Alles voor week 2 samengevat voor het cursus Oncologische zorg van de HU. Omdat dit pas de 2e keer is dat het cursus gegeven wordt, kan de theorie over de weken nog verschoven worden (hadden wij ook al). Ik heb sowieso alles van het boek van Spil uitgewerkt. Niet alle opgegeven hoofdstukken van het...
,Van Spil, Van Muilekom & Van de Wal – Van de Geijn (2013).
Oncologie, handboek voor verpleegkundigen en andere hulpverleners
H-1 Kanker, diagnostiek en stadiëring
Samengevat in week 1. Zie week 1 voor de samenvatting.
H-15 Dermatologische oncologie
15.1 Inleiding
• Huidtumoren grootste groep maligne aandoeningen in NL
• Maligniteiten van de huidà 1% van de totale sterfte.
• Basaalcelcarcinoom= 75%
• Plaveiselcelcarcinoom= 13%
• Melanoom= 10%
• Merkelcelcarcinoom= 0,1%
• Overige= 1%
15.2 Epidemiologie en etiologie
• 35.500 nieuwe patiënten per jaar met maligne huidtumor.
o 4000 melanoom
• Incidentie stijgt met ongeveer 10% per jaar.
• Ontstaan huidtumor houdt verband met chronische irritatie van de huid.
o UV-straling
o Ulcera
o Röntgenstraling
o Contact carcinogene stoffen
15.3 Preventie
15.3.1 Primaire preventie
• Huidkanker voorkomen
• Voorlichting
o Vermijden zon tussen 11-15
o Factoren die huidkanker doen ontstaan (b.v. verbranden op jonge leeftijd)
o Bedekkende kleding
o Insmeren
o Zonnebaden in het algemeen afraden.
o Vooral UVB, maar ook UVA kan huidkanker veroorzaken
15.3.2 Secundaire preventie
• Diagnose huidkanker in vroeg stadium stellen
• Alert zijn op huidafwijkingen
o Rode, rasperig aanvoelende plekjes met korstvorming
o Langzaam groeiende, wratachtige knobbeltjes
o Verandering moedervlekken
• Onrustige moedervlek is niet gelijk kwaadaardig, maar kan wel een voorloper zijn van huidkanker.
• Letten op moedervlekken:
o Groter/dikker worden
o Van kleur veranderen
o Van vorm veranderen, asymmetrisch en onregelmatig begrensd,
o Jeuken, steken of pijnlijk zijn
o Korstjes vertonen of gaan bloeden
• Bij behandeling maandelijks huid en lymfeklierregio’s controleren en palperen.
2
, • Behandeld voor basaalcelcarcinoom/dun melanoomà officieel niet meer gecontroleerd te
worden.
15.4 Basaalcelcarcinoom
15.4.1 Epidemiologie en etiologie
• Bij mensen van middelbare/hoge leeftijd.
• Komt het meest voor op aan zonlicht blootgestelde lichaamsdelen (neus, oogleden, wangen).
Soms ook op de romp.
• Basaalcelnaevussyndroom/gorlinsyndroomà meer kans op ontwikkelen basaalcelcarcinoom.
15.4.2 Symptomatologie
• Basaalcelcarcinoom gaat uit van basale celen van epidermis, groeit langzaam uit en matastaseert
zelden (0.03%).
• Op verschillende manieren manifesteren:
o Verheven, glad bolletje met een gelobde rand;
o Rode, soms schilferige plek met nauwelijks waarneembaar opgeworpen randje (romp)
o Vlak ulcus met een iets verheven rand en infiltraat daaromheen.
o Putje met omgevend subcutaan infiltraatà gevaarlijkst!!
§ Sterk infiltratieve groei met late herkenning
§ Ookwel ulcus rodens.
§ Kans op recidief groter.
15.4.3 Diagnostiek en stadiëring
• Eerst naar huisarts.
• Doorverwijzing dermatoloog of chirurg.
• Vóór behandelingà klinische diagnose d.m.v. incisie- of excisiebiopsie bevestigen.
• Stadiëring volgens TNM maar nauwelijks gedaan.
15.4.4 Behandeling
• Chirurgie
o Excisie eerste keuze.
o Excisiemarge van minimaal 3mm en bij groter dan 1cmà marge van 5 mm.
o Wond te grootà huidtransplantaat.
o Onzekerheid of ingreep radicaal isà geen zwaai- of schuiflappen i.v.m. mogelijke 2e
excisie.
o Excisie tot misvorming leidenà bestraling voorkeur.
o 4-10% à binnen 5 jaar recidief ontstaan.
• Mohsoperatie
o Uitgesneden huidlaesie van gehele snijvlak wordt tijdens OK onderzocht.
o Controle of laesie radicaal verwijderd isà niet het gevalà nog marge van de huid
verwijderen en onderzoeken.
o Lagere recidief kans= 3-6%.
• Cryotherapie
o Bij basaalcelcarcinoom, met name op de romp en bij kleinere tumoren (<1cm)
o Tumor wordt 2x achter elkaar met vloeibare stikstof gesprayd met constante vries- en
dooitijd.
o Blaren en wonden genezen spontaan.
o Goede cosmetische resultaten.
o Nadeel= histologische controle op radicaliteit niet mogelijk.
o Minder effectief dan chirurgische behandeling.
o Recidiefpercentage 13% na 1 jaar en 39% na 2 jaar.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller natashavdb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.