100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Zenuwweefsel samenvatting histologie $8.05
Add to cart

Summary

Zenuwweefsel samenvatting histologie

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Zenuwweefsel samenvatting histologie

Preview 2 out of 9  pages

  • Yes
  • May 30, 2024
  • 9
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Zenuwweefsel

I. Inleiding
In dit weefsel zijn zenuwcellen en steuncellen heel belangrijk. Er zijn veel bloedvaten aanwezig en
variabele hoeveelheden BW.

Indeling volgens:

1. Morfologie
o CZS: hersenen en ruggenmerg (+ neuroglia: het geheel van gliacellen die ondersteunen,
beschermen en isoleren neuronen) (+ neuropileem: dicht complex van zenuw-en
gliaceluitlopers)
o PZS: zenuwen en perifere ganglia. BW omringd deze en heeft een voedende en beschermende
taak.
2. Functioneel
o Autonoom zenuwstelsel (=AZS): belang bij homeostase en bezit een orthosympatische en
parasympatische component. Het heeft als functie het werken van de organen.
o Somatisch zenuwstelsel (=SZS): is voor bewuste waarneming, willekeurige beweging en
verwerken van opgenomen informatie. ( komen binnen via zintuigen)

AZS en SZS bevatten delen van het CZS en PZS.
Afferent = sensorisch = informatie van periferie  centraal.
Efferent = motorisch = impulsen naar effectoren.

Zenuwcellen zijn prikkelbare/exciteerbare cellen die reageren op een wisseling van de elektrische
potentiaal tussen binnen-en buitenzijde van het celmembraan. Deze potentiaalverandering wordt
omgezet in een actiepotentiaal dat wordt doorgegeven naar doelcellen/doelorganen.

2 voornaamste functies:
o Waarnemen en reguleren van interne condities
o Reguleren van gedragspatronen


II. Histogenese
Het zenuwweefsel kent een ectodermale oorsprong:

De chorda dorsalis induceert differentiatie. Zo ontstaat de neurale plaat. De randen van de neurale
plaat verdikken en er ontstaat een neurale groeve. Wanneer deze randen versmelten en samenkomen
zorgt dit voor het ontstaan van de neurale buis waaruit uiteindelijk het volledige CZS ontwikkelt. Aan
weerszijden van de neurale buis, zijn er neurale lijsten die sensorische neuronen, post ggl neuronen en
cellen van Schwann.

 Spina bifida/Ziekte van Hirsch Sprung.

, III. Neuronen
Neuron = de functionele eenheid van het zenuwweefsel. Het zijn “exciteerbare” cellen die sterk
variëren in vorm en grootte en een beperkt delingsvermogen hebben in volwassen toestand. Elk neuron
heeft > 1 000 functionele verbindingen met andere neuronen (=
communicatienetwerk). Een neuron bestaat uit het cellichaam/perikaryon dat
het stofwisselingscentrum van de cel vormt. De dendrieten die sterk vertakte
uitlopers zijn die signalen opvangen. Het axon dat een zeer lange uitloper is dat
signalen naar anderen neuronen sturen. Het vertakte, distale uiteinde van het
axon wordt een telodendron genoemd. Elke collaterale tak van het telodendron
eindigt met een verbreding/bouton/eindknopje waarlangs overdracht van de
impuls via synapsen plaatsvindt.

Indeling 1 volgens functie: (Reflexboog) (=onbewust) (SYMP. ZS!!)

o Sensorische neuronen: impulsen van receptoren  CZS (AFFERENT)
o Motorische neuronen: impulsen van CZS  effectorcellen (EFFERENT)
o Interneuronen: schakelen neuronen aan elkaar

Indeling 2 volgens aantal uitlopers en vorm cellichaam:

o Multipolaire neuronen: 1 axon en dendrieten (uitlopers > 2)
o Bipolaire neuronen: 1 axon en 1 dendriet
o Pseudo-unipolaire neuronen: 1 uitloper die T-vormig splitst in een axon en een dendriet. Het
signaal passeert het cellichaam niet.
o Anaxonische neuronen: heeft geen echt axon, wel veel dendrieten



A. Cellichaam
o Is gevoelig voor prikkels (synapsen)
o Bevat een kern met daarrond cytoplasma
o Is het stofwisselingscentrum van het neuron
o Er is een hoge eiwitsyntheseactiviteit  grote, blazige kern met fijnverdeelde chromatine, een
opvallende nucleolus, veel mitochondriën, lipofuscine (=afbraakproduct dat toeneemt naarmate
een cel ouder wordt), veel microtubuli en neurofilamenten. Ook is er een NISSL-substantie
aanwezig (= materiaal dat bestaat uit een sterk ontwikkeld RER en vrije polyribosomen). Hoe
meer NISSL er aanwezig is in een zenuwcel, hoe groter de zenuwcel. Vrije polyribosomen
produceren enzymen voor de synthese van neurotransmitters en cytoskeletelementen.



B. Dendrieten
o Ontvangen stimuli van andere (zenuw)cellen.
o Zijn sterk vertakte zenuwuitlopers
o Zijn niet gemyeliniseerd
o Het oppervlak heeft spina/gemmulae (dragen bij aan het synaptisch contact)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meryemel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.05
  • (0)
Add to cart
Added