Sociologie is het systematisch onderzoek van de menselijke samenleving.
Het sociologisch perspectief laat zien hoeveel invloed de samenleving heeft op het leven van
individuen.
Peter berger: in het gedrag van mensen zie je algemene patronen
Andere visie: het bekende loslaten voor het vreemde
Emile Durkheim: persoonlijke keuzes gemaakt door invloed van sociale factoren.
Mills: mensen die gebruikmaken van sociologische verbeeldingskracht krijgen beter inzicht in
functioneren van de samenleving.
H1.2
We vergelijken situatie in rijke westerse landen met de andere landen om 4 redenen:
- Leven wordt gevormd door het land waar we wonen.
- Contacten tussen samenlevingen zijn toegenomen. (reizen)
- Problemen in de westerse wereld zijn ergens anders veel erger.
- Globaal denken helpt ons meer inzicht in onszelf te krijgen.
H1.3
Positieve aspecten voor hanteren sociologisch perspectief:
- Belangrijk voor in stand komen van wetten en regels.
- Bevordert persoonlijke groei en bewustwording
- Goede voorbereiding op arbeidsmarkt
H1.4
Ontwikkeling sociologie gestimuleerd door:
- Industrialisering
- Explosieve groei steden
- Politieke veranderingen
Auguste comte introduceerde term sociologie. Ontwikkelingsfasen voorafgaand aan sociologie:
- Theologische fase: samenleving brengt gods wil tot uitdrukking
- Metafysiche fase: samenleving werd als een natuurlijk verschijnsel beschouwd
- Wetenschappelijke fase: de wetenschappelijke benadering wordt nu ook gebruikt voor het
bestuderen van de samenleving.
Zijn benadering wordt positivisme genoemd: inzicht verwerven op basis van wetenschappelijk
onderzoek. Functioneren van de samenleving gereguleerd door bepaalde wetten.
,H1.5
Kenmerken van modernisering volgens Peter Berger:
- Verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen
- Uitbreiding van persoonlijke keuzemogelijkheden
- Grotere sociale diversiteit
- Oriëntatie op toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn
Ferdinand Tönnies: modernisering als overgang van Gemeinschaft (kleine menselijke gemeenschap)
naar Gesellschaft (sociale betrekkingen zijn gebaseerd op eigenbelang: individualisme).
Durkheim: modernisering door toenemende arbeidsverdeling. Bang dat moderne samenleving zo
divers zou worden dat ze tot anomie zouden vallen: een samenleving heeft het individu weinig
morele richtlijnen te bieden waardoor de mens egocentrisch wordt.
Max weber: modernisering is als het naar de achtergrond verdwijnen van een traditioneel
wereldbeeld en het op de voorgrond treden van rationalisme: kennis en waarheid zijn niet gebaseerd
op ervaring maar op de rede (verstand). De moderne samenleving is als een bureaucratische ‘ijzeren
kooi’.
Karl Marx: moderne samenleving gelijk aan kapitalisme. Industriële revolutie als een kapitalistische
revolutie.
Na de 2e wereldoorlog begint sociologie zich te ontwikkelen.
, H2.1
Cultuur is de wijze van denken, handelen, symbolen en materiële objecten.
Immateriële cultuur: door leden samenleving bedachte ideeën.
Materiële cultuur: materiële objecten gecreëerd door de leden van de samenleving.
Cultuur is:
- Een manier van leven
- Een menselijke eigenschap
- Een product van de evolutie
H2.2
Elementen van cultuur:
- Symbolen: verschijnsel dat een bepaalde betekenis heeft die door mensen met dezelfde
culturele achtergrond herkend wordt.
- Taal: systeem van symbolen (woorden) dat mensen in staat stelt om met elkaar te
communiceren. Essentieel voor cultuuroverdracht. Saphr-Worf these: mensen zien en
begrijpen de wereld door het culturele perspectief van taal.
- Waarden: wat goed en fout is
10 waarden westerse wereld volgens Robin Williams:
1. Gelijke kansen
2. Individuele prestaties en persoonlijke successen
3. Materiële welstand
4. Activiteit en werk
5. Praktisch en efficiënt zijn
6. Vooruitgang
7. Wetenschap
8. Individuele rechten
9. Vrijheid
10. Superioriteitsgevoelens
- Normen: geschreven en ongeschreven regels en verwachtingen van de samenleving.
Mores: komen veel voor met grote morele betekenis
Traditionele gebruiken: normen voor routinematige of vluchtige interacties. Zeggen iets over
beleefdheidsvormen in het dagelijks leven.
H2.3
Gerhard Lenski: socioculturele evolutie -> technologische ontwikkelingsniveau bepaalt welke nieuwe
culturele denkbeelden en artefacten ontstaan of denkbaar zijn. 4 ontwikkelingsniveaus:
- Jagen en verzamelen
- Tuinbouw en veehouderij
- Landbouw
- Industrie
- Postindustrieel tijdperk
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukmersman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.33. You're not tied to anything after your purchase.