100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Kwantitatieve en gemengde methoden - samenvatting $9.37   Add to cart

Summary

Kwantitatieve en gemengde methoden - samenvatting

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een gestructureerde en ordelijke samenvatting van het vak methode deel 2: kwantitatieve en gemengde methoden! Veel succes ermee! (Laat na aankoop ook gerust een review achter voor je medestudenten)

Preview 4 out of 40  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1, 4 t/m 7, 9, 11, 16 en 17
  • May 25, 2024
  • 40
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Kwantitatieve en gemengde methoden
INLEIDING TOT KWANTITATIEVE METHODEN
WAAROM KWALITATIEF ONDERZOEK
IEDERE PSYCHOLOOG MOET KENNISCLAIMS KUNNEN BEOORDELEN
Wetenschappelijke kennisclaims
 Steunen op wetenschappelijk empirisch onderzoek
 Niet door God gegeven: theologie
 Niet abstract beredeneerd: metafysica

Onderscheiden zich van…
Persoonlijke ervaringen of meningen Sociale normen Informatie van experts
- ‘Zelf meegemaakt’ - ‘Gezond verstand’, ‘iedereen - Niet iedere ‘expert’
- Ervaringsdeskundigheid is ziet toch dat…’ doet aan
niet wetenschappelijk - Iets is nog niet ‘waarheid’ wetenschappelijk
- Levenswijsheid is geen omdat het sociaal wenselijk is onderzoek
wetenschappelijke kennis of van het gezond verstand
komt

Als psycholoog moet je vertrouwd zijn met wetenschappelijke methoden om (nieuwe) psychologische
kennis kritisch te beoordelen en verantwoord te gebruiken

WETENSCHAPPELIJKE KENNIS VS. GEWONE KENNISCLAIMS
De manier waarop kennis tot stand komt: de methodologie

Wat maakt conclusies uit wetenschappelijk onderzoek anders van andere kennisclaims?
 Systematische methoden, observatie
 Wetenschappelijk onderzoek is falsifieerbaar, betrouwbaar
 Openbaar gepubliceerd, transparant, peer-reviews

De methode voldoet aan wetenschappelijke kwaliteitscriteria
 Precies weten hoe je aan die kennis komt
 Men moet onderzoek kunnen nakijken, onderzoek repliceren en zelfde of andere resultaten
bekomen
 Beoordelen of de conclusies legitiem getrokken zijn

De psycholoog moet vertrouwd zijn met wetenschappelijke methoden om
1. Psychologische kennis kritisch te beoordelen
2. Psychologische kennis verantwoord te gebruiken
3. Om eventueel zelf onderzoek te doen

WAT IS KWALITATIEF ONDERZOEK
Onderscheid tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek
 Kennistheoretische benadering: ander doel van het onderzoek, andere visie op wat ‘kennis’ is
 Methoden van dataverzameling en -analyse: andere gereedschapskist
 Onderzoeksproces: andere accenten in empirische cyclus

Kenmerken van kwalitatief onderzoek
 Rijke data  Diepere band onderzoeker-
 Perspectief van het individu participant
 Natuurlijke setting  Relatief ongestructureerd
 Idiografisch: specifieke factoren  Geen hypothesetoetsing,
maar theorieën en
Rijke data concepten
Perspectief van hetuitdenken
individu Natuurlijke settings
- Weinig vaste structuur of - Betekenis van de - Belang van context, want
preselectie ervaring context bepaalt perspectief
- Niet zo gestandaardiseerd - Insiderperspectief - van
Kijkenindividu
in natuurlijke habitat
- Niet vooraf vastgelegd wat er - Individueel perspectief - Kenmerken
van de persoonvan het dagelijks
gecodeerd en geregistreerd en betekenisgeving leven: ecologische validiteit
wordt
1

,- Open vragen i.p.v. gesloten
vragen
KENNISTHEORETISCHE BENADERING IN KWALITATIEF ONDERZOEK
KENNISTHEORIE (EPISTEMOLOGIE, WETENSCHAPSFILOSOFIE)
Kennistheorie Houdt een visie in op
 Hoe wordt kennis vergaard?  De staat van de wereld
 Wat is de waarde van wat we weten?  Het doel van de
 Kennis op basis van empirisch onderzoek wetenschap
 De rol van de onderzoeker
KWANTITATIEVE KENNISTHEORIE VS. KWALITATIEVE KENNISTHEORIE

Kwantitatieve kennistheorie Kwalitatieve kennistheorie
Logisch positivisme (Comte) Sociaal constructivisme, relativisme, postmodernisme
- Periode van de Verlichting
- Theologische fase: kennis o.b.v. God en Er bestaat geen objectieve kennis
religie - Hooguit bestaan er meerdere manieren om de
Metafysische fase: kennis o.b.v. wereld te kennen
redeneren - Enkel intersubjectieve kennis: kennis die gedeeld
Wetenschappelijke fase: empirie wordt door mensen met dezelfde visie

Er bestaat objectieve kennis Kennis gebaseerd op interactie: cultuur, milieu, tijd
- De externe wereld bepaalt wat waar is waarin we leven en in interactie treden met anderen
- Toets aan externe realiteit bepaalt wat bepaalt ons perspectief op de wereld
waar en onwaar is (realisme)
Onderzoek leidt tot waardevolle interpretatie van de
Onderzoek brengt ons steeds dichter bij werkelijkheid
de ‘waarheid’ - Meerdere interpretaties vullen elkaar aan
- Wetenschap is cumulatief - Meer interpretaties mogelijk
- Leidt tot het ontdekken van de - Meer realiteiten en dimensies
objectieve realiteit - Onderzoek als bouwproject
- Onderzoek als ontdekkingsreis
Perspectief onderzoeker van invloed op
Neurale onderzoeker geproduceerde kennis
- Kennisproductie is onafhankelijk van de - Theoretisch perspectief, sociale en culturele
onderzoeker achtergrond van belang
- Onderzoeker moet ‘neutraal blijven’, - Kennis niet compleet neutraal
zich uitgommen, als - Als onderzoeker dus zo transparant mogelijk zijn
‘registratiemachine’ over assumpties en perspectieven zodat anderen
hierover kritisch kunnen reflecteren
Determinisme: leven gebonden aan
fysische wetten, externe krachten Nadruk op agency: zelf werkelijkheid scheppen door
interactie
Positivisme als grond voor behaviorisme
Soorten onderzoekstijlen
- Focus op interactie, microniveau: visie op wereld
bepaald door persoonlijke interacties (agency)
- Focus op maatschappij, macroniveau: visie bepaald
door sociale structuren (structuur)

VERGELIJKING KENNISTHEORIEËN: DOEL EN SOCIAAL ENGAGEMENT
Postmodernisme Positivisme
Doel: een perspectief laten zien, RELATIVISME Doel: de waarheid kennen, REALISME
Doel: meerdere perspectieven combineren in dialoog,
SOCIAAL CONSTRUCTIVISME
- Sociaal constructivisme: je maakt een perspectief,
constructie
samen, met participanten, peers…
- Laten zien hoe perspectief tot stand komt in een dialoog
met anderen


2

,Kennistheorie en sociaal engagement gaan soms samen
 Doel: onderbelicht perspectief laten zien (vb. aandacht voor perspectief van minder machtigen);
‘het’ perspectief bestaat niet maar verschillende perspectieven naast elkaar laten bestaan
 Doel: laten zien hoe perspectief samen kan worden geconstrueerd; hoe mensen samen de
werkelijkheid veranderen
KWALITATIEF ONDERZOEK IN DE EMPIRISCHE CYCLUS
INDUCTIE EN DEDUCTIE
Onderzoek beweegt zich voortdurend heen en weer…
 Theorie naar data (deductie)
 Data terug naar theorie (inductie)

DEDUCTIE
 Van algemeen naar specifiek
 Je vertrekt van een algemene theorie waaruit je toetsbare uitspraken afleidt (hypothese)

Voorbeeld: meisjes zijn minder goed in wiskunde en natuurkunde dan jongens
Toetsbare hypothesen
 Meisjes zullen een lagere score halen op een natuurkunde test dan jongens
 Meisjes moeten harder werken om hetzelfde punt te halen

INDUCTIE
 Van specifiek naar algemeen
 Je vertrekt van beperkte data (een initiële en/of beperkt aantal observaties)

Voorbeeld: je professionele ervaring dat je als fysicaleerkracht meisjes moeilijker gemotiveerd krijgt
voor je vak én je bevinding dat meisjes minder kiezen voor een wiskundige of natuurkundige studie
dan jongens
Algemeen afgeleide theorie: meisjes hebben minder aanleg voor natuurwetenschappen dan jongens

KWALITATIEF ONDERZOEK
Kwalitatief onderzoek als geschikte basis voor inductie, want iets heel algemeen i.p.v. ontzetten
specifiek
 Rijke beschrijvingen: niet onmiddellijk reduceren
 Nadruk op perspectief van een individu: niet reduceren tot gedragskenmerken die je
gestandaardiseerd kan meten bij iedereen
 Oog voor dagelijks leven in een specifieke sociale en culturele omgeving: i.p.v. reductie tot
gestandaardiseerd labo

Het verschil
KWANTITATIEF KWALITATIEF
NADRUK OP Deductie Inductie

METHODE Hypothetisch deductief Theoretische interpretatie

METAFOOR Ontdekkingsreis Bouwproject

SOORT Nomothetisch Idiografisch


Kwantitatief en kwalitatief onderzoek is complementair

Kritiek van kwalitatieve onderzoekers op deductie
 Hoe kom je aan nieuwe inzichten/theorieën  Black box van kwantitatief onderzoek (ze weten
dit niet)
 Inzichten in bestaande theorieën worden alleen aangeleverd door de elite/mainstream: geen
kritische reflectie, maar gewoon aangeleverde theorie waar hypothesen uit afgeleid worden voor
toetsing

Voorbeeld van beperking hypothetische deductie: zelfbeschikkingstheorie (self determination theory)
 Theorie was reeds aangeleverd, getoetst door Zuckerman d.m.v. hypothesen
- Men kon wel kiezen of niet kiezen voor de puzzel die men oploste

3

, - AV: hoelang men bezig bleef
- Resultaat: ‘meer motivatie indien je je eigen intrinsieke keuze kan maken’
 Cross-cultureel onderzoek naar (niet-)opgelegde huwelijken
- Onderzoeker ziet advertenties in India waar ouders zoeken naar huwelijkspartner voor
dochter  inductie van idee dat ‘men gelukkiger is indien geen keuze’
- Bleek echt zo te zijn: zelfdeterminatietheorie is enkel westers perspectief, geen pure
waarheid

Onderzoekscyclus: combinatie van kwalitatief (inductie van theorie) en kwantitatief (deductie en toetsing
van hypothesen)
DEEL 1 – METHODEN VAN DATAVERZAMELING EN ONDERZOEKSOPZET
VOORBEELD KWALITATIEF ONDERZOEK: PESTERIJEN OP SCHOOL EN OP
HET WERK
Definitie ‘pesterijen op het werk’ (Baillien et al, 2007)
 ‘Het negatief behandelen van andere medewerkers gedurende een zekere periode’
 ‘Het negatief gedrag is systematisch en het doelwit kan zich moeilijk verdedigen’
 ‘… kan psychische, fysieke of seksuele vormen aannemen’
 ‘… richt zich op de persoon (bv. beledigingen, vernederingen) of diens functioneren op het werk
(bv. uitsluiting…)’

Fasen in pesterijen op het werk (Leymann, 1996)




De onderzoeksvraag
Kwalitatief Kwantitatief
 Ontstaan en verloop, subjectieve beleving,  Samenhang, associatie, frequenties, oorzaken
context  Hoe vaak, hoelang, wanneer…
 Wat-vragen, hoe voelt het slachtoffer zich,
ervaring, waaromvragen…

Hoe herken je typische vragen waarvoor kwantitatieve dataverzameling gebruikt?
 Frequentie van pesterijen (hoeveel, hoe vaak…)
 Verschil tussen organisaties, persoonlijkheden, meetpunten… (meer of minder, stijging of daling…)
 Algemeen verband met persoons- (vb. sub assertiviteit) of situatiekenmerken (vb. stress op het
werk)
 Oorzaak van pesterijen (vb. conflict escalatie)

Wanneer moet je dan wel best kwalitatieve data gebruiken?
 Hoe ontstaan en verlopen pesterijen op het werk?
 Wanneer escaleert het pestgedrag?
 Hoe beleven slachtoffers en daders een pestincident?
 Wanneer slaat een conflict op het werk om in pesterijen?
 Waarom komt pesten vaak voor in een bepaalde organisatie?

Hoe herken je typische vragen waarvoor je kwalitatieve data moet verzamelen?
 Ontstaan en verloop van pesterijen (wat, wie, wanneer…)
 Subjectieve beleving door getuigen, slachtoffers, daders, leidinggevende… (hoe, waarom…)
 Specifieke context rondom pestincidenten (waar, wanneer…)

Gereedschapskist: kwalitatief onderzoek
Typische vragen in kwalitatief onderzoek Dataverzameling in kwalitatief onderzoek
Ontstaan en verloop (wat, wie, hoe?) Rijke data: gedetailleerde beschrijvingen
Subjectieve beleving (hoe, waarom) Perspectief van een individu: betekenis van de
ervaring
Specifieke context (waar, wanneer) Natuurlijke settingen, kenmerken van het
dagelijkse leven

4 Dataverwerking en inhoudsanalyse
 Geluidsopnamen, woordelijke transcripten
 Casusanalyse: samenvattende beschrijving casus
 Procesanalyse: benoemen processen

 Citaten groeperen onder processen als illustratie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinevanmuysen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.37. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.37
  • (0)
  Add to cart