Samenvatting strafrecht 1 ALLE STOF EN JURISPRUDENTIE!
14 views 0 purchase
Course
Strafrecht 1 (RGPSR00110)
Institution
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Book
Materieel strafrecht
Ik heb het hele blok elke week alle stof gelezen en samengevat. Die samenvatting is dit document geworden! 35 bladzijdes vol met samengevatte stof waarmee jij je tentamen gaat halen!
Succes met leren :)
,Week 1a
Hoofdstuk 1 materiele strafrecht
Materiele strafrecht (verbodsbepalingen en strafbedreigingen) regelt in abstracto in welke
gevallen een persoon vanwege de staat kan worden gestraft en welke sancties er dan mogen
worden opgelegd.
Formele strafrecht = de wijze waarop in een concreet geval moet worden vastgesteld of de
strafwet is overtreden en of een bepaald persoon deswege dient te worden gestraft. de te
volgen procedure, bevoegdheden en de rechten van de verdachte staan vooral centraal.
Het gehele materiele strafrecht past niet in 1 wetboek, dus in art. 107 Gw krijgt de wetgever
de ruimte om bepaalde onderwerpen in afzonderlijke wetten te regelen de bijzondere
wetten.
de misdrijven moeen worden geformuleerd in wetten in formele zin, die op zijn beurt
weer basis bieden voor de overtredingen waaruit zij formuleerd worden. Zie art. 154 lid 1
Gemw, de gemeentewetgever wordt hierin gemachtigd om overtreding van de door hem
gegeven verordeningen strafbaar te stellen.
Legaliteitsbeginsel: geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane
wettelijke strafbepaling. deze regel sluit bestraffing ogv gewoonterecht uit.
de strafbaarheid mag niet ogv ongeschreven recht worden gebaseerd, maar op de wet
gebaseerde strafbaarheid mag wel op grond van gewoonterecht worden ingeperkt!
denk aan ongeschreven beginsel; geen straf zonder schuld oftewel avas
Het wetboek van Strafrecht heeft een tweedeling in misdrijven (2e boek) en overtredingen (3e
boek).
Het wetboek bevat delictsomschrijvingen omschrijving van een delict. feiten worden
omschreven die tot bestraffing aanleiding kunnen geven. hierin ligt impliciet besloten dat
het gedrag wederrechtelijk is (verboden) is.
In bijzondere wetten is dit anders, hier spreken we van expliciete verbods- en
gebodsbepalingen. De sanctiebepaling staat achterin de bijzondere wet. De
sanctiebepaling en de verbods- en gebodsbepalingen zijn dus gescheiden, in
tegenstelling tot die in het ‘gewone’ wetboek.
Het eerste boek van het wetboek van Strafrecht bestaat uit algemene bepalingen. Deze
algemene bepalingen bevatten de grondbeginselen en de algemene begrippen van het
strafrecht. deze zijn ook toepasselijk op feiten waarop bij andere wetten of verordeningen
straf is gesteld, tenzij de wet anders bepaalt (91 Sr) ook toepasselijk op wetten buiten dit
wetboek tenzij de formele wet anders bepaalt. De bijzondere wetten kunnen dit dus anders
regelen.
Krenkingsdelicten: delicten die rechtstreeks inbreuk maken op het beschermde rechtsgoed
(denk aan menselijk leven etc) alleen bepaalde inbreuken zijn strafbaar, niet iedere doding
is bijvoorbeeld strafbaar, niet alles kan over een kam gescheerd worden moord heeft
hogere straf dan doodslag, ook al wordt er bij beide op hetzelfde rechtsgoed ingebroken.
,Gevaarzettingsdelicten: hierbij worden de concrete en abstracte delicten van elkaar
onderscheidt:
- Concreet: art. 164 Sr bijv. het opzettelijk veroorzaken van gevaar voor het
spoorwegverkeer om hier strafbaar voor te zijn, is gevaar veroorzaken voldoende.
Bescherming rechtsgoederen staat centraal.
- Abstract: deze staan vooral in de bijzondere wetten hier worden gedragingen
verboden die mogelijk tot bijv krenkingen kunnen leiden. Concreet gevaar is hier niet
vereist beetje preventief dus. Handhaving van normen staat centraal.
Het strafrecht handhaaft normen naast strafrechtelijke handhaving bestaat er ook
civielrechtelijke, tuchtrechtelijke en bestuursrechtelijke handhaving
Bestuursrechtelijk: intrekken vergunning of stopzetting subsidie, maar ook de bestuurlijke
boete. Dit is criminal charge in de zin van art. 6 EVRM. de procedurele waarborgen die het
verdragsartikel geeft, moet aan worden voldaan. En in het bijzonder moet beroep open staan
bij een onafhankelijke rechter.
Hoofdstuk 3 - Materiele strafrecht
3.1
Het legaliteitsbeginsel draagt bij aan het rechtszekerheidsbeginsel de burger te
beschermen tegen willekeur.
Von Feuerbach kwam met deze regel en heeft hem in drie punten uitgelegd:
1. Iedere toepassing van straf kan slechts gebaseerd zijn op een voorafgegane strafwet
2. De toepassing van straf is slechts mogelijk, wanneer de door de wet met straf
bedreigde gedraging heeft plaatsgevonden
3. De wettelijk met straf bedreigde gedraging heeft tot rechtsgevolg, dat de door de wet
daarop gestelde straf wordt toegepast.
Montesquieu legde de basis voor de moderne rechtsstaat. Hij wilde machtsmisbruik
tegengaan waarna hij de trias politica invoerde. de driemachtenscheiding.
Rousseau droeg bij aan Von Feuerbach (legaliteitsbeginsel), hij wilde ervoor zorgen dat er
een scherpe omschrijving van de strafbare feiten was. (En volkssoevereiniteit)
De omschrijving van de regels binnen het legaliteitsbeginsel:
a. De straf moet berusten op een wet in formele zin afkomstig van de formele
wetgever dus.
b. Verbod van terugwerkende kracht de wettelijke strafbepaling moet aan het feit
zijn voorafgegaan wetgever mag niet na de gedraging zeggen van goh dit is nu
strafbaar gesteld maar het geldt ook voor jouw gedraging van een jaar terug.
c. Het bestimmtheitsgebot nauwkeurige omschrijving van de strafbare feiten en de
op te leggen straffen. De burger moet weten waar hij aan toe is. = lex certa beginsel.
d. Verbod van analogie alleen een gedraging die aan een wettelijke omschrijving
beantwoordt, kan aanleiding geven tot bestraffing. Analogische toepassing mag dus
niet, er mag niet uitgeweken worden van de wet.
, Europese hof heeft kwaliteitseisen waaraan voldaan moet zijn wil sprake zijn van law in de
zin van het verdrag toegankelijkheid van het recht (hoe makkelijk kan er kennis van
worden genomen) en de voorspelbaarheid van toepassing (hoe duidelijk zijn de regels)
De rechter kan verschillende methoden gebruiken om de wetsbepaling uit te leggen:
- Taalkundig/grammaticaal: gangbare betekenis van het woord in het gewone
taalgebruik of op het zinsverband
- Teleologische: er wordt gekeken naar het doel van de wet, de bedoeling van de
wetgever
- Systematische: uitleg van de bepaling wordt afgehangen van het systeem van de
regeling waarin deze bepaling staat
- Historische: totstandkoming van de wet (wetshistorisch) of de vroegere regelingen
(rechtshistorisch)
Er wordt daarnaast restrictief of extensief ge-interpreteert nauw of ruim.
Hoofdstuk 4 - Materiele strafrecht
4.1
Algemene voorwaarden voor strafbaarheid:
a. Gedraging door een persoon menselijk handelen of nalaten
b. De gedraging moet wederrechtelijk zijn persoon moet niet in zijn recht staan om
de gedraging te plegen.
c. Wederrechtelijke gedraging moet verwijtbaar zijn het moet de persoon te
verwijten zijn
Ook wel;
1. Een gedraging
2. Die aan bestanddelen van delictsomschrijving uit toepasselijke en verbindende
strafbepaling beantwoordt (legaliteitsbeginsel)
3. Wederrechtelijk is (geen rechtvaardigingsgrond, want deze rechtvaardigt het feit,
welke de wederrechtelijkheid wegneemt) = element wederrechtelijkheid
4. En aan schuld te wijten is (geen schulduitsluitingsgrond want deze haalt de schuld
weg) = element schuld/verwijtbaarheid
4.2
Materiele vragen: (worden pas beantwoord als aan de formele vragen voldaan is)
1) Kan het tll feit bewezen worden? komen de bewezenverklaring en de wet
overeen?
2) Levert dat een strafbaar feit op? (kan het worden gebracht onder een wettelijke
bepaling?)
3) Is de verdachte strafbaar? (hier wordt gekeken naar de strafuitsluitingsgronden, is er
een strafuitsluitingsgrond waardoor de wederrechtelijkheid of verwijtbaarheid
ontbreekt?)
4) Sanctie
Materiele einduitspraken (art. 352 Sv)
- Feit niet bewezenverklaard? Dan wordt verdachte vrijgesproken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marevanderveer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.13. You're not tied to anything after your purchase.