Samenvatting gemaakt door eerste jaars student aan de Hogeschool Inholland (Haarlem), voor de studie Business Studie. In mijn eerste jaar heb ik mede door deze samenvatting mijn propedeuse gemaakt. Ik heb in deze samenvatting de belangrijkste dingen staan zodat je genoeg weet voor een 7,5 (minimaal...
Gedrag In De Organisatie
Moeilijk deeltoets 1 periode 3
-Verschil lijn-afdelingen en staf-afdelingen:
lijn afdelingen hebben direct te maken met het productieproces, terwijl staff afdelingen
ondersteunend en/of adviserend werken voor het productieproces en hebben dus niet direct te
maken met het productieproces
Ontwikkelingsfase van de groep:
1. Oriëntatiefase (forming)-> Het verkennen staat centraal, De taken moeten verdeeld worden, wie
krijgt het voor het zeggen, en zo zijn er vele aandachtspunten.
2. Conflictfase (Storming)-> Er zijn meningsverschillen en tegenstellingen. Men strijdt vaak voor het
leiderschap. Er zijn veel zaken die ‘uitgevochten’ moeten worden.
3. Stabilisatiefase (Norming)-> De tegenstellingen zijn verminderd. Men stelt doelen en werkwijzen
vast en werkt oplossingen uit voor problemen.
4. Presentatiefase (Performing)-> Men kan aan het werk, omdat de conflicten zijn opgelost en men
duidelijk heeft hoe gewerkt wordt aan de afgesproken doelen
5. Beëindigingfase (Ajourning)-> De groep wordt ontbonden. Soms bereikt men deze fase al eerder,
bijvoorbeeld na de conflictfase. Dan worden fase 3 en 4 overgeslagen.
Om ‘’doelmatig samen te werken’’ zijn er twee criteria:
1. Productiviteit: hoeveelheid en kwaliteit van het werk.
2. Tevredenheid: met elkaar en de onderlinge samenwerking
De wet van effectiviteit (van: Skinner)-> De gevolgen van een handeling bepalen voor een persoon of
hij wel of niet de neiging heeft om de handeling te herhalen.
Trekkende kracht-> Situaties die vertoont gedrag uitlokken.
Duwende kracht-> Behoeftes die vertoont gedrag uitlokken.
De Verwachtingstheorie (van: Vroom)->
• Het overweging proces om te komen tot een bepaald gedrag
• Het komen tot een bepaald gedrag hangt af van 3 verschillende overwegingen:
○ Het verband tussen inspanning en prestatie-> ingeschatte kans dat een bepaalde inspanning leid
tot goede prestatie.
○ Het verband tussen prestaties en opbrengsten-> ingeschatte kans dat een bepaalde prestatie leid
tot een gewaardeerde opbrengst.
○ De waarde van de opbrengst die bepaalde opbrengsten met zich meebrengen.
Attribueren-> Het proces waarin men achter de oorzaken van hun eigen en dat van anderen hun
gedrag probeert te komen.
Interne attributie-> Als de oorzaak heel erg bij zich zelf is te vinden.
Externe attributie-> Als de oorzaak bij een ander is te vinden.
Zelfdienende vertekening-> Het naar jezelf toe schrijven van positieve zaken en het afweren van
negatieve zaken.
Fundamentele attributiefout-> Het bij een ander persoon toeschrijven van gedrag aan de
eigenschappen van deze persoon i.p.v. aan de situatie.
, Piramide van Maslow->
• Deprivatie-> Het feit dat mensen door hun behoeftes tot activatie worden geleid.
• Deficiëntiebehoeften-> Deprivatie geld alleen voor de eerste 4 behoeftes.
• Hiërarchisch geordend-> Het feit dat men pas toe komt aan een volgende behoefte als de behoefte
ervoor is vervuld.
In tegenstelling tot Maslow is de heer Alderfer er van overtuigt dat er 3 behoeftes groepen zijn:
• Existentiële behoeften-> De bij Maslow Fysiologische & Zekerheid behoeften
• Relationele behoeften-> De bij Maslow Sociale acceptatie & Waardering behoeften
• Groeibehoeften-> de bij Maslow Zelfontplooiing behoeften
○ Alderfer is ook van overtuiging dat Deprivatie een rol speelt in de behoeftes, echter gelooft hij niet
in de hiërarchische ordening, hij denkt dat de behoeftes tegelijken tijd kunnen worden vervuld.
De heer McClelland onderscheid ook 3 Behoefteprofielen, volgens hem creëert ieder persoon in zijn
eerste levensjaren, dit is dus niet aangeboren maar aangeleerd, 1 van deze profielen voor zichzelf:
• Prestatiebehoefte-> Als dit behoefteprofiel dominant is dan is deze persoon vooral gericht op het
leveren van goeden prestaties.
• Machtsbehoefte-> Als dit behoefteprofiel dominant is dan is deze persoon vooral gericht op het
streven naar invloed en controle over anderen.
• Affiliatiebehoefte-> Als dit behoefteprofiel dominant is dan is deze persoon vooral gericht op het
scheppen van goede relaties met anderen.
Attitude-> • een houding die iemand heeft t.o.v. een andere groep mensen, gedragingen, objecten
en/of ideeën.
• 2 Overwegingen die die een rol spelen bij het bepalen van een attitude:
○ Cognitieve overweging-> Het op een rij zetten van de voor- en nadelen/feiten.
○ Affectieve overweging-> Het mee laten spelen van je gevoel.
• Een Attitude levert de neiging op om een bepaald gedrag te vertonen-> Gedragsintentie
Meyer & Allen onderscheiden drie vormen van betrokkenheid:
• Affectieve betrokkenheid-> Het gevoel deel uit te maken van een organisatie.
• Normatieve betrokkenheid-> Het gevoel dat het niet fatsoenlijk is een organisatie te verlaten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller keesdevries01. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.89. You're not tied to anything after your purchase.