BOAT 1: Financiering, Operating en Reporting
Corporate financial management
Hoofstuk 9
Effectenbeurs (Stock exchanges or stock market): markten waar de overheid en industrie
langetermijnkapitaal (long-term capital) kunnen verhogen, en investeerders kunnen effecten
(securities) kopen en verkopen. De napoleon oorlogen zorgde voor meerdere belangrijke
doorbraken: De mogelijkheid om het eigendom van financiële activa over te dragen, bood
investeerders liquiditeit wat de geldstroom naar bedrijven aanmoedigde, terwijl het kapitaal in
het bedrijf niet werd aangetast. Het begin van de industrialisatie werd grotendeels
gefinancierd door individuen en samenwerkingsverbanden. Toen de vraag naar kapitaal
groter werd, waren Naamloze Vennootschappen (Joint-stock enterprises) nodig. Daarin werd
het geld van meerdere investeerders gekoppeld om een gezamenlijk eigendom te vormen
met als belofte een deel van de winst.
De introductie van beperkte aansprakelijkheid (limited liability) zorgde ervoor dat de
geldstroom naar het eigen vermogen (eigendom) van bedrijven nog groter werd.
Effectenbeurzen zijn ontmoetingsplaatsen voor investeerders en bedrijven, daarnaast zorgt
het voor een beter toewijzing van middelen binnen de maatschappij. Traditionele
effectenbeurzen hadden een virtuele monopoly positie voor het verhandelen van aandelen
en andere effecten in het binnenland. De belangrijkste gebruikers (banken, hedge funds en
institutionele beleggers) raakte gefrustreerd door de magere deals die ze kregen. Ze
besloten (in de VS) om samen te werken en een nieuw handel platform te starten, daardoor
konden ze het verschil tussen de kost- en verkoopprijs verkleinen en transactiekosten
verlagen. Deze platformen werden Electronic Communication Networks (ECNs) or
Multilateral Trading Facilities (MTFs) genoemd.
De EU richtte de Markets in Financial Instrument Directive (MiFid) op om de concurrentie
toe te laten nemen en klanten te beschermen. Tussenpersonen (brokers) moeten nu laten
zien dat ze de beste prijs en kosten-efficiënte locaties bereiken. Vroeger werden aandelen
op één plaats verhandeld, tegenwoordig gebeurd dit op meerdere platformen.
Financiële globalisering: de integratie van kapitaal markten overal in de wereld.
Deregulatie: het verminderen van officiële regelingen, wetten en bemoeienis van de
overheid. Een tijd lang werd dit gezien als manier om financiële en bedrijfsentiteiten in te
schakelen in de wereldwijde marktplaats en ten goede te komen voor de consument.
Buitenlandse handel controles (foreign exchange controls): de inkoop en verkoop van
buitenlandse valuta is in de meest gevorderde economieën geëlimineerd of verminderd. Dit
heeft de geldstroom gestimuleerd. Commerciële banken (commercial banks) vinden dat
belemmeringen om deelname aan bepaalde markten te voorkomen vernietigend werken.
Belastingwetten zijn er om geldstroom over grenzen niet te ontmoedigen en concurrentie te
stimuleren voor een betere deal voor de gebruiker.
Institutionalisation: vroeger waren individuen vooral de eigenaar van aandelen,
tegenwoordig worden de markten gedomineerd bij financiële instituten (pensioen fondsen,
verzekeringsmaatschappijen e.d.)
Deregulatie → ← Technologie
Globalisering geldstromen
↓
instututionalisation
1
,.
Landen met de grootste binnenlandse beurzen zijn: Amerika, Japan en Engeland.
Redenen om op aandelen op de buitenlandse beurs te brengen:
Om de aandeelhoudersbasis te verbreden: door een groter aantal investeerders zich
te laten intekenen voor aandelen is het mogelijk om die aandelen voor een hogere
prijs te verkopen en het kapitaal dus goedkoper te laten toenemen.
De groei van het bedrijf wordt beperkt doordat de binnenlandse effectenbeurs te klein
is. Door aandelen op een buitenlandse beurs te verkopen kan de groei gefinancierd
worden.
Beloning voor werknemers: veel werknemers van buitenlandse bedrijven worden
beloont met aandelen in het moederbedrijf
Investeerders begrijpen het bedrijf misschien beter in een bepaalde markt.
Bekendheid van het bedrijf vergroten.
Discipline: door in een andere cultuur aandelen uit te brengen, worden andere dingen
als belangrijk ervaring. Chinese bedrijven – Londense bestuurlijke strengheid.
Om de economische, sociale en industriële veranderingen beter te begrijpen in de
productmarkten.
Eerlijk spel (fair game): als het niet mogelijk is om te profiteren van de uitgaven van andere
deelnemers. Deze is goed gereguleerd om misbruik, nalatigheid en fraude te voorkomen.
De zes kenmerken van een goed beheerde effectenbeurs:
1. Bedrijven kunnen fondsen vinden en groeien: doordat verkoop van aandelen snel,
goedkoop en met een bepaalde zekerheid van de prijs gaat, zijn investeerders bereid
om tegen lagere kosten geldstromen aan te bieden, dan als eerder genoemde niet
het geval is.
2. Toewijzing van kapitaal: een van de economische problemen is een goede mix te
vinden van producten en diensten om te produceren. Een extreme oplossing was
Totalitaire economie (totalitairian directed economy): de bureaucratie bepaald
hoeveel van elk product geproduceerd mag worden. De alternatieve methode is om
de markt te laten bepalen welk product door welk bedrijf geproduceerd wordt.
3. Voor aandeelhouders: ze hebben voordeel bij een snelle, goedkope secondaire markt
als ze willen verkopen. Aandeelhouders willen weten wat ze voor hun aandeel
kunnen krijgen als ze het willen verkopen, maar ook om te weten hoeveel het waard
is.
4. Status en publiciteit: het publieke profiel van een bedrijf kan versterkt worden door
gewaardeerd te worden op de beurs. Banken en andere financiële instituten hebben
meer vertrouwen in een beursgenoteerde onderneming, dan een onderneming die
dat niet is
5. Fusies: fusies kunnen beter gefaciliteerd worden bij een beursnotatie, omdat de
waarde dan makkelijker te bepalen is. Markt in managementcontrole (market in
managerial control): teams van managers concurreren om bedrijfsmiddelen. Het is de
bedoeling dat de efficiëntie zo wordt verhoogt.
6. Verbeteren bedrijfsgedrag: bestuursleden moeten zich gedragen zoals de
aandeelhouders dat willen.
Vaste rente effecten die verhandeld worden in London:
Gilts: schulden of leningen
local autority bonds, Foreign government bonds, Sterling corporate bonds (bedrijfsbond) en
Eurobonds. Bonds zijn leningen
Preference shares: preferente aandelen (extra stem- of dividendrecht.
Equities: aandelen
Optie op een aandeel: recht om een aandeel in de toekomst te kopen, tegen een vooraf
afgesproken prijs. Warrants: opties die door bedrijven uitgegeven worden.
2
,.
Certificaathouder (depositary receipt): certificaten die gekocht en verkocht kunnen worden,
het vertegenwoordigd een bewijs van eigendom van een aandeel in een bedrijf gehouden
door een bewaarder (depositary).
Het is aantrekkelijk omdat ze meer liquide en makkelijker te verhandelen zijn dan de
onderliggende aandelen.
Primaire markt (aandelen): een bedrijf geeft aandelen uit en een investeerder koopt ze.
De belangrijkste bron voor effecten is binnen de bedrijven zelf (internal finance). Dit zijn de
cumulatieve winsten gehouden binnen het bedrijf en niet verdeeld in dividend. Dit is ook het
aandelenkapitaal, omdat het eigendom is van aandeelhouders. Ze hebben de bedrijven
slechts toegestaan het te investeren in de zaken in plaats van het uit te geven aan de
eigenaren.
Secundaire markt (aandelen): de investeerder wil van zijn aandelen af en verkoopt het aan
een andere investeerder. Zonder secundaire markt is het niet aantrekkelijk voor
investeerders om aandelen op de primaire markt kopen, omdat ze er dan niet vanaf kunnen.
The main market (official list)
Bedrijven die op de beurs genoteerd willen worden, tekenen eerst een “listing agreement”.
Dit zorgt ervoor dat hoge standaarden omtrent goed gedrag en niveaus van rapportage naar
aandeelhouders gewaarborgd worden. Het plaatsen van een nieuw effect kost honderden tot
duizenden ponden, daarom zijn er op deze markt alleen medium tot grote bedrijven met een
lange handelsgeschiedenis (meer dan 3 jaar). De bedrijven moeten minimaal 25% van de
aandelen uitgeven in het openbaar (free float).
The Alternative Investment Market (AIM)
Veel effectenbeurzen hebben alternatieve aandelen markten (alternative equity markets) met
minder strenge en regulatie voor beursnotatie en om beursgenoteerd te blijven (second-tier
markets). Als de regulatie te laks is, kunnen fraude en incompetentie optreden, dat schaad
de geloofwaardigheid (credibility) van de markt waardoor investeringen in bedrijven af zullen
nemen. Het kan ook zijn dat er juist te strak gereguleerd wordt, waardoor de kosten zo hoog
oplopen dat bedrijven zich niet willen noteren op de beurs.
Bij AIM wordt kleine bedrijven een nieuwe bron van financiering aangeboden, terwijl de
investeerders versterkt worden met de mogelijkheid om aandelen te kopen en verkopen in
een handelsomgeving die gereguleerd en op de markt gebracht wordt door de LSE (london
stock exchange). De investeerders hebben een bepaalde zekerheid nodig over de kwaliteit
van de bedrijven die op de markt komen, daarom moeten de bedrijven een tussenpersoon
(nominated adviser/brokers) aanstellen. De nominated broker is geselecteerd door het
bedrijf uit een register van de effectenbeurs. Ze moeten de koper en verkoper samen
brengen.
Er zijn regels over publicatie van prijsgevoelige informatie en de kwaliteit van het jaarlijkse
rapport. Een AIM toelatings- (admission) document is vereist, maar minder gedetailleerd dan
bij de Main Market. De beursgang (uitgifte van aandelen/emissie/flotation) prospectus is
minder uitgebreid om kosten te besparen. Er zijn belasting voordelen voor de investeerders
die investeren in bedrijven bij AIM.
TechMARK is een deel van de LSE’s Main Market. De reden is dat een veel technologische
bedrijven die niet voldoen aan de 3-jaarseis, maar wel een hoge marktwaarde hebben en
verlangen naar de voordelen van een prestigieuze markt. De LSE versoepelde de regel en
beursnotatie is toegestaan als de boekhouding van 1 jaar beschikbaar is. Wel moet minimaal
25% van de aandelen in het openbaar uitgegeven zijn.
Voor bedrijven die niet de kosten willen betalen voor de uitgifte van aandelen, is er PLUS-
quoted shares. Dit komt voor de alternatieve investeringsmarkt.
3
, .
Beurzen voeren de volgende taken uit om hun waardevolle rol in de samenleving te spelen:
Supervisie over de handel om efficiency en eerlijkheid te verzekeren
Autorisatie van de markt deelnemers, zoals brokers en market makers
Creëren van een omgeving met prijstransparantie (price discovery en formation)
Afhandelen van transacties
Toelating van bedrijven tot de beurs en regulering van bedrijven op de beurs
Verspreiding van informatie, zoals handelingsdata en prijzen
Open outcry trading: grote handelsverdieping waarop duizenden face-to-face deals
plaatsvonden.
Quote-driven trading: met deze aanpak geven market makers een prijs waarvoor zij willen
kopen (lage prijs) en verkopen (hoge prijs), hun winst is het marge tussen deze twee prijzen.
Ze voeren deze prijzen in de computer in.
Bied (bid) = waarvoor ze willen kopen (buy).
Laat (offer) = waarvoor ze willen verkopen (sell).
Het idee is dat op het moment dat het gat tussen bid en offer te groot wordt, cliënten worden
weggelokt door een andere market maker. In de praktijk is er echter vaak maar één market
maker. Handelsspreiding (Trader’s spread/ bid-offer spread): verschil tussen bid en offer.
Market makers nemen een risico. Ze hebben een voorraad van aandelen, obligaties etc. Dit
kan erg duur zijn en er bestaat een kans dat de koers omlaag gaat en er verlies geleden
wordt. Clearing price: breakeven point tussen vraag en aanbod.
Oder-driven trading: kopers en verkopers handelen met één prijs zodat er geen bid-offer
spread is. Dit leidde tot een computersysteem dat kopers en verkopers matched (matched-
bargain systems/ order book trading). LSE introduceerde de service als SETS (Stock
Exchange Electronic Trading System)
Clearing houses: verzekeren elke stap in de transactie. CREST is een systeem dat een
register bijhoudt voor alle aandelen en rapporteert alle aandelen die verhandeld zijn en de
mate van afwikkeling en registratie. Het lijkt op een central securities depository (CSD).
Het systeem wordt bijgehouden door brokers en investment managers.
Financial Services Authority (FSC): is een super-regulator met overzicht op een groot
gedeelte van de financiële sector. Het is semi-vrij van de overheid. De financiering vindt
plaats door de industrieën die ze reguleren, maar de kracht komt vanuit de wetgeving.
Financial Conduct Authority (FCA): zal nog steeds een super regulator zijn, maar de
grootste banken, verzekeringsmaatschappijen en brokers worden vanwege problemen
rondom veiligheid en solidariteit verplaatst naar Prudential Regulatory Authority (PRA). PRA
is een onderdeel van de Engelse bank. Ook Financial Policy Committee (FPC) en
Recognised professional body’s (RPB) vallen onder de Engelse bank.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sanneon1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.