SAMENVATTING FILM- EN TV STUDIES
1. INLEIDING & FILMPRODUCTIE: TECHNIEK, FASES EN TERMINOLOGIE
WAAROM FILMSTUDIES?
- Belangrijk onderdeel van ‘culturele geletterdheid’ en culturele kennis
- Medium van +100 jaar dat inzicht geeft in maatschappelijke en culturele ontwikkelingen en verschillen
- Medium met eigen logica’s, technieken en processen, los van ‘smaak’ of ‘genre’
- Zeer geschikt medium om evoluties op vlak van cultuurtheorie, cultuurgeschiedenis en cultuuranalyse
te bestuderen
- Brug naar televisie en veranderend distributie- en kijklandschap
FILMSTUDIES ALS DISCIPLINE
Doelstellingen
- Niet: opleiding tot filmmaker
- Wel: studie van narratieve, artistieke, esthetische, culturele, ideologische en maatschappelijke
aspecten van film
- Ontstaan in de 20e eeuw bij ontwikkeling van filmtheorie
- Filmtheorie vs. filmgeschiedenis vs. Filmkritiek
- In deze cursus: in de loop van het semester linken met medium televisie en ontwikkelingen
daarbinnen
FILMTHEORIE
Filmtheorie: ontstaan
- Vroege hints: Henri Bergson: Matière et mémoire (1886), L’illusion cinématographique (1906)
Bergson : “beweging = realiteit”
Bergson: Film maken = passerende realiteit capteren is wat gewone kennis ook probeert te
doen
- Vroege filmtheorie ontwikkeld door
o Filmmakers: Germaine Dulac, Jean Epstein, Sergei Eistenstein, Lev Kuleshov, Dziga Vertov (zie
latere lessen) en
o Theoretici: Béla Balázs, Siegfried Kracauer
Focus op verschil tussen film en realiteit
Film als mogelijke eigen kunstvorm
- Na WO II: o.a. André Bazin
- Film is mechanische reproductie van realiteit
André Bazin over film
- in tegenstelling tot vroegere kunsten
- “formed automatically, without the creative intervention of man. The personality of the photographer
enters into the proceedings only in his selection of the object to be photographed and by way of the
purpose he has in mind. Although the final result may reflect something of his personality, this does
1
, not play the same role as is played by that of his painter. All the arts are based on the presence of
man, only photography derives an advantage from his absence. Photography affects us like a
phenomenon in nature, like a flower or a snowflake whose vegetable or earthly origins are an
inseparable part of their beauty.”
- enorme believer van cinema, film gelijkstellen met realiteit (realiteit zien op het doek)
- Je ziet de hand van de mens niet meer, je duwt op de knop met start en stop en je hebt een werkelijke
weergave van de realteit zeer naieve voorstelling
- Een schilder en andere kunsten zijn gebaseerd op de tussenkomst van de mens, film niet te
romantisch voorgesteld
Filmtheorie: verdere ontwikkeling
- Jaren ‘60 en ‘70: Veel nieuwe invalshoeken op cinema, voorbij het realisme van Bazin. Invloed psycho-
analyse, genderstudies, semiotiek, antropologie: bij deze stroming maakt het wel degelijk uit wie er op
de start knop drukt en wie de selectie van de beelden maakt en wat er dus wel en niet getoont wordt!
- Belangrijkste ontwikkeling:
o Screen-theorie (MacCabe, Heath, Mulvey): combinatie Marxisme en psycho-analyse
kijker identificeert zich met wat er op het beeld staat
Met film kan je enorm goed manipuleren
o Concept ‘gaze’ (blik) (Metz, Mulvey): identificatie wordt geconstrueerd door de film
‘male gaze’ = mannelijke blik/visie als je naar film kijkt, vrouwen worden vaak
weergegeven
- Jaren ‘80 en ‘90: filmtheorie meer en meer als eigen discipline
FILM- EN FILMGESCHIEDSCHRIJVING
Soorten geschiedschrijving
- Klassiek: ‘grand story’
canon van films en filmmakers, grote studio’s, bekende acteurs en actrices
- ‘New revisionist film history’ (jaren ‘80)
Empirisch onderzoek (bv. archieven, andere bronnen)
Geschiedenis van estethiek, productie, etc.
- ‘New cinema history’ (hedendaags)
Empirisch onderzoek (bv. archieven, andere bronnen)
Geschiedenis van vertoning en beleving
‘The geographical turn’: belang van locatie, bv. stad vs. Platteland
Het draait om meer dan de film alleen, beleving wordt belangrijk
“Film” kan verwijzen naar veel verschillende fenomenen
- Drager / technologie
Pellicule (nitraat)
2
, Televisie (golven)
Videocassette (magnetisch, analoog)
DVD, computer, smartphone (digitaal)
- Vorm, inhoud, betekenis
Genres: animatie, live action, documentaire, …
- Productiestructuren en industrie
- Studiosysteem, arthouse, avant-garde, third cinema,
- Filmcultuur en praktijken
Bioscoop, huiskamer, …
Basisterminologie filmproductie
- Wat heb ik allemaal nodig? Geld, regisseur, acteur, locatie, attributen, kledij, camera, …
- Maar… film is meer dan een optelsom van technieken, het is ook een systeem van intertekstuele en
artistieke betekenissen
FILMTECHNIEK
De optische illusie
- Film bestaat uit een serie frames (stilstaande beelden) die als bewegend worden waargenomen
- Steunend op twee psychologische effecten
1. Flikkerfrequentie (“critical flicker fusion”): geeft illusie van continuïteit
Moderne film meestal 24 frames per seconde
Vroege film meestal 16-20 frames per seconde
‘flick’ komt vaak terug: chick flick, netflix, …
2. Beta-bewegeing en Phi-fenomeen: geven illusie van beweging
Hersenen interpreteren losse beelden als beweging vanaf bepaalde frequentie
Brein stopt na een paar frames met aparte beelden te zien, het geeft nadien de illusie va
beweging
Foto-chemisch proces
- Strook met afbeeldingen (bewaard op een spoel) wordt afgedraaid voor een lens en projector met
lichtbron
- Opname en afspelen meestal 24 frames / seconde
- Filmstrook is meestal een negatief, met een lichtgevoelige gelatine van zilverkorrels
Standaardisering: formaten
- Beeldkwaliteit afhankelijk van formaat
- Filmstrips Super8mm, 16mm, 35mm, 70mm (Imax) meest gebruikte formaten
- 16mm is lang de standaard geweestn nu meestal 35mm (van ’60)
Filmformaat en framesnelheid als artistieke / creatieve keuze
- Voorbeeld: Bijvoorbeeld Billy Lynn’s Long Halftime Walk (Ang Lee, 2016)
120 frames per second voor realisme, immersie en inleving (record)
slechts 5 bioscopen ter wereld konden de film in originele versie tonen
- Waarom toch keuze 16mm bij recente films? Bepaald effect, sfeer creeeren
korreligheid is soms heel geschikt om meer amateuristisch gevoel te creeeren (happiest day
in life)
3
, past soms meer bij theatersfeer (black swan)
vergelijkbaar met plaroid bij foto
- Voorbeeld: Dunkrik opgenomen op 70mm: om je te laten onderdompelen in sfeer, indrukwekkend
brengen
Filmdrager
- Naast traditionele filmdrager maakt men meer een meer gebruik van computer
Eerst gebruikt voor montage en special effects
Nadien ook voor digitale opname en projectie
HET LEVEN VAN EEN FILM
Het leven van een film
- Traditioneel drie fases: productie, distributie, vertoning
- Taakverdeling en –concentratie verschuift doorheen de filmgeschiedenis (zie module film
Mediageschiedenis)
- Glossarium terminologie: zie Canvas (extra studiemateriaal voor verdieping)
- Video on demand, streaming en sociale media platformen zetten traditionele indeling op de helling
- Productie
Script en financiering
Voorbereiding
Opname Artistieke en esthetische keuzes
Post-productie in elke fase
1. PRODUCTIE
Script en financiering: cruciale rol voor producer
- Verantwoordelijk voor zakelijke en organisatorische aspecten
- Samenstelling team, link tussen verschillende betrokkenen
- Organiseert de promotie en distributie
- Bij grote studio’s: onderverdeeld (bv. executive producer, line producer, etc.)
- Sommige filmmakers wisselen rollen af met bv. regisseur (bv. Steven Spielberg, George Lucas, Cecille
B. DeMille)
- Bekende producers: Walt Disney, Harvey en Bob Weinstein, Kathryn Bigelow
Script en financiering: cruciale rol voor screenwriter
- Voorbereiding van het script (screenplay)
- Uitgebreid proces van pitch tot synopsis tot ‘shooting script’
meest finale versie van het script, gebruikt om uit eindelijk de opnames te starten
- De mate waarin een script is uitgewerkt verschilt sterk
- Vaak teams
Voorbereiding
- Pre-productie (director)
Filmschema
- Productiedesign: sets, decors, kostuums, etc.
- Grafisch design
- Storyboard (vb. The birds)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lunavub. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.