Het stelsel van sociale zekerheid en de zorg voor zieken, gehandicapten en
ouderen vallen onder de verzorgingsstaat.
Socioloog Piet Thoenes introduceerde in 1962 de verzorgingsstaat in
Nederland (vertaling van welfare state) waarmee een samenleving werd
getypeerd waarin de overheid, met name door sociale wetgeving, een
belangrijke rol speelde bij het waarborgen van het algemeen welzijn. Met het
benadrukken van democratie en kapitalisme onderscheidde hij de West-
Europese verzorgingsstaat van de Oost-Europese (communistische) heilstaat
waarin de overheid ook een dominante rol speelde in het creëren van
welvaart en welzijn. Het was een weerspiegeling van de koude oorlog. Met
‘garantie van collectief sociaal welzijn’ wordt het mogelijk om de
verzorgingsstaat te onderscheiden van eerdere samenlevingen en
overheidsregimes.
Definitie verzorgingsstaat (Wilterdink en Van Heerikhuizen): een stelstel
waarin de overheid zich garant stelt voor noodzakelijk geachte materiële en
immateriële voorzieningen voor alle burgers.
1.2 Ontwikkeling van de Nederlandse verzorgingsstaat
De introductie van arbeidswetgeving (Kinderwetje van Van Houten, 1874) en
sociale zekerheidswetgeving (de Ongevallenwet, 1901) wordt vaak gezien
als het startpunt van de Nederlandse verzorgingsstaat.
Onderscheiding ontwikkelingslogica:
- Fase 1: eerste aanzet. Sociale wetten en verzekeringen voor ziekte en
ongevallen bij loonarbeiders.
- Fase 2: doelgroepverbreding. Verbreding in wet- en regelgeving tot
mensen die niet in loondienst zijn.
^ accent op tegengaan van armoede.
- Fase 3: sociale regelingen kregen een nog algemener karakter.
Uitkeringen gekoppeld aan de lonen.
- Fase 4: crisis en heroriëntatie.
,Fase 1 en 2: 1901-1952
1e verplichte en door overheid geregelde sociale verzekering is de
ongevallenwet (1901), een verplichte verzekering tegen loonderving
vanwege arbeidsongeschiktheid, ontstaan door een bedrijfsongeval. Komt
voort uit inzicht dat de moderne industriële sector vanzelfsprekend risico’s
met zich mee brengt. Bij ongevallenwet 1921 alle werknemers in particuliere
sector verzekerd. 1912 armenwet, overheid greep niet in.
1930 Ziektewet, alleen als je hier onder viel kreeg je kinderbijslag. 1952
werkloosheidswet ingevoerd.
Nederlandse socialezekerheidsstelsel bismarckiaans, gebaseerd op met
name werknemersverzekeringen waarbij het equivalentiebeginsel geldt. Er
bestaat een relatie tussen de betaalde premie en de te ontvangen uitkering.
Het doel is inkomensstabiliteit.
Fase 3: 1952-1977
1957 algemene ouderdomswet als gevolg op de noodwet
ouderdomsvoorziening. 1959 algemene weduwen- en wezenwet. Algemene
bijstandswet (1965) verving de armenwet en maakte van hulp een recht en
vormde in wezen een vangnet onder het gehele stelsel.
Arbeidsongeschiktheidsverzekering (1967) als vervanging van
ongevallenwet, het regelt een uitkering voor alle mensen die
arbeidsongeschikt zijn/worden. 1976 algemene arbeidsongeschiktheidswet.
Fase 4: vanaf 1977
Grote groei jaren 50 en 60 door de economische voorspoed in die jaren.
Verslechterde economie als gevolg van oliecrisis (1973). Problemen in
welzijnssector in jaren 80 aangepakt door bezuinigingen en het streven naar
meer efficiëntie met schaalvergroting en fusies tot het gevolg.
1.3 Het waarom van de verzorgingsstaat
Met de opkomst van de industriële samenleving ontstond er een nieuwe
klasse, de loonarbeiders. Tot 1866 voor arbeiders verboden om zich te
organiseren. 1e nederlandse arbeiderspartij was de Sociaal-Democratische
, Bond 1881. Splitste in 1894 af in sociaal democratische arbeiderspartij, later
de partij van de arbeid.
De wet van Say: elk aanbod schept zijn eigen vraag.
Abram de Swaan:
- Externe effecten zijn de gevolgen van een tegenslag of gebrek voor
anderen dan de direct getroffene.
- Interdependentie is een sociologisch begrip waarmee onderlinge of
wederzijdse afhankelijkheid wordt aangeduid die onontkoombaar is
voor mensen.
- Het dilemma van collectieve actie geeft aan dat er situaties zijn waarin
individuele keuzes leiden tot collectief ongewenste gevolgen.
1.4 Doelstellingen en functies van de verzorgingsstaat
1. Een garantie van sociale zekerheid voor alle leden van de samenleving
2. Een reductie van willekeur in de verdeling van levenskansen
3. De wenselijkheid van maatschappelijke integratie van alle leden van
de samenleving.
Armoedeval ontstaat wanneer mensen vanuit een uitkeringssituatie weer
aan het werk gaan en er daarbij in inkomen op achteruitgaan doordat allerlei
voorzieningen of regelingen wegvallen.
Hoofdfuncties van de verzorgingsstaat:
- Verzorgen
- Verzekeren
- Verheffen (vaardigheden eigen maken om eigen weg in samenleving
te krijgen)
- Verbinden (creëren van onderlinge verbondenheid tussen mensen en
groepen)
1.5 De verzorgingsstaat en de welfare triangle
Drie mechanismen om het sociale leven te coördineren: welfare triangle
- Overheid, functie is regeren en richt zich op het algemeen belang
- Markt, streven naar winst
- Particulier initiatief, verleent diensten zonder naar winst te streven
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukmersman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.74. You're not tied to anything after your purchase.