Samenvatting - Staats en bestuursrechtelijke aspecten
0 view 0 purchase
Course
Staats en bestuursrechtelijke aspecten
Institution
Saxion Hogeschool (Saxion)
samenvatting van alle hoofdstukken die worden behandeld tijdens het vak staats- en bestuursrechtelijke aspecten van de opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening
H2 Staatsrecht houdt zich bezig met de organisatie van de overheid
Een staat wordt gekenmerkt door 3 zaken:
- Bewoners (= mensen met een (Nederlandse) nationaliteit of mensen die langdurig legaal mogen
verblijven)
- Grondgebied (= gebied waar de staat macht kan uitoefenen)
- Staatsgezag (= er is een overheid bestaande uit bestuursorganen)
Staten zijn soeverein de hoogste en onafhankelijke macht om wetten te maken en toe te passen
binnen de eigen grenzen en om internationale betrekkingen te onderhouden. In sommige gevallen
leveren staten vrijwillig een stuk van deze soevereiniteit in om internationaal samen te werken (zoals
EU).
Rechtsstaat een staatsvorm waarin wederzijdse rechten en plichten van burgers en overheid zijn
vastgelegd in wetten. Alleen de staat (en haar lagere overheden) mag regels opleggen en afdwingen
met dwangmiddelen.
Omdat de overheid veel macht heeft moet die macht goed worden gebruikt. De rechtstaat kent daarom
een aantal uitgangspunten om die macht zuiver uit te oefenen:
1. Trias politica (scheiding der machten):
- Wetgevende macht, stelt algemeen bindende regels vast belangrijkste wetten worden
vastgesteld door Staten-Generaal samen met de regering
- Uitvoerende macht/het bestuur, de organen die regels toepassen, zorgen dat ze uitgevoerd
worden de regering, daarbij geholpen ambtenaren en uitvoeringsdiensten
- Rechterlijke macht, doet uitspraak bij juridische geschillen rechtbanken, gerechtshoven,
Hoge raad etc.
De machten dienen los van elkaar te staan en door 3 onafhankelijke instanties worden
uitgevoerd.
In Nederland zijn de machten niet volledig gescheiden. Zo heeft de Raad van State een
dubbelfunctie: hij adviseert over landelijke wetgeving (en is daarmee betrokken bij de
wetgevende taak) maar is ook de hoogste rechter een aantal bestuursrechtelijke geschillen.
2. Legaliteitsbeginsel:
Elk overheidsoptreden moet op een democratische wijze tot stand komen en op algemeen
verbindende regel gebaseerd zijn.
3. Grondrechten:
Zijn opgenomen in de grondwet en bestaan uit klassieke en sociale grondrechten:
- Klassieke grondrechten (vrijheidsrechten):
Vrijheid van meningsuiting
Vrijheid van godsdienst
Vrijheid van vergadering
- Sociale grondrechten (actieve opdracht aan de overheid) €:
Recht op onderwijs
Recht op arbeid
Recht op sociale zekerheid
Monarchie staatshoofd koning
Republiek staatshoofd president
H4 Regering Koning en ministers
In Nederland heeft de koning feitelijk weinig macht en vooral een representatieve/symbolische functie.
, - Voorzitter Raad van State (geen actieve rol) voorzitten wordt overgedragen aan vicevoorzitter
- Deel van koninklijk huis
- Deel van de regering
- Wetten/besluiten ondertekenen
- Troonrede voorlezen op Prinsjesdag
Ministeriële verantwoordelijkheid de regering, doorgaans in de persoon van de minister-president,
wordt aangesproken op uitspraken en daden van de leden van het koninklijk huis.
Kabinet ministers en staatssecretarissen (ook wel bewindslieden genoemd)
Een minister is het hoofd van departement/ministerie. Elk departement gaat over één of meer
beleidsterreinen zoals financiën, onderwijs en cultuur.
Op het ministerie werken ambtenaren vakspecialisten die het beleid van het ministerie voorbereiden
(onder meer door het opstellen van wetsontwerpen en beleidsnota’s). Ze zijn ook betrokken bij de
uitvoering van het beleid.
Minister met portefeuille eigen ministerie, een departement, waar ambtenaren voor hem werken.
Minister zonder portefeuille heeft werkruimte bij andere ministers in het departement en kan een
beroep doen op ambtenaren.
Een staatssecretaris staat formeel onder een minister, maar heeft in de praktijk veel ruimte binnen de
eigen taken. Mogelijkheden worden beperkt door het regeerakkoord en door wetten die steun nodig
hebben van minimaal de meerderheid van beide kamers.
De bewindslieden op zo’n departement/ministerie samen verantwoordelijk voor het voeren van beleid
en zetten dit beleid voor het departement/ministerie uit. Ze zijn verantwoordelijk voor alles wat daar
gebeurt in zowel beleidsvoorbereiding als -uitvoering. Ook vertegenwoordigen zij de regering in de raad
van ministers van de EU.
Ministers vormen samen de ministerraad het overleg- en besluitvormingsorgaan van de regering. Als
een minister afwezig is wordt hij vervangen door een andere minister en niet door zijn staatssecretaris.
Staatssecretarissen zijn uitsluitend aanwezig als indien hun portefeuille aan de orde is.
De minister-president is voorzitter van de ministerraad, maar is formeel gelijk aan alle ministers
(primus inter pares):
- Eerste woordvoerder van de regering
- Treedt zodoende op bij belangrijke debatten als de regeringsverklaring en de algemene politieke
beschouwingen
- Houdt de persconferenties na wekelijkse vergaderingen
- Nederlandse vertegenwoordiger in de Europese raad
Staten-Generaal/parlement:
1. Tweede kamer
- 150 leden
- Elke 4 jaar rechtstreeks gekozen door kiesgerechtigde Nederlanders
2. Eerste kamer
- 75 leden
- Elke 4 jaar door leden van Provinciale Staten gekozen
Taken parlement:
- Vaststellen van wetten samen met de regering
- Controleren van de regering. Toezien op de vraag of genomen besluiten wel worden uitgevoerd
en of dit op effectieve en efficiënte wijze gebeurt.
Fractie bestaat uit Kamerleden die voor dezelfde partij gekozen zijn. Hoe groter de fractie, hoe meer
invloed. Elke fractie heeft een voorzitter die de fractie leidt en als eerste woordvoerder optreedt.
Raad van State (RVS):
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Yousie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.41. You're not tied to anything after your purchase.