Vraag 1
Behandel gemotiveerd de (on)juistheid van de navolgende stellingen:
a) Het bestaan van een interne schuldverhouding tussen een gevoegde
moedermaatschappij en een gevoegde dochtermaatschappij kan geen invloed hebben op
de fiscale eenheid in aanmerking te nemen winst.
ONJUSIT - Art. 15ab lid 6 Vpb ziet op onderlinge vorderingen en schulden voorafgaand aan
het tijdstip waarop de fiscale eenheid ontstaat. De hoofdregel is dat vorderingen binnen de
fiscale eenheid non existent zijn. Pas bij ontvoeging van de maatschappij kan de vordering
weer een rol gaan spelen.
Niet in college behandeld: Moeder en dochter zijn gevoegd in fiscale eenheid. M heeft
bedrag uitgeleend aan D en er wordt een at arms length rente betaald. De rente is
aftrekbaar bij D en belast bij M. Deze rente zie je niet in het resultaat van de fiscale eenheid.
Dit kan echter wel invloed hebben op de verrekening van verliezen, zie art. 7 Vpb. Het gaat
hier om verliesverrekening over het ontvoegingstijdstip heen, zie slide 41 hc 10.
Verliesverrekening is mogelijk over het ontvoegingstijdstip heen, maar enkelsporig op basis
van fictieve zelfstandigheid. Art. 15ae Vpb bevat de regel dat je enkelsporig verlies dient te
verrekenen en art. 15ah Vpb ziet op hoe we gaan vaststellen wat de enkelsporige winst is
van een vennootschap en hoe we de winst van de fiscale eenheid gaan alloceren aan de
desbetreffende entiteiten die bevoegd zijn voor de regels van voorvoegingsverlies. Bij deze
interne vorderingen/schuldverhoudingen speelt art. 15ah lid 3 Vpb een rol, zie slide 43/44
van hc 10.
Voorbeeld: moedermaatschappij heeft alle aandelen in dochter en in jaar 1 is er nog geen
sprake van een fiscale eenheid. De moeder heeft 1000 cash op de bank staan en krijgt daar
5% rente over. Die behaalt dus een winst van 50. De dochter heeft in jaar 1 een verlies van
30 geleden met haar onderneming. De moeder moet over 50 belasting betalen en de
dochter heeft 30 aan verrekenbare verliezen. Haar belastbaar bedrag is dus 0. In jaar 2 is er
wel sprake van een fiscale eenheid en gaat het iets beter met de dochter. De FE haalt in jaar
2 60 winst, waarvan de moeder nog steeds 50 behaalt en de dochter 10. Nu is de vraag of de
winst van de FE van 60 verrekend kan worden met het verlies van de dochter. Dit kan niet
vanwege de enkelsporige verliesverrekening van art. 15ah lid 1 Vpb. Je moet kijken naar de
zelfstandige winst van de entiteiten. Van D is dit 10 en dat betekent dat de FE over 50
belasting moet betalen. Het verlies van 20 staat nog open bij de dochter. Wat zou je in deze
casus kunnen doen om die 30 te verrekenen in plaats van die 10 bij de dochter? Stel dat M
het banksaldo tijdens de FE had opgenomen en uitgeleend aan D tegen hetzelfde
rentepercentage. Dit levert bij D 50 (+10) aan winst op en zonder art. 15ah lid 3 Vpb zou de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stuviafiscaal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.