1. de kenmerken van de wettelijke beperkte gemeenschap opsommen, herkennen,
toelichten en hanteren aan de hand van concrete voorbeelden;
2. de opbouw en indeling Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek voor het betreffende thema
aan de hand van concrete voorbeelden herkennen, toelichten en hanteren.
3. de begrippen: omvang, (begin en einde) boedelmenging, aanbrengsten, goederen,
giften, erfrechtelijke verkrijging, making, schulden, uitsluitingsclausule,
insluitingsclausule, zaaksvervanging, reprise, récompense, nominaliteit, en de
verbanden die tussen die begrippen kunnen worden gelegd, herkennen, toelichten en
hanteren aan de hand van concrete voorbeelden.
OPDRACHT 1
Dezelfde casus als in de vorige week:
Joris werkt als verkoopmanager bij Beter Bed en verdient € 40.000 per jaar. Inge is bijna klaar
met haar studie rechten. Zij wil in de toekomst haar eigen advocatenkantoor starten. Als
juridisch medewerkster verdient ze € 20.000.
Het stel woont ongehuwd samen in een flat dat alleen eigendom is van Inge. In 2010 heeft ze
€ 130.000 voor de flat betaald. Ter gelegenheid van de aankoop kreeg Inge € 30.000 van haar
ouders, de rest leende ze aflossingsvrij bij de Rabobank tegen 2,0 procent per jaar.
De flat is ingericht met meubels die Inge en Joris in de loop der jaren gezamenlijk hebben
verworven. Het waterbed is alleen van Joris. Hij kreeg het van zijn werkgever omdat hij zijn
verkooptargets had gehaald.
Omdat het stel een kinderwens heeft willen ze landelijker wonen in het ouderlijk huis van
Inge. Ze mogen het van haar ouders kopen voor € 310.000. Het huis komt op beider naam. De
ouders van Joris zullen ter gelegenheid van de aankoop € 62.000 schenken aan Joris. De rest
(€ 248.000) mogen ze lenen van een vermogende oom van Joris tegen 2,5 procent rente per
jaar. Ze weten nog niet of Inge alleen of samen met Joris de geldlening aangaat omdat Inge in
de toekomst haar eigen advocatenkantoor zal starten. Als ze de nieuwe woning betrekken zal
Inge de flat aanhouden omdat ze het voor € 1.000 per maand kan verhuren. Deze
huuropbrengsten wil Inge gebruiken om de rente aan genoemde oom te betalen.
Door een spoedoperatie van Inge kon het voorgenomen huwelijk niet doorgaan op 28
december. Het huwelijk zal nu zonder vooraf huwelijksvoorwaarden te maken worden
voltrokken op 16 mei 2018.
Welke goederen en schulden vallen in de huwelijksgoederengemeenschap? Besteed ook
aandacht aan de inkomsten en uitgaven (huur, rente). Geef ook aan waarom bepaalde
goederen en schulden juist niet in de gemeenschap vallen.
Op 16 mei 2018 is het huwelijk voltrokken zonder huwelijkse voorwaarden te maken. Dat
wilt zeggen dat Inge en Joris in de wettelijke beperkte gemeenschap van goederen zijn
gehuwd (vleermuis model waar meer in privé valt)
, Het salaris:
Gelet op art 1:94 lid 2 (N) aanhef Valt het salaris van Inge 20.000 en Joris 40.000 in de
gemeenschap. In dit geval is het moment van het ontstaan van het vorderingsrecht belangrijk,
dat wilt zeggen dat het salaris dat zij na het huwelijk ontvangen in de gemeenschap valt.
De flat, lening, rente en huur:
Gelet op art 1:94 lid 2 (N) aanhef valt de flat in het privé van Inge. Dit omdat:
Het GEEN goed is die vóór het huwelijk aan de echtgenoten
tezamen behoort.
De flat heeft Inge NIET verkregen in de gemeenschap.
Ook de lening schuld en de rente vallen in het privé van Inge art 1:94 lid 7, omdat:
Het geen gemeenschappelijke schuld is
Geen schuld op een gemeenschappelijk goed vóór het huwelijk en
Deze schuld is niet ontstaan tijdens de gemeenschap.
*De huur die Inge zal ontvangen valt ook in haar privé
Meubels en het waterbed:
Gelet op art 1:94 lid 2 (N) aanhef vallen de meubels in de gemeenschap, omdat de meubels
reeds vóór de aanvang van de gemeenschap aan de echtgenoten tezamen toebehoorden. Echter
valt het waterbed in het privé van Joris, omdat hij het waterbed als gift heeft verkregen van
zijn werknemer art 1:94 lid 2 sub a. Ook is het mogelijk om het waterbed te categoriseren tot
een aangebracht goed. Een aangebracht goed valt ook in het privé van degene die het
aanbrengt. In dit geval Joris.
Nieuwe woning, de lening schuld, rente en de schenking:
Gelet op art 1:94 lid 2 (N) valt de nieuwe woning in de gemeenschap, omdat zij de woning in
de gemeenschap hebben verkregen. Ook de lening schuld en de rente valt in de gemeenschap.
Dit omdat het gaat om een schuld op een gemeenschappelijk goed art 1:94 lid 7.
Geconcludeerd kan worden dat het niet uitmaakt of de woning op Joris z’n naam komt te
staan of op de naam van beide echtgenoten. De woning valt toch in de gemeenschap. Echter
kan de reden waarom de schuld wordt toegerekend aan de gemeenschap verschillen.
De schenking van €62.000 is geïnvesteerd in de gemeenschappelijke woning, waardoor er een
vorderingsrecht op Inge bestaat €31.000. De schuld van Inge aan Joris zit in de gemeenschap
en de vordering van Joris zit in privé.
Huis 310.000
J: 155.000- 124.000 =31000
I: 155.000-124.000= 31000
Lening van 248.000
Joris betaalt 62.000 voor de restant voor zich zelf en voor Inge, waardoor een vorderingsrecht
van 31.000 op Inge bestaat, die in zijn privé valt. De schuld van -/- 31.000 valt in de
gemeenschap, omdat het een schuld betreft op een gemeenschappelijk goed.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gailtimara. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.