Lesoverzicht van hoorcolleges en powerpoint, met bijhorende foto's en uitleg.
(enkel les 7; kunst en wetenschap ontbreekt, maar dit is een gastles en niet zozeer relevant voor het examen)
Wat zijn oude meesters?
- Verwijst naar de personen of een werk, daterend uit ca. 1200 – 1800
- De term kwam op tijdens de opkomst van kunsthandel (17/ 18e eeuw)
o 1e verwijzing naar de term: John Evelyn, 1696
Historische context 1200 – 1700
- Politiek: oude en nieuwe machten
- Economie: het succes van steden
- Intellectueel: het humanisme en de Wetenschappelijke Revolutie
- Religie: hervorming, reformatie en contrareformatie
Politiek; oude en nieuwe machten
EU in 1200: centralisatie
EU in 1700: decentralisatie
-> 2 krachten; centralisatie vs. decentralisatie (macht van de steden/ gewesten)
- Italië (ca. 1300)
o 3 grote delen
▪ Kerkelijke staat, Koninkrijk Napels, Losse stadstaten in machtsstrijd
o Paradoxaal: De periode van oorlog en machtsstrijd was tegelijkertijd ook een periode van welvaart en
bloei in de kunst- en cultuurwereld
▪ Italiaanse renaissance
- Lage landen: Bourgondiërs
o Filips de Stoute: zijn huwelijk was de verbinding tussen de Bourgondiërs en de Lage Landen
o Jan zonder Vrees, Filips de Goede, Karel de Stoute
o Maria van Bourgondië: de moeder van Karel V (regeringsperiode: 1506 – 1555)
▪ Tijdens zijn regering; vond de reformatie plaats
▪ De periode van vrede erna -> zorgde voor de culturele bloei
- Het wonderjaar (1566): smeekschrift en de beeldenstorm
o Burgeroorlog tussen de christelijken en protestanten (opstand van de protestanten)
o Miserie: Voedseltekort, warme zomer, slechte economie, …
- De val van Antwerpen (1585): scheiding tussen Zuid- en Noord-Nederland
Economie: het succes van steden
- 1200-1400: steden in Vlaanderen en Noord-Italië
- 1400-1500: internationale handel (binnen Europa)
- 1500-1600: internationale handel (ook buiten Europa), oorlogen en verschuivingen van economische
zwaartepunten
- 1600-1700: nieuwe machten
1200 – 1400
- Opkomst van steden (Vlaanderen, Noord-Italië)
- Succes van deze steden door:
o Boeiende handel en Hoge kwaliteit van Ambachtslieden/ kunstenaars, ze kregen veel opdrachten
(voornamelijk door de kerk en staat)
1
,- Internationale Gotiek en proto-Renaissance
- De beurs van Antwerpen; ‘kunstmarkt’ met opkomst van schilderspanden
- Steeds meer opdrachten uit de steden (kerk blijft grootste opdrachtgever)
Productie (16e eeuw):
Specialisatie => Product- en procesinnovatie
(goedkopere productie)
- Genres, opkomst ateliers, hergebruik van
motieven en patronen, grafiek (drukkunst)
- Iedereen kon zich vanaf nu inschrijven in
een Gilde
Kunst consumptie:
- Wunderkammers: kast/ kamer voor
verzameling van kunst en rariteiten
Kunsthandel:
Opkomst van de Nederlandse republiek
(17e eeuw)
- Basis van de macht; de succesvolle
(graan)handel
- Na de val van Antwerpen -> Amsterdam
wordt het centrum
- Culturele invloed door de migratie van
Zuid-Nederland naar Noord-NL
2
,Intellectueel: het humanisme en de Wetenschappelijke Revolutie
Humanisme en renaissance (1400 – 1500)
- Herontdekking van de Oudheid: oude teksten en nieuwe vertalingen
o ‘Nieuwe, moderne’ tijd-> vernieuwende kunst en letteren (en wetenschap)
o Focus op verbeteren en vertalen (i.p.v. zelf onderzoeken)
o Brede intellectuele beweging (kunst, literatuur, politiek en wetenschap)
Wetenschappelijke revolutie (1500 – 1700)
- Wetenschappen met eigen methodes en waarnemingen -> Empirisch onderzoek en wiskunde
- Grote hoeveelheden aan informatie en kennerschap
- Visuele kennis en argumentatie -> in verband met kunst (afbeeldingen, beeldcultuur)
o Veel kunstenaars waren dan ook wetenschappelijk opgeleid (wisk, natwet)
- Het ‘wonderjaar’ (1543): Copernicus (heliocentrisme) & Vesalius (anatomie en geneeskunde)
o Overgang tussen kunst en wetenschap: vb. een boek over dieren/ het lichaam/ planten bevat
tekeningen gemaakt door kunstenaars
- Drukkunst: tekst en afbeelding: Papier kwam over uit Azië: goedkoop en snellere verspreiding
- Galileo: Verbetering van de telescoop
- Descartes (17e eeuw): mechanische natuurfilosofie
- Neo-Stoicisme: ‘terugtrekken in de natuur, weg van alle stedelijke drama als oorlog, religie, …’ (Rubens
behoorde hierbij)
o Zoeken naar inwendige vrede en geluk door redelijk inzicht te onderwerpen aan de wetten van de
kosmos, met doel absolute vrede te voelen
Wisselwerking tussen kunst en wetenschap:
- Mensen verzamelden kunst en wetenschap (schilderijen, schelpen, stenen, veren, etc. …)
- Geleidelijke scheiding (vanaf 2e helft 17e eeuw)
o Vanaf de 18e eeuw sprak men van ‘schone kunsten’ en ‘wetenschappen’
Nieuwe methodes (eind 17e –
begin 18e eeuw)
- Andere luxe objecten (behang)
- Veilingen: markt voor 2e hands
schilderijen
- Opkomst van Parijs (gaat samen
met de Rococostijl)
3
, Nachleben (naleven)
- Museale collecties en privécollecties: Oude Meesters worden erkent
- Nieuw idee over kunst:
o Bekende beeldtaal
o Techniek (bv; impressionisme)
o Product- en proces innovatie
Religie: hervorming, reformatie en contrareformatie
Kerk: belangrijkste opdrachtgever voor de kunst
- Probleem: mag God afgebeeld worden of niet?? Verbod op afbeeldingen OF verbod op verering van die
afbeeldingen??
- Discussie: “een prent is zoals tekst voor de ongeletterden”
o Kunst kan gezien worden als geestverheffing
- Oplossing: Karolingische renaissance en de “Libri Carolini” -> Antwoord op Byzantijns iconoclasme
o Waarde van de beeld-taal (gift van God)
o Respect voor wat echt is (in vorm!) en goed is (in inhoud!)
o Waarde van het symbolische / allegorische (exegesis: bewuste interpretatie van belangrijke teksten)
o Beeld geeft een symbolische, opvoedende/ morele waarde
o Beeldinterpretatie
-> Deze verschillende ideologieën zijn terug te vinden in kunst:
Reformatie en Contrareformatie
Katholieke vs. Protestante kerken
Stijlen: Barok; Noord vs. Zuid? Protestant vs. Katholiek?
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauravdm1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.67. You're not tied to anything after your purchase.