100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Organisatie verdieping $5.35   Add to cart

Summary

Samenvatting Organisatie verdieping

9 reviews
 393 views  39 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Organisatie verdieping samenvatting met afbeeldingen uit het boek

Preview 6 out of 51  pages

  • Unknown
  • June 11, 2019
  • 51
  • 2018/2019
  • Summary

9  reviews

review-writer-avatar

By: pieter_versteeg43 • 7 months ago

review-writer-avatar

By: stefterhedde • 1 year ago

review-writer-avatar

By: valentijnhop • 2 year ago

review-writer-avatar

By: philipostendorp • 3 year ago

review-writer-avatar

By: hichamlakbach • 4 year ago

review-writer-avatar

By: jobverhoef • 4 year ago

review-writer-avatar

By: soesikmelisova • 4 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
Organisatie verdieping 2018-
2019
Inhoud:
Bedrijfskunde Integraal: H2, H3, H5.10.1, H5.10.2, H6.1, H6.3, H6.5.5,
H7.1, H7.2, H7.3, H8 (muv 8.4), H9.3, H9.4 en H10.2
Reader: Privacy
Educatiever: H7 en H.8

,Week 1
Literatuur: Hoofdstuk 5.10.1 en 5.10.2 Bedrijfskunde Integraal
Leerdoelen week 1:
1. Je hebt kennis van de theorie van een model voor beschrijving van
businessmodel van een organisatie
2. Je hebt kennis van verschillende verdienmodelen voor een organisatie
3. Je hebt globale kennis van typologiemodel van organisaties (Starreveld)

Bedrijfsmodel: Geeft organisatorische, operationele en financiële aspecten
weer van een bedrijf.
Keuzes die gemaakt zijn t.a.v.:
1. Waardepropositie
2. Marktsegment
3. De waardeketen
4. Kostenstructuur
5. Waardennetwerk
6. De concurrentie

Businessmodel Canvas: Osterwalder & Pigneur (2010) brengen alle
bedrijfsaspecten door middel van een ‘Canvasmodel’ overzichtelijk bij elkaar. Zo
geven zij inzicht in het bedrijfsmodel van een onderneming.

,Onderkant: de kosten en opbrengsten
Centraal: de waarde propositie, de onderscheidende waarde die je de klant
biedt.
Links: hoe je deze waarde tot stand brengt (partners, hulpbronnen en
activiteiten)
Rechts: wie je het product verkoopt, hoe de levering eruitziet en het
onderhouden van relaties.

Klantwaarde: “het overzicht van producten en diensten die waarde creëren
voor een bepaald klantsegment. Hier onderscheidt een bedrijf zich van de
concurrent”
 Bijvoorbeeld: Ontwerp, merk/ status, prijs, kostenbeperking, gemak/
bruikbaarheid

Klantrelaties: “Hoe onderhoud je de relatie met je klanten? Wat voor relatie
heb je met je klant?”
 Bijvoorbeeld: persoonlijke hulp, accountmanagement, self-service,
geautomatiseerde diensten, communities, co-creatie.

Klantsegmenten: “Een onderneming valt of staat met het bereiken van de
juiste doelgroep. Je onderzoekt voor wie je het product maakt of aan wie je een
bepaalde dienst aanbiedt.”
 Bijvoorbeeld: Product X aan opleiding Y, woonplaats K en
sociaaleconomische achtergrond modaal.

Kanalen: “Hoe bereik je je klanten en hoe gaan je klanten op hun klantreis tot
een aankoop over?”
 Bijvoorbeeld: Verkoopkanalen en marketingstrategie

Kernactiviteiten: “Wat zijn de belangrijkste kernactiviteiten van de organisatie
om de waarde propositie te creëren?”
 Bijvoorbeeld: het werven van nieuwe klanten, acquisitie, het behouden
van klanten en waarde toevoegen aan product/dienst

Strategische partners: “welke partnerships zijn belangrijk om succesvol en
concurrerend te zijn en om te kunnen groeien? Zijn ze nodig om risico's te
beperken of om aan kennis en expertise te komen? Er zijn veel mogelijkheden en
vormen.”
 Bijvoorbeeld: strategische alliantie, coöptatie, joint venture, koper-
leverancier relatie, outsourcen.

Mensen en middelen: “Welke mensen en middelen moet je hebben om je
bedrijf draaiend te houden?”
 Bijvoorbeeld: fysieke middelen zijn (bedrijfsapparatuur zoals een
geavanceerde kassa of persmachine voor de sapjesbar), intellectuele
middelen (een patent of een merk) en menselijke middelen (personeel).

Kostenstructuur: “Wat zijn de kosten van de organisatie? Waar worden de
kosten gemaakt?”
 Bijvoorbeeld: vaste kosten (bedrijfspand, machines) en variabele kosten
(grondstoffen).

Inkomstenstromen: “Waar komen je inkomsten vandaan en hoe ga je dit gaat
bereiken? Nu en in de toekomst. Welk verdienmodel?”

, Bijvoorbeeld: Hoeveel klanten heb je minimaal nodig? Hoe groot moet je
omzet zijn om winst te maken? Hoe ga je geld verdienen aan klanten?
Hanteer je de juiste kostprijzen

,Verdienmodellen: Eén van de belangrijkste elementen van het businessmodel
is het verdienmodel. Een verdienmodel is het antwoord op de vraag: hoe verdien
ik uiteindelijk uw geld? Er zijn heel veel verdienmodellen waaruit je kunt kiezen,
maar welk verdienmodel past bij u, uw klanten en uw bedrijf? Een nieuw
verdienmodel leidt tot nieuwe kansen. Elk verdienmodel spreekt een specifiek
klantsegment aan. Door het verdienmodel te veranderen, of een tweede parallel
te laten lopen, opent je een nieuw klantsegment. Een andere vorm van betalen
levert dus een andere klanten op.

De 7 Verdienmodellen volgens Lonkhuyzen (2009)
1. Bootstrapping: Totale financieringsbehoefte vul je volledig in met eigen
middelen en kasstroom van de onderneming. Je bouwt je business op zonder
externe financiers.
2. Abonnementenmodel
3. Freemiums: product wordt gratis ter beschikking gesteld. De freemium is
gratis instap, voor betere versie of upgrade moet wel betaald worden  bijv.
Spotify en Skype
4. Bait and Hook: ook wel het Gillette businessmodel. Lokken de consument
met aantrekkelijk en vaak extreem goedkoop basisproduct (bait), winst wordt
gehaald uit -relatief- dure onderdelen en herhaalconcepten (hook)
5. In-game selling
6. Intermediar: Verkopende en kopende gebruikers samenbrengen op
platform, zodat ze goederen of diensten kunnen verkopen en kopen.
7. Pop-upbedrijf

,

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nevbijsteren. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.35  39x  sold
  • (9)
  Add to cart