1. VERTALEN EN TOLKEN DEFINITIES EN CENTRALE BEGRIPPEN
A. VERTALEN EN TOLKEN
BASISDEF VERTALEN:
Transferactiviteit waarbij brontekst w overgebracht in EN vervangen w door doeltekst
Die gelijkwaardig is aan de brontekst
Brontekst = vanwege talige, culturele of zintuiglijke barrières niet toegankelijk
“vervangen” = vertaling lezen en meekrijgen wat de brontekst bedoelt
Hoeft niet noodzakelijk een verbale code te zijn (bv. kleuren, bewegingen, …)
Vertaling: een vorm van afgeleide/secundaire van communicatie
WANT zonder brontekst zou er geen vertaling bestaan
Vertaling w gebruikt voor zowel een proces (activiteit) als product (eindresultaat van die activiteit)
De doelstelling vd auteur hoeft niet dezelfde doelstelling te zijn vd vertaler
“Verschil tussen vertalen en tolken?”
Aspect: modus van BT en DT (schriftelijk/ mondeling)
Vertalen: transferactiviteit met schriftelijke brontekst en schriftelijke doeltekst
Tolken: transferactiviteit met mondelinge brontekst en mondelinge doeltekst
TERM VERTALEN:
Overkoepelende term voor schriftelijke EN mondelinge transferactiviteit
Mondelinge activiteit = tolken
Datgene wat vertaald w (BT) en vertaling (DT) zijn meestal mondeling van aard
MAAR kan ook uitgedrukt w in gebaren (bv. gebarentolken) of schriftelijke DT (schrijf/tap)
Schriftelijke activiteit = vertalen
BT en DT hoeven niet altijd schriftelijk bv. audiobeschrijving of dubbing
Hybride = mix van vertalen en tolken bij nieuwe vormen zoals live ondertiteling via respeaken
B. VERTAAL- EN TOLKVORMEN
VERTAALVORMEN
De diversiteit aan vertaalopdrachten w meestal benoemd en geclassificeerd volgens versch. paraplutermen
Die termen hebben betrekking op het thematische domein waartoe het onderwerp vd BT behoort
DRIE SOORTEN:
Gespecialiseerde vertaling: vertaler heeft domeinkennis nodig
= medische, technische, juridische, financieel-economische
Algemene vertaling: vertaler heeft geen domeinkennis nodig
Vb: nieuwberichten, persberichten
Literaire vertaling: vertaler moet zich inlezen in een bepaald domein maar moet NIET gespecialiseerd zijn
1. Juridische vertaling
, = beëdigd vertalen (alles wat voor de rechtbank gebruikt wordt)
Vb: juridische tekst, juridische terminologie, juridische status (bv. liefdesbrief gebruikt in rechtszaak)
2. Audiovisuele vertaling
Verwijst naar mix v communicatiekanalen waarop BT en DT steunen
Ondertiteling: altijd hoorbare BT <-> boventiteling (opera)
Audiobeschrijving: audiodescriptie, beschrijft visuele info in woorden
Reductie: alleen weergeven tussen mono- of dialogen
Dubbing: nasynchronisatie, vertaler maakt vertaling op script dat w ingelezen door sprekers in
dubbingkamer rekening houden met lengte en mondbeweging personages
Live subtitling: via respeaking, automatische spraakherkenning of velotyping
Voice-over: zakelijke stem en geen rekening houden met mond
Kwetsbaar door technische specificaties (aantal karakters & leessnelheid) + aanwezigheid v brontekst
3. Literaire vertaling
Literair vertaler hoeft ≠ gespecialiseerd te zijn in specifiek domein
Moet zich soms inlezen in bepaald domein als tekst domein specifieke woordenschat bevat
Refereert niet aan thematisch domein MAAR aan publicatiegenre waartoe BT en vertaling gerekend w
Vb: proza, poëzie, toneelstukken, …
4. Lokalisatie
= de vertaling v software, apps, websites en games
Je moet vaak ook de onderliggende codes vertalen bv. sneltoetsen
Inhoud en vorm v BT worden volledig aangepast aan cultuur waarin de DT zal worden gebruikt
5. Transcreatie
= de vertaling van marketingteksten (soms tot lokalisatie gerekend)
Vb: slogans, …
6. Financieel-economische vertaling
Vb: prospectus voor beleggers, jaarverslagen
7. Technische vertaling
Vb: technische beschrijving van producten
8. Medische vertaling
Vb: bijsluiters voor artsen en patiënten, specificaties van röntgenapparatuur, handboeken
DRIE CRITERIA:
Setting = waar de tolkprestatie plaatsvindt
Het moment waarop de tolkbeurt moet plaatsvinden = simultaan (gelijktijdig) of consecutief (na spreker)
De aard vh contact met partijen en afstand tot hen
Verbindingstolken: direct contact met spreker en luisteraar
= binnen kleinschalige context bv. ziekenhuis EN is meestal consecutief
= liaison interpreting of gesprekstolken
Fluistertolken/ chuchotage: direct contact met de luisteraar alleen (simultaan), zit er vlak naast
Afstandstolken: niet in direct contact met spreker en luisteraar
Tolk is aanwezig via de telefoon <-> luisteraar en spreker actief aanwezig
!! BELANG: zicht op de spreker
Taaldirectheid:
Relaistolken: er zit een derde taal tss de brontaal en de doeltaal
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lunaamolenberghs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.78. You're not tied to anything after your purchase.