Aantekeningen Middeleeuwen II
Hoorcollege 08-04-2024: Feodalisme
Inhoud:
o Feodaliteit volgens het handboek.
o Oorsprong.
o Drie modellen (discussiepunten).
- Twee fasen?
- Feodale revolutie of geleidelijke ontwikkeling?
o Kritiek.
o Feodale uitingen.
- Kastelen.
- Steden (Utrecht).
- Leenheer – leenman relatie.
- Hoofse cultuur.
Feodaliteit volgens het handboek
1. Een van de meest verwarrende en misbruikte termen ooit.
2. KA: “Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur.”
3. Hetzelfde als het leenstelsel?
4. Verschillende modellen:
4.1. De politieke en sociale structuren waar de landbezittende elite het gewone volk mee
regeerde, maar niet de economische structuren die de elite ondersteunden.
▪ Scheiding feodaliteit en horigheid.
4.2. Ontstond in Frankrijk als reactie op de invasies van buitenaf en de zwakte van de
latere Karolingers.
▪ Stelsel van de landbezittende elite.
▪ Ontstaan door disintegratie Karolingische rijk.
▪ Land(gebruik) voor militaire steun.
▪ Publieke macht door private partijen.
▪ In eerste instantie “graaf” als militaire functie, later pas gebonden aan land:
VERANDERING!
• Feodale stelsel is nooit van bovenaf besloten.
, 4.3. Gebaseerd op de relatie tussen strijders te paard: heer en zijn vazallen. Al snel werd
deze gebaseerd op land: “fief” (leengoed) dat werd geschonken op conditie van
wederdienst (militaire steun).
▪ Verband uitvinding stijgbeugel: Meer beweegvrijheid op het paard. →
Belang paarden in de oorlogsvoering, maar duur!
5. Nieuw:
- De zwakte van centrale overheden.
- Het uitoefenen van publieke macht door privépersonen: Moderne terminologie,
kritiek.
De oorsprong
1. Feudum (La): Voorwaardelijke landgift.
2. Féodalité (Fr): 18e eeuwse term voor een juridisch model van landbezit en -gebruik (NL
– leenstelsel).
- Uitvinding concept.
- Later in term gegroeid, eerst alleen juridisch.
3. Ahistorische en generaliserende term.
- Mensen na de middeleeuwen hebben het bedacht op basis van een systeem dat zij
denken te zien in de middeleeuwen.
Drie modellen:
o Juridische of rechtshistorische model:
- Een systeem van landbezit en – gebruik dat gebaseerd is op tijdelijke en
voorwaardelijke landgebruik-overeenkomsten (feuda of beneficia).
- Een sociale band (heer-vazal): Consilium et auxilium.
- Vroeger gescheiden, vanaf Karolingers gecombineerd?
- “Hommage” (leenhulde) en “investituur”.
- Piramideschema:
▪ Maar: Eigenlijk veel rommeliger, want iemand kon vazal zijn van
verschillende leenmannen.
, o Marxistische of historisch materialistische model:
- Feodale productiewijze.
▪ Tussen “antieke” en “(vroege) kapitalistische” productiewijzen.
▪ Surplus wordt gevormd door arbeid van horigen (i.p.v. slaven of
loonarbeiders).
▪ Niet per se Middeleeuws of Europees.
▪ Vaak: Competitie tussen centrale autoriteit en heersende klasse.
o Sociaalhistorische of sociologische model:
- Marc Bloch, La société féodale (1939).
▪ Beschreef als eerste de feodale maatschappij.
▪ Een onderworpen boerenstand.
▪ Prevalentie (veel voorkomendheid) van leengoederen voor diensten (fiefs).
▪ Dominantie van een aristocratische strijdersklasse.
▪ Het overheersen van persoonlijke banden van gehoorzaamheid.
• In eerste instantie dus niet erfelijk!
▪ De versplintering van het openbaar gezag.
▪ Het voortbestaan van andere (eerdere) vormen van verbondenheid.
• Allerlei verbanden door elkaar heen.
- Twee fases:
1. Late Karolingische periode – 11e eeuw: Invallen zorgen voor afbraak van
centrale autoriteit ten gunste van gefragmenteerde, lokale machtshebbers.
2. Midden 11e – 13e eeuw: Erfelijke adel, ridder-ideaal en hoofse cultuur.
- George Duby, La société aus XIe et XIIe siëcles dans la région mâconnaise (1953).
▪ Ziet centrale overheid nog bestaan in 980, maar na 1030 een (geprivatiseerd)
systeem van rechtsspraak door regionale heren.
▪ Feodale revolutie.
• Hevige periode van geweld door landheren.
▪ Belang jaar 1000.
• Verdwijnen traditionele slavernij en de opkomst van de horige
boerenstand.
• Kerngezin.
• Ridders.
Kritiek
o Elizabeth Brown, Tyranny of a concept (1974)
- Bronnen zo lezen om het in jouw idee te passen.
- Is de term wel behulpzaam als de middeleeuwers deze niet gebruikten?
o Susan Reynolds, Fiefs and Vassals (1994).
- Nooit plaatsgevonden, zaken waren gescheiden.
- Werkelijkheid in een mal gegooid.
o Invloed: Term nog steeds gebruikt, maar wel kritischer naar gekeken.
o Dominique Barthélemy e.a. (vanaf 1992) in Past & Present.
- Echt zo snel gegaan? → Geleidelijke, subtiele verandering.
- Geen scherp contrast tussen publiek en privaat.
, - Veel breder.
o Charles West, Reforming the Feudal Revolution (2013).
- Feodale Revolutie geen gevolg van het falen van de Karolingers, maar een
uitvloeisel van de formalisering van hun macht.
Samenvatting op pp
o Niet echt een systeem, maar ontstaan.
o Veel rommeliger.
o Ook meer verbanden.
o Geen scheiding publiek en privaat in middeleeuwen.
Hoorcollege 09-04-2024: Investituurstrijd en hervormingen in de kerk
Inhoud:
1. Aanloop investituurstrijd.
2. Kerkelijke hervormingen.
3. Hendrik versus Gregorius in Canossa.
4. Gevolgen/conclusie.
Excommunicatie: Je hebt geen toegang meer tot de sacramenten van de kerk waardoor jouw
onderdanen niet meer aan jouw verbonden zijn door loyaliteit.
Is de investituurstrijd de oorzaak van de scheiding tussen kerk en staat?
Kerkelijke concilies: Belangrijke vergaderingen waar de christelijke doctrine wordt bepaald.
1. De keizers riepen deze bijeen.
2. Eigen kerken en kloosters.
3. Benoemen van bisschoppen en abten.
Takenpakket bisschoppen
o Soortgelijk aan de aristocratie.
o Veel land en geld.
o Ook militaire functie.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller biglonk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.