Vruchtgebruik
Nieuwe wetgeving in voege sinds 1 september 2021.
Waar van belang?
- Erfrecht (zie recht): erfrechtelijk vruchtgebruik
- Familiale vermogensplanning
- Ondernemingswereld
Nieuwe definiHe:
“Vruchtgebruik verleent aan zijn Htularis het Hjdelijk recht op het gebruik en genot van een
goed van de blote eigenaar, zoals een voorzichHg en redelijk persoon, in overeenstemming
met de bestemming van het goed en onder de verplichHng om het goed bij het einde van zijn
recht terug te geven.”
à DefiniHes in het BW zijn van dwingend recht.
Art. 3.141 BW – duur0jd
- Maximaal 99 jaar behalve indien de natuurlijke persoon op wiens hoofd het gevesHgd
is, langer leeV
En
- Niet voortbestaan na het overlijden van de persoon op wiens hoofd het
vruchtgebruik is gevesHgd.
Dwingend recht:
De faillietverklaring of de vrijwillige, weWelijke of gerechtelijke ontbinding van de
rechtspersoon leidt tot de beëindiging van het vruchtgebruik in hoofde van deze
rechtspersoon.
Eindigt niet in geval van fusie, splitsing of gelijkgestelde verrichHngen.
Regeling omtrent de aanwas van een onverdeeldheid of gemeenschappelijk vruchtgebruik
dat gevesHgd was op het hoofd van twee of meerdere personen.
Vroeger bron tot discussie: niet uitdrukkelijk bedongen aanwas: het onverdeeld of
gemeenschappelijk vruchtgebruik in hoofde van de overleden vruchtgebruiker, eindigt en
voegt zich bij de blote eigendom, waardoor er dus enkel een half vruchtgebruik overblijV.
,Nieuwe arHkel: bij wijze van aanvullend recht wordt nu bepaald dat bij het einde van het
bestaan van één van deze personen, het vruchtgebruik aanwast bij dat van de andere
vruchtgebruikers, naar evenredigheid van hun aandeel.
A3akening rechten blote eigenaar – vruchtgebruiker
Conflicten sHefouder – sHe]inderen:
- Voornaamste gezinswoning + huisraad: sHefouder behoud vetorecht met betrekking
tot de omze_ng van het erfrechtelijk vruchtgebruik.
- Overige goederen recht om omze_ng erfrechtelijk vruchtgebruik.
Rechten op het recht van vruchtgebruik
De vruchtgebruiker kan dit recht:
- Overdragen
- Daarop een vruchtgebruik toestaan
- Zijn recht van vruchtgebruik verpanden (als het gaat om een roerend goed)
- Met hypotheek bezwaren (als het gaat om een onroerend goed)
Gebruik van het goed
De vruchtgebruiker heeV het gebruik van het goed MAAR dient bij dwingend recht
‘voorzichHg en redelijk’ op te treden en ‘de bestemming van het goed te eerbiedigen’.
Art. 3.143 BW: het gaat om:
- De bestemming die bij contract aan het goed is gegeven.
Of
- Bij gebreke aan contract, volgens de aard van de goederen en het eerdere gebruik
van de blote eigenaar.
= zorgvuldig gebruik en eerbiediging van de bestemming van het goed.
Wie staat in voor het behoud van het goed?
In eerste instanHe de vruchtgebruiker.
In tweede instanHe de blote eigenaar.
Art. 3.149 BW: uitdrukkelijk recht van de blote eigenaar om 1 keer per jaar het goed te
bezichHgen.
Beheer van het goed
De vruchtgebruiker heeV als enige de bevoegdheid om daden van beheer te stellen en dit
voor de duurHjd van zijn recht.
Art. 3.145 BW: vruchtgebruiker kan op de bezwarende goederen gebruiksrechten toestaan
aan derden, deze verlengen of hernieuwen.
Vruchtgebruik komt ten einde omdat vruchtgebruiker sterV.
,à Het lopende gebruiksrecht onder bezwarende Htel loopt nog door voor zijn resterende
loopHjd, maar slechts ten hoogste 3 jaar, waarna het van rechtswege ten einde komt.
Vroeger kon de vruchtgebruiker vrij verhuren voor een periode van 9 jaar.
Wel 9 jaar: oplossing: blote eigenaar betrekken bij het huurcontract.
LET OP: nieuwe regeling slechts van toepassing op rechtshandelingen en rechtsfeiten die
hebben plaatsgevonden na de inwerkingtreding van de nieuwe wet.
Genot van het goed
Art. 3.146 BW: vruchtgebruiker heeV het recht op alle vruchten van het goed die Hjdens het
vruchtgebruik afgescheiden of opeisbaar worden.
Verplich0ngen tussen par0jen
1. Borgstelling = afgeschaV.
VerplichHng die in de prakHjk niet werd toegepast. ßà Erfrechtelijk vruchtgebruik.
2. Beschrijving van de goederen.
Vruchtgebruiker en blote eigenaar moeten samen een beschrijving van de bezwaarde
goederen opmaken (Art. 3.150 BW).
Van groot belang voor de vruchtgebruiker: de bezwaarde goederen in dezelfde staat
teruggeven (behoudens normale slijtage, ouderdom of overmacht).
= omkering van de bewijslast ten aanzien wat voordien gold.
3. Verzekeringsplicht van de vruchtgebruiker.
Art. 3.151 BW: de vruchtgebruiker heeV de verplichHng het goed te verzekeren in
volle eigendom en hiervoor de premies te betalen.
De vruchtgebruiker moet het bewijs hiervan voorleggen aan de blote eigenaar op
eerste verzoek.
Indien de vruchtgebruiker deze verplichHng niet nakomt, mag de blote eigenaar een
verzekering nemen en is de vruchtgebruiker verplicht hem de daaraan verbonden
kosten te vergoeden.
4. Onderhoudsherstellingen.
Art. 3.153 BW: de vruchtgebruiker is verplicht onderhoudsherstellingen aan het goed
te verrichten. Normale slijtage, ouderdom of overmacht kan de vruchtgebruiker niet
tot acHe dwingen.
5. Grove herstellingen.
Art. 3.154 BW = herstellingen die betrekking hebben op de structuur van het goed of
van zijn inherente bestanddelen of waarvan de kosten manifest de vruchten van het
goed te boven gaan. Geen opsomming in de wet.
De wet bepaalt thans uitdrukkelijk dat het de plicht is van de blote eigenaar om deze
herstellingen uit te voeren, na overleg met de vruchtgebruiker, die geen aanspraak
, kan maken op een gebruiksvergoeding wanneer dergelijke grove herstellingen zich
opdringen.
6. Lasten van het bezwaarde goed.
De vruchtgebruiker is gehouden alle periodieke lasten van het bezwaarde goed
(bijvoorbeeld: onroerende voorheffing) te dragen die verband houden met het
gebruik en genot ervan.
De blote eigenaar staat in voor de buitengewone lasten van het bezwaarde goed,
zelfs indien ze periodiek moeten worden betaald (bijvoorbeeld: jaarlijkse aflossing op
de lening tot verkrijging van het onroerend goed).
Verkoop op lijfrente
Het begrip ‘lijfrente’: bepalingen van de lijfrente vallen onder de Htel ‘Kanscontracten’ van
het BW met art. 1964 BW.
Kanscontract = een wederkerige overeenkomst, waarvan de gevolgen met betrekking tot
winst en verlies, hetzij voor alle parHjen, hetzij voor één of meer van hen, van een onzekere
gebeurtenis aoangen.
Voorbeelden van een kanscontract:
- Beding van aanwas/ tonHnebeding
- Spel en weddenschap
- Verkoop op lijfrente
à Enkel overeenkomsten onder bezwarende 0tel kunnen een kanscontract uitmaken.
à Koopovereenkomst = bezwarend.
Koop = parHjen verbinden zicht tot gelijkwaardige prestaHes die vaststaan bij het sluiten van
de overeenkomst.
à De verkoop op lijfrente = een lijfrente die gevesHgd wordt ten bezwarende Htel.
à Een overeenkomst (een verkoopovereenkomst) = een kanscontract wanneer de omvang
van de prestaHes aoangt van een onzekere gebeurtenis.
- Onzekere gebeurtenis = noodzakelijk voor een kanscontract.
- Aleatoir karakter van de verkoop op lijfrente (alea = onzekere factor)
- Gelijke kans op winst of verlies.
à Betaling van de prijs = in de VORM van een lijfrente è koopovereenkomst – kanscontract.
Verkoopovereenkomst op lijfrente zonder kans-element = nie0g
- ‘Alea’ aanwezig wanneer: overlijdensdatum ‘lijf’ onvoorspelbaar.
- Onvoorspelbaarheid/ onzekerheid kan objecHef of subjecHef zijn.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chlocrols. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.48. You're not tied to anything after your purchase.