Geschiedenis samenvatting historische context Britse Rijk
1 view 0 purchase
Course
Geschiedenis
Level
HAVO
Samenvatting historische context Het Britse Rijk (havo). Verhalende samenvatting met alle belangrijke onderwerpen van deze context. Niet te lang, maar duidelijk. Met deze samenvatting examen afgerond met een 9,5.
Het Britse rijk 1585-1900
1.1 Amerikaanse koloniën (1585 – 1833)
Aan het einde van de 16e eeuw verkende de Engelse Noord-Amerika als
mogelijke locatie om zich te vestigen. Ze waren opzoek naar een geode
uitvalbasis voor hun strijd tegen het katholieke Spanje, ook zagen ze
economisch een kans, ze hoopte goud en zilver aan te treffen. In de 16 de
eeuw lukte het niet in de 17de eeuw wisten Engelse kolonisten aan de
westkust een nederzetting te stichten.
Pilgrim Fathers
Een groep kolonisten trok naar Noord-Amerika vanwege religieuze
redenen, dit gold voornamelijk voor een groep protestanten die in 1620
een belangrijke nederzetting stichtte. 10 jaar eerder waren zij Engeland
ontvlucht omdat zij kritiek hadden op de anglicaanse kerk (Engelse
staatskerk die was ontstaan tijdens de 16e-eeuwse Reformatie), zij vonden
de kerk te katholiek. De stichters van deze koloniën werden Pilgrim
Fathers genoemd. In de 17e eeuw trokken steeds meer Engelse naar deze
koloniën, zo hielden zij goede handelscontacten met Engeland. Uiteindelijk
leidde deze kolonisatie tot grote sterfte, de Engelse namen ziekte mee
waartegen de (oorspronkelijke) bevolking geen weerstand had. Ook
ontstonden er conflicten over wie de eigenaar was. Dankzij betere wapens
wonnen de kolonisten bijna altijd.
Ontwikkeling van plantagekoloniën
De Engelse hadden aan de oostkust van Noord-Amerika 13 koloniën. De
Noordelijke daarvan waren vestigingskoloniën, met een economie die
was gericht op landbouw, handel en nijverheid. De belangrijkste reden
hiernaartoe te trekken was een nieuw leven. De koloniën in het zuiden
ontwikkelden zicht tot plantage-economieën. Daar lag de focus op het
grootschalig verbouwen van gewassen (tabak, katoen) voor de export.
Ook ontstonden in het Caribische gebied Engelse plantagekoloniën, deze
waren veel winstgevender dan die in Noord-Amerika. Er waren veel
arbeiders nodig op deze plantages, hiervoor werden slaven uit Afrika
gehaald om op het land te werken. Op alle koloniën werd gebruik gemaakt
van slaven op de Caribische vestigingen veruit het meest.
De handel van slaven vormde deel van de driehoekshandel tussen
Europa, Afrika en Amerika. Handelsschepen vertrokken vanuit Engeland
met textiel, wapens en andere kostbaarheden. In West-Afrika ruilden
handelaren deze producten voor slaven, die ze in Noord-Amerika en het
Caribische gebied weer verkochten. Volgeladen met producten van de
plantages voeren de schepen terug naar Europa. Voor Europa was dit een
erg winstgevende manier van handel.
Strijd voor onafhankelijkheid
, De Britse koloniën in Noord-Amerika vielen onder het bestuur van de
Britse overheid, dat hield in dat de koloniën geen inspraak hadden maar
wel belasting moesten betalen. In de loop van de 18de eeuw kwam
hiertegen veel verzet. Dit kwam doordat de kolonisten geloofde in
denkbeelden van de verlichting. Drie daarvan hadden veel invloed: trias
politica, volkssoevereiniteit, natuurlijke rechten. Geïnspireerd door
deze ideeën kwamen de kolonisten in 1776 in opstand, zij verklaarde zich
onafhankelijk van de Britten en vormde een federale staat (een
samenwerkingsverband van deelstaten met een eigen bestuur, onder een
gemeenschappelijke nationale overheid). Enkele jaren na de oorlog werd
dit door Groot-Brittannië erkend en bestand de Verenigde staten officieel.
Afschaffing van de slavernij
Vrijheid was een belangrijke grondwet voor de Verenigde Staten, voor
lange tijd gold dit maar voor een hele kleine groep (rijke witte mannen).
Verlichte denkers en religieuze denkers uitten aan het einde van de 18de
eeuw kritiek op het systeem van slavernij en slavenhandel. Er ontstond
een beweging van mensen die vonden dat de slavernij moest worden
afgeschaft: abolitionisme. In 1807 werd slavenhandel in het Britse rijk
verboden, dit betekende een grote economische neergang voor de
Caribische koloniën. In 1833 was slavenhandel in Groot-Brittannië volledig
afgeschaft.
1.2 India en het Britse Rijk (1765 – 1885)
Begin 17e eeuw hadden de Britten de East India Company (EIC)
opgericht. Deze handelscompagnie richtte zich op handel in producten als
katoen en specerijen, met name in India. Dit gebied maakte onderdeel uit
van het islamitische Mogolrijk, dat een groot deel van Zuid-Azië omvatte.
Om met de vosten van dit rijk te handelen, vestigde de EIC-factorijen (dat
waren verstrekte handelsposten waar Engelse en inlandse handelaren
zaken deden).
De positie van de Mogolvorsten begon instabiel te worden, er was sprake
van politieke strubbelingen. Hierdoor zag de EIC niet alleen economisch
belang in India maar ook politiek belang. De Engelsen voelde zich
bedreigd door de andere handelscompagnieën in het gebied, daarom
besloten ze Engelsen militaire steun te geven aan lokale
bevolkingsgroepen. In ruil voor deze diensten verwierf de EIC nieuw
grondgebied, waardoor ze geleidelijk meer zeggenschap kregen in het
land. De Britse politieke betrokkenheid in India werd definitief toen in 1765
de regerende Mogolvorst en de EIC het Verdrag van Allahabad
tekenden. De compagnie mocht in een deel van India belasting innen in de
naam van de vorst.
Brits bestuur
Om greep te houden op India en handelscontacten af te dwingen, maakten
de Britten gebruik van zowel militaire als politieke middelen. De EIC
beschermde haar bezittingen met eigen legers, waarin Indiase soldaten
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pienweg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.48. You're not tied to anything after your purchase.