Een overzichtelijke en duidelijke samenvatting met alle stof die je moet kennen voor het tentamen Balanslezen voor juristen. Deze samenvatting is een combinatie van aantekeningen uit de les en het boek Elementair balanslezen. Ik haalde zelf een 8 voor dit tentamen.
(Elementair) Balanslezen voor
juristen
College 1 – Hoofdstuk 1 & 5
Balans
= overzicht van bezittingen en schulden.
Geeft inzicht in de financiële positie van een onderneming op een
bepaald tijdstip en hoe de onderneming het in de loop van een
bepaald jaar heeft gedaan.
Dit laatste kan op twee manieren (winstbepaling):
Vermogensvergelijking: men kan de balans van
een onderneming aan het einde van het jaar
vergelijken met die aan het begin van datzelfde
jaar. Meer eigen vermogen meer winst.
Resultatenrekening: = omzet – kosten =
resultaat (winst of verlies)
Deze is altijd in evenwicht (balanstotaal) (evenveel bezittingen als
schulden).
Vaak gerangschikt van: lang (vast) kort (vlottend) liquide
(vlottend).
Totaaltelling balans zegt op zich weinig (namelijk momentopname).
Je kunt bijna nooit een rechtstreeks verband leggen tussen een post
links en een post rechts.
Wat bij de ene persoon links staat, staat bij een andere rechts (bv.
Vordering en schuld).
Moeilijkheid: de bedragen die er moeten komen te staan H2 + H3.
Als 1 post verandert tenminste 1 andere post verandert ook
altijd in balans (zie week 2; syllabus).
Bezittingen / Tegoeden Zelf bekostigd / Van anderen
Debet Credit
Activa Passiva
Investeringskant Financieringskant / Claims (van
derden of van eigenaren)
Hoofdstuk 2 boek Hoofdstuk 3 boek
Balanstotaal € X = Balanstotaal € X
Debet
Vaste activa (gebouwen, machines die je meerdere jaren gebruikt)
Vlottende activa (kan binnen 1 jaar omgezet worden in geld, voorraad,
debiteuren, hypotheek u/g (uitgeleend geld))
Liquide middelen (kas en rekeninggeld)
Credit
Eigen vermogen (geïnvesteerde geld door ondernemer)
, Lang vreemd vermogen (leningen langer dan 1 jaar, hypotheek o/g
(opgenomen geld), lening bij de bank)
Kort vreemd vermogen (leningen korter dan 1 jaar, rood staan op de bank,
crediteuren)
Scrontovorm creditzijde naast debetzijde in balans (zie figuur
hierboven).
Staffelvorm creditzijde onder debetzijde in balans.
Eigen vermogen
Interessante post om te volgen hoeveel heb jezelf/hebben eigenaren
ingebracht? hoe meer zelf, hoe beter
Kun je volgen door:
Van opeenvolgende balansen (het EV) te vergelijken
Een apart overzicht bij te houden waarom het EV in een periode
(=stroomgrootheid) verandert
Balans + RR + toelichting = Jaarrekening
Voor sommige bedrijven is dit verplicht, voor andere niet (globaal:
verplicht voor grote rechtspersonen) BW boek 2, titel 9, art. 360 t/m
414 e.v.
Voorraadgrootheden/stroomgrootheden
Voorraadgrootheden betrekking op de situatie op een bepaald
moment en kunnen alleen op een bepaald tijdstip worden gemeten (bv.
Voorraad grondstoffen op 1 januari) (op balans).
Stroomgrootheden betrekking op de ontwikkeling van bepaalde
grootheden gedurende een zekere periode (bv. Omvang van de verkopen
gedurende een bepaald jaar) (op verlies-en-winstrekening).
Geïnteresseerd in de financiële cijfers op de balans
Management (=intern)
Fiscus
Eisen vanuit overheid zie BW
Grondslag voor winstbelasting (doel van ondernemer: zo min
mogelijk)
Ander externen
Verschil externe en interne overzichten Fiscale (eisen BW)
/Commerciële balans (veel mag, als het maar toegelicht wordt)
Soorten bedrijven/organisaties
Profit
Veelal: NV/BV rechtspersoon
Eenmanszaak natuurlijk persoon
Non-profit (zonder winstoogmerk; RR heet veelal ‘staat van baten
en lasten’; veelal stichtingen en verenigingen)
Diensten, bedrijfsmatig karakter (ziekenhuis,
woningcorporatie; kosten worden gedekt uit de opbrengst van
ziekenhuistarieven/huuropbrengsten)
Charitatieve instellingen (medisch gebied ter bevordering van
de strijd tegen bepaalde ziekten (hartstichting), instellingen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vayaxs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.30. You're not tied to anything after your purchase.