Dit document betreft een samenvatting over alle geven colleges voor het tentamen 'Algemene ziekteleer en gezondheidszorgstelsel' voor de opleiding Mondzorgkunde jaar 1.
Algemene ziekteleer I en het
gezondheidszorgstelsel samenvatting
Chiara Eenkhoorn –Mondzorgkunde jaar 1
Inhoudsopgave
College 1 – Cardiovasculaire aandoeningen .............................................................. 1
College 2 – Bloed en bloedstolling ................................................................................. 8
College 3 – Longen en longaandoeningen ................................................................14
College 4 – Organisatie gezondheidszorg .................................................................19
College 5 – Wettelijke kaders .........................................................................................23
College 6 – ASA-classificatie ..........................................................................................26
College 7a – Medische anamnese ................................................................................29
College 7b - Therapiegevolgen ........................................................................................31
College 8 – Tractus digestivus/Tractus gastro intestinalis ...............................34
College 9 – Tractus locomotorius .................................................................................42
College 10 – Beleid en ontwikkeling ............................................................................50
College 11 – Bijzondere groepen ..................................................................................54
College 12 – Responsiecollege gezondheidszorg ..................................................57
College 13 – Endocriene stoornissen..........................................................................59
College 14 – Tractus urogenitalis .................................................................................66
College 15 – Afweer ...........................................................................................................69
College 16 – Zenuwstelsel................................................................................................73
,College 1 – Cardiovasculaire aandoeningen
Literatuur: Anatomie en fysiologie H2
Met cardiovasculair wordt het hart- en vatensysteem bedoeld.
Hartinfarct/hartaanval
Wanneer iemand een drukkende pijn heeft, bijvoorbeeld op de borst, welke uitstraalt is
er in de meeste gevallen sprake van een hartaanval.
Þ Wanneer iemand hier last van heeft wordt er vaak Ascal gegeven/toegediend (=
een antistollingsmiddel/bloedverdunner)
Een hartaanval wordt veroorzaakt door een bloedpropje. Wanneer dit
het geval is, kan dit verwijderd/verholpen worden door middel van
dotter of PCI (precutane coronaire interventie) met een stent. Zoals in
de afbeelding te zien wordt het vernauwde bloedvat door middel van
een stent weer in de normale positie teruggebracht, waardoor
vernauwing in het vervolg voorkomen zal worden.
Wanneer je iemand in de stoel hebt die last heeft gehad van een hartaanval moet je
rekening houden met welke medicijnen deze man/vrouw gebruikt. Denk hierbij aan
bloedverdunners (Ascal en Plaxix) en bloeddrukverlagers (bèta-blokkers en ACE-
remmers). Daarnaast heeft de patiënt ook een verhoogd risico op een nieuwe
hartaandoening.
Anatomie en fysiologie hart- en bloedvaten
In het lichaam hebben we twee bloedsomlopen:
• Grote bloedsomloop
Þ Hierdoor wordt het lichaam voorzien van zuurstofrijk
bloed
• Kleine bloedsomloop
Þ Dit bloed gaat naar de longen om zuurstof ‘op te halen’
Het hart werkt als een pomp en werkt in deze volgorde:
long à hart à lichaam à hart à long
De positie van het hart is eigenlijk in de middel van het lichaam,
maar de apex van het hart ligt links. Vandaar dat we zeggen dat het
hart links ligt.
1
, Het hart
Bestaat uit onder andere:
• Ventrikels (= kamers): sturen het bloed vanuit de ventrikels naar de rest van het
lichaam
• Atria (= boezems): deze ontvangen het bloed en pompen het de ventrikels in
• Aansluiting van de aders en venen
• Coronairen (= kransslagaders): zijn de bloedvaten die om het hart lopen
• Kleppen: hiervan hebben we er 4 Aorta
v. cava superior
Hartkamers
Hiermee bedoelen we de ventrikels en de atria. a. pulmonalis
R boezem
We hebben een…: v. pulmonalis
• Linker boezem
• Linker kamer R kamer
• Rechter boezem
• Rechter kamer
Het hart stroomt van: de rechter boezem → rechter kamer →
! longen → linker boezem → linker kamer → aorta → O2-rijk bloed
L boezem
wordt door het lichaam gevoerd → O2-arm bloed komt terug in
de rechter boezem. L kamer
De linker kamer is sterker dan de rechter, omdat de linker kamer het zuurstofrijke bloed
moet wegduwen de slagaders in.
• De slagaders (= arterie) gaan van het hart af en pompen O2-rijk bloed het lichaam door.
• De aders (= venen) gaan naar het hart toe en pompen het O2-arm bloed naar de longen,
om O2 op te halen in de longen.
Grote vaten van het hart
! De grote vaten van het hart noemen we de arteriën en venen. De vier grote vaten van het
hart zijn:
• Venae pulmonalis: pompt O2-rijk bloed vanuit de longen het hart in.
• Aorta: pompt O2-rijk bloed het lichaam in.
• Venae cava (inferior en superior): pompt O2-arm bloed terug het hart in.
• Arterie pulmonalis: het bloed wordt vanuit de rechter kamer in de a. pulmonalis
gepompt en deze pompt het O2-arme bloed naar de longen om zuurstof op te
halen.
Kransslagaders (= coronairen)
Dit zijn de aders en slagaders die om het hart lopen, iedere kransslagader verzorgt
zijn eigen gebied van het hart.
• Er zijn 3 arteriën (= slagaders)
Þ Deze zijn afgetakt van de aorta.
• Er zijn 2 venen (= aders)
Wanneer er in een kransslagader een propje ontstaat, kan er een hartinfarct
ontstaan.
Þ Een infarct is schade door een tekort aan zuurstof.
2
, tricuspidalisklep
aortaklep
pulmonaalklep
Hartkleppen
! Hiervan hebben we er vier, maar er zijn twee verschillende
mitralisklep
soorten, namelijk:
• Twee kleppen die tussen de atria en ventrikels zitten,
deze kleppen zijn een soort parachutes en ze zijn erg
peesachtig.
Þ Aan de rechterkant de tricuspidalisklep:
voorkomt dat het bloed uit de rechter ventrikel
terugstroomt de rechter atrium in.
Þ Aan de linkerkant de mitralisklep: voorkomt dat
het bloed uit de linker ventrikel terugstroom
naar de linker atrium.
• Twee kleppen die tussen de ventrikels en de slagaders
zitten
Þ Aan de rechterkant de pulmonaalklep: tussen de rechter ventrikel en a.
pulmonalis.
Þ Aan de linkerkant de aortaklep: tussen de linker ventrikel en de aorta.
Hartspier (= myocard)
Omdat het hart het hele lichaam moet voorzien van bloed is dit een erg sterke
spier.
Þ De linkerkant van het hart is gespierder, omdat deze kant van het hart
ervoor moet zorgen dat het hele lichaam voorzien wordt van O2-rijk
bloed.
Fysiologie van het hart
Het hart werkt door middel van elektrische geleiding, dat gaat als volgt:
• De sinusknoop (SA knoop): in de rechtboezem wordt
door middel van de sinusknoop een signaal gestuurd
naar de linkerboezem, zodat ze kunnen gaan
samenknijpen.
• De atrioventriculaire knoop (AV knoop): er wordt een
signaal gestuurd naar de AV knoop en deze zorgt voor
een ‘delay’ zodat de boezems kunnen samenknijpen.
• Bundel van His: het signaal gaat door naar de bundel van
His en deze bundel splitst zich in twee takken.
• Linker en rechter bundeltak: de linker en rechter
bundeltak sturen het signaal door naar de purkinjevezels.
• Purkinjevezels: de purkinjevezels sturen het signaal naar
de ventrikels waardoor deze zullen samenknijpen.
Door deze geleiding van het hart is het mogelijk om een ECG te maken.
De hartcyclus
• Diastole: ook wel de ontspanningsfase, hierbij worden de ventrikels gevuld.
o Is de onderdruk
• Systole: ook wel de inspanningsfase, hierbij knijpen de ventrikels samen en
wordt het bloed verder gepompt.
o Is de bovendruk
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chiaraeenkhoorn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $19.86. You're not tied to anything after your purchase.