Hoofdstuk 4, Regelgevers en toezichthouders
4.1 Het institutionele kader van de externe verslaggeving
Voor landen van de Europese Unie zijn 2 sets van regelgeving voor de externe jaarrekening:
De International Financial Reporting Standards (IFRS), die gelden voor
beursgenoteerde ondernemingen
De nationale wetgeving van de lidstaten, die geldt voor niet-beursgenoteerde
ondernemingen
International Financial Reporting Standards (IFRS)
De IFRS worden vastgesteld door de International Accounting Standards Board (IASB). De
IASB is een non-gouvernementele organisatie en dus hebben de IFRS uit zichzelf geen
juridische status. Daarom heeft de Europese Unie door middel van een IAS-verordening
bepaald dat ze regelgevende kracht hebben binnen Europa. De IAS-verordening werkt direct,
dus het is niet nodig dat lidstaten hun nationale wetgeving aanpassen. In de verordening is
bepaald dat de IFRS eerst een Europese goedkeuringsprocedure moet doorlopen. Voor dit
endorsement mechanism wordt inhoudelijke ondersteuning geleverd door een Technisch
comité. Pas nadat ze zijn goedgekeurd zijn ze van toepassing op de Europese
beursgenoteerde ondernemingen. Hierdoor kunnen verschillen bestaan tussen de EU-versie
van IFRS en de oorspronkelijke IFRS, zoals opgesteld door de IASB (full IFRS).
Nationale wetgeving
Voor de jaarrekening van niet-beursgenoteerde ondernemingen geldt in principe de
regelgeving die door de wetgevers van de lidstaten is vastgesteld. Deze nationale wetgeving
is gebaseerd op EG- c.q. EU-richtlijnen, die geen rechtstreekse werking hebben maar
waarvan de inhoud dient te worden opgenomen in de wetgeving van de lidstaten.
Nederland heeft ervoor gekozen om niet-beursgenoteerde ondernemingen de mogelijkheid
te geven om op vrijwillige basis het IFRS-regime als uitgangspunt te nemen in plaats van het
regime zoals geschreven in de Nederlandse wet.
De regels die zijn vastgelegd in de Nederlandse wet hebben het karakter van een
raamwetgeving, waarbij een aantal zaken dwingend is voorgeschreven en veel is
opengelaten om door het maatschappelijk verkeer ingevuld te worden. De Raad voor de
Jaarverslaggeving (RJ) heeft als taak om via richtlijnen voor de jaarverslaggeving (RJ’s) deze
lege plekken nader in te vullen. Het geheel van de Nederlandse verslaggevingsvoorschriften
heet de Dutch Generally Accepted Principles (Dutch-GAAP).
Micro- en kleine rechtspersonen mogen hun jaarrekening opstellen op basis van fiscale
grondslagen. Zo’n jaarrekening kan dan de basis voren voor zowel het gepubliceerde
jaarrapport als voor de aangifte vennootschapsbelasting. De fiscale grondslagen voor
waardering en resultaatbepaling zijn opgenomen in de Wet op de vennootschapsbelasting.
Een jaarrekening deels opstellen op fiscale grondslagen en deels op die van de Nederlandse
wet/RJ is niet toegestaan.
Het toestaan van fiscale rondslagen heeft alleen betrekking op de waardering en
resultaatbepaling (valuation) en niet op de voorschriften die gelden voor het al dan niet
opnemen in de balans (recognition), de rubricering van de posten in de jaarrekening
(presentation) en de in de toelichting op te nemen informatie (disclosure). Voor deze
laatsten blijven de voorschriften van de Nederalndse wet/RJ ontverkort gelden.
, Keuzemogelijkheden
Niet-beursgenoteerde ondernemingen
kunnen ervoor kiezen om gebruik te
maken van de wettelijke IFRS regels.
Verder is het zo dat de door de Europese
Unie uitgevaardigde IAS-verordening
alleen verplichte werking heeft voor de
geconsolideerde jaarrekening van
beursgenoteerde ondernemingen. Dit is
de jaarreekning die een beeld geeft van
de financiële positie van het concern als
geheel. De moedermaatschappij moet
ook een enkelvoudige jaarrekening
(vennootschappelijke jaarrekening)
opmaken. Hierin komen de financiële
gegevens van groepsmaatschappijen voor
onder de posten Kapitaalbelangen en Resultaat uit kapitaalbelangen, terwijl in de
geconsolideerde jaarrekening genoemde posten zijn vervangen door de achterliggende
activa en passiva en opbrengsten en kosten. Uit een artikel blijkt het volgende:
Als gekozen wordt voor IFRS moeten deze voorschriften integraal worden toegepast:
de jaarrekening mag dus niet deels zijn gebaseerd op IFRS en deels op de
Nederlandse verslaggevingsvoorschriften.
Als voor de geconsolideerde jaarrekening gekozen is voor toepassing van de
Nederlandse regelgeving, dan moet ook de enkelvoudige jaarrekening op basis van
deze voorschriften worden opgesteld.
Als voor de geconsolideerde jaarrekening gekozen is voor IFRS, dan kan voor het
opstellen van de enkelvoudige jaarrekening uitgegaan worden van:
o Integrale toepassing van de Nederlandse verslaggevingsvoorschriften, of
o Toepassing van IFRS voor de waarderingsgrondslagen en toepassing van de
Nederlandse verslaggevingsvoorschriften voor de presentatie van de posten
en de toelichting, of
o Integrale toepassing van IFRS
Mogelijke combinaties:
Combinatie Geconsolideerde jaarrekening Enkelvoudige jaarrekening
s
1 Wet/RJ Wet/RJ
2 IFRS Wet/RJ
3 IFRS IFRS voor de waarderingsgrondslagen en
Wet/RJ voor de presentatie en toelichting
4 IFRS IFRS
1 niet mogelijk voor beursgenoteerde ondernemingen.
3 door de wetgever gecreëerd om het mogelijk te maken het eigen vermogen volgens de
geconsolideerde jaarrekening gelijk te doen zijn aan die volgens de enkelvoudige.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller simone_elissen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.