Leerdoelen Omgevingsrecht ruimte ## Joy Withagen
Week 1
een omschrijving van het begrip ‘ruimtelijk bestuursrecht’ geven;
Het recht dat betrekking heeft op de ordening en bescherming van de fysieke leefomgeving van de
mens kan worden aangeduid als omgevingsrecht.
de uitgangspunten van het ruimtelijk ordeningsrecht beschrijven;
Een van de uitgangspunten van de Wro is dat er een scheiding wordt gemaakt tussen het beleid, de
normstelling en de uitvoering.
Een ander uitgangspunt is dat de normstelling dient te geschieden door het meest geschikte
overheidsorgaan. Dit is in beginsel het laagste overheidsniveau (de gemeente)
de relatie tussen Wro/Bro en Wabo/Bor uitleggen;
Wat is een structuurvisie?
Op gemeentelijk, provinciaal en nationaal niveau dienen ten behoeve van een goede ruimtelijke
ordening voor het gehele grondgebied een of meer structuurvisies te worden vastgesteld. De
structuurvisie bevat de hoofdlijnen van de voorgenomen ontwikkelingen van dat gebied en de
hoofdzaken van het te voeren ruimtelijk beleid. Art. 2.1, 2.2, & 2.3 Wro.
Art. 2.1 Wro
Lid 1: ‘stelt’ wijst erop dat het verplicht is voor de gemeenteraad om een
structuurvisie vast te leggen met daarin de hoofdzaken van het te voeren beleid.
Dit is een verplichte structuurvisie. >>>>>> als het gaat om een structuurvisie
waar alle hoofdzaken op staan dan is het verplicht.
Lid 2: ‘kan’ wijst erop dat het hier gaat om een facultatieve structuurvisie. Het is
dus niet verplicht voor de gemeenteraad om deze te maken. Hierbij gaat het om
een structuurvisie voor een bepaald aspect. >>>>>> huisvesting, energie,
detailhandel.
Lid 3: de structuurvisie moet weergeven/kenbaar maken hoe ze het gaan
doen/verwezenlijken.
Juridisch bindend?
Een structuurvisie is niet juridisch bindend. Aan de hand van een structuurvisie
kun je dus nog niet gaan beginnen met bouwen. Zodra de bestemming is
aangepast in het bestemmingsplan, is het juridisch bindend. >>>>> De gemeente
heeft het voornemen om een woonwijk te realiseren. De huidige bestemming van
, dat gebied is nu nog ‘agrarisch gebied’. De bestemming zal eerst veranderd
moeten worden naar ‘wonen’ voordat er gebouwd mag worden.
Moeten burgers betrokken worden bij de structuurvisie?
Art. 2.4 lid 2 Wro geeft een schakelbepaling naar ‘algemene maatregel van bestuur’. Met
algemene maatregel van bestuur wordt het besluit ruimtelijke ordening bedoelt Bro.
Besluit ruimtelijke ordening: heeft maar 2 artikelen die gaan over
structuurvisies. Art. 2.1.2 Bro is niet echt van toepassing want de ministeriele
regeling bestaat niet.
Art. 2.1.1 Bro bepaald dat burgers betrokken moeten worden
Art. 1.3.1 Bro bepaald hoe je ze moet laten betrekken:
het bestuursorgaan moet kennisgeving geven van de structuurvisie.
Hoe doen ze dat? >>> ‘Beste inwoners, wij gaan een nieuwe visie
maken’. Maar hoe komt dat terecht bij de inwoners? >>>> er wordt
verwezen naar art. 3:12 Awb je moet het publiceren in het huis aan
huisblad.
lid 2: het bestuursorgaan kan kiezen: stukken ter inzage leggen,
zienswijze of een instantie in de gelegenheid stellen advies uit te mogen
brengen.
Wordt de Tweede Kamer formeel betrokken bij de totstandkoming van de structuurvisie?
Art. 2.3 lid 4 Wro bepaalt dat een Rijks structuurvisie niet mag worden vastgesteld voordat de
Tweede Kamer daarover heeft kunnen beraadslagen. De minister maakt de visie en deze moet hij
eerst laten goedkeuren door de Tweede Kamer.
Bezwaar
Een structuurvisie heeft geen rechtsgevolg en is dus geen besluit. Bezwaar
maken kan alleen maar tegen een besluit art. 7:1 Awb. Bezwaar maken tegen
een structuurvisie heeft dus geen wettelijke basis.
, Week 2
Het doel, de functies en de juridische betekenis van een bestemmingsplan uitleggen;
1. Inhoud van een bestemmingsplan (I)
Kernartikel: 3.1 Wro: iedere gemeente moet voor ieder grondgebied een bestemmingsplan
maken. Je moet weten voor ieder stuk grond wat je ermee mag.
−Verplicht voor hele grondgebied (lid 1);
−10 jaar (sanctie: geen bouwleges) (lid 4: vervalt); er moeten namelijk
nieuwe ontwikkelingen mee worden genomen.
−Verlenging mogelijk als er niets wijzigt (lid 3: vervalt).
Eisen aan de inrichting van de stukken:
Materiële eisen: Wro: wat moet, kan, mag worden geregeld? =
wet.
Formele eisen: Bro: hoe en waar wordt dit in het plan geregeld?
(3.37 Wro) = besluit.
Art. 3.1 lid 1 Wro
De gemeenteraad stelt voor het gehele grondgebied van de gemeente een of meer
bestemmingsplannen vast, waarbij ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening de bestemming
van de in het plan begrepen grond wordt aangewezen en met het oog op die bestemming regels
worden gegeven.
Deze regels betreffen in elk geval regels omtrent het gebruik van de grond en van de zich daar
bevindende bouwwerken.
Deze regels kunnen tevens strekken ten behoeve van de uitvoerbaarheid van in het plan opgenomen
bestemmingen, met dien verstande dat deze regels ten aanzien van woningbouwcategorieën
uitsluitend betrekking hebben op percentages gerelateerd aan het plangebied.
De Raad maakt het bestemmingsplan. Dit is in verband met de democratie.
Voor de grond wordt een bestemming gevonden en voor die bestemming worden regels gegeven. De
regels gaan over het gebruik van bouwen en wonen etc.
a. Wat mag je met de grond? (bestemming) = wat mag je ermee?
b. Hoe hoog mag je bouwen? (regels) = als je het mag, hoe hoog bijv. mag je dan bouwen?
in bestemmingsplan kunnen regels worden gegeven over woningbouwcategorieën. De gemeente
kan sturen wat voor soort er huizen komen (denk aan sociale huurwoningen). Je kan dus
ontwikkelaars dwingen om bijv. sociale huurwoningen op te zetten.
De onderdelen van een bestemmingsplan beschrijven aan de hand van de relevante wettelijke
bepalingen;
Inhoud van een bestemmingsplan (II)
Inhoud:
a. ‘verbeelding’ (art. 1.2.1 lid 2 Bro); = kaart.
b. Regels (art. 3.1 lid 1 Wro) bindend.
c. Toelichting (eisen: art. 3.1.6 Bro)
de bebouwings- en gebruiksregels uit een bestemmingsplan toepassen op een casus;
het overgangsrecht toepassen op een casus;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joywithagen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.91. You're not tied to anything after your purchase.