is het doel, wat wil je met die patiënt bereiken? Wil je dat ze beter worden? Of wil je
ze gewoon verzorgen hoe ze nu zijn? Of in het slechtste geval, een beetje erger maken en dus het
terugdraaien van de situatie.
4. Is er een richting in de loop van de geschiedenis? Hier kan ik onmiddellijk een voorbeeld geven met
LFC EN MK. LFC zegt: ‘Ja er is een richting in de geschiedenis, namelijk dit: de geschiedenis is een
slang die in zijn eigen staart bijt. alles keert terug. Vandaag is er vrede, morgen is er oorlog. Zo gaat
het door is een reis naar het einde van de nacht om opnieuw dag te worden.’ Je vindt in zijn titel al
zijn visie terug. De dag is de vrede en de nacht is oorlog, zo herhaalt het zich met weinig variaties
weliswaar.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meredithhuyghebaert. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.32. You're not tied to anything after your purchase.