Dit is een samenvatting van de leerstof van week 2 van het vak sociale psychologie. Alle leerdoelen zijn hierin uitgewerkt met stof van de hoorcolleges en werkcolleges. Ook zitten er plaatjes en schema’s bij voor meer duidelijkheid en overzicht. Hoofdstuk 2
5.1 De student kan uitleggen wat er met het interpersoonlijke zelf wordt bedoeld
Interpersoonlijke zelf: ons zelfbeeld wordt beïnvloed door de sociale omgeving; veel vaardigheden,
meningen en ideeën die nu bij jou horen, heb je ooit overgenomen van anderen. Ons zelfbeeld heeft
ook invloed op de manier waarop wij de wereld waarnemen.
Interpersoonlijk betekent dus de relatie tussen jou en de sociale omgeving
BV: als je in een stemming zit waar je heel onzeker bent en je zus haalt een 10 dan reageer je anders
dan wanneer je op dat moment zelfverzekerd bent
5.2 De student kan toelichten wat sociale projectie en defensieve projectie inhouden met behulp
van voorbeelden, bijbehorende begrippen (false consensus effect en spotlight effect) en voor-
en nadelen van deze vormen van projectie benoemen
Projectie: het psychische proces waardoor men gevoelens of gedachten van zichzelf toeschrijft aan
anderen
Sociale projectie: de neiging je eigen kenmerken bij anderen waar te nemen
Twee manieren waarop het zelf de waarneming van anderen beïnvloedt
1. Egocentrische projectie: je neemt aan dat mensen net zo zijn zoals jij
False consensus effect: mensen zijn geneigd aan te nemen dat anderen
hetzelfde, denken, vinden, voelen en doen als zijzelf. Daardoor overschatten zij de
frequenties van hun eigen opvattingen, interesses eigenschappen en gedragingen
(vorm van sociale projectie)
BV: studenten schatten het percentage spiekers hoger wanneer zij zelf ook wel
eens spieken
Oorzaken:
- Mensen komen vaker in contact met anderen die hetzelfde denken en doen
- Mensen besteden meer aandacht aan dingen waarmee ze zich bezighouden
- Egocentrisme: het onvermogen of onwil van mensen om zich voldoende in te
leven in het perspectief van de ander
—> spotlight effect: mensen zijn geneigd aan te nemen dat andere net zo
letten op hun blunders dan zijzelf, ze staan altijd in de spotlight
2. Defensieve projectie: projectie die mensen beschermt tegen de nare gedachte dat zij
onwenselijke motieven/eigenschappen hebben. En aangezien die wel aanwezig zijn zoeken
mensen een uitlaatklep en worden ze op anderen geprojecteerd
Gedachte onderdrukking: de doelbewuste poging om ergens niet aan te denken
kan ertoe leiden dat de ongewenste gedachte juist steeds boven komt
—> wanneer je dan je negatieve eigenschappen probeert te onderdrukken ga je
er juist aan denken en dat dan aan de eerste persoon koppelen die maar iets met
die eigenschap te maken heeft
BV: je negatieve eigenschap is arrogantie, je probeert deze de hele tijd onbewust
te onderdrukken. Wanneer je dan lacht naar een persoon op straat en die
persoon lacht niet terug wil je die persoon al meteen arrogant noemen, terwijl
die persoon je niet eens heeft zien lachen
, Voordelen Nadelen
Egocentrische Je houdt een gevoel van Staat
projectie zelfverzekerdheid; je bent onderhandelingsssituaties in
normaal en de rest die het de weg; niet iedereen wil
anders doet dan jij is ‘raar’ altijd hetzelfde dus je moet
Sterkere relaties; je denkt accuraat nadenken waar de
dat jij en je partner ander op uit is (de een wil de
gelijkstemmende zielen sinaasappelschil de ander het
zijn (ook in sap)
samenwerking) ‘Daar valt niet mee te praten’
als je alleen je eigen mening
gelooft kijk je niet objectief
en vind je andere dom
Defensieve Door het projecteren van Je koppelt eigenschappen aan andere
projectie negatieve eigenschappen op mensen die helemaal niet waar
anderen zit je er zelf niet meer hoeven te zijn, je bent naïef
mee —> je bent gelukkiger
5.3 De student kan uitleggen wat sociale vergelijking is en welke verschillende vormen van sociale
vergelijking er zijn. Daarbij is de student in staat voorbeelden van situaties te bedenken waarin
elke vorm gebruikt wordt
Sociale vergelijking: onze eigenschappen en kwaliteiten beoordelen in vergelijking tot anderen
Mensen vergelijken zichzelf het liefst met iemand die het meest op hen lijkt (geeft
je ook de grootste informatiewaarde)
1. Neerwaartse sociale vergelijking: vanuit het zelfverheffingsmotief vergelijken mensen
zichzelf liever met iemand die het slechter af is dan hunzelf. Zo houden ze hun zelfwaardering
in stand
2. Opwaartse sociale vergelijking: als je jezelf wil verbeteren ga je jezelf eerder vergelijken met
iemand die beter is dan jij zodat je van die persoon kan leren
Assimilatie: wanneer je gelijkenis ziet tussen de persoon en jij zelf (meestal wanneer die persoon niet
ver van jou af ligt)
Positief assimilatie-effect: wanneer je een profvolleyballer ontmoet en en
gesprek hebt over hoe jullie beide op jullie 4 e zijn begonnen kan je gaan denken
van ‘oh dus ik kan hetzelfde bereiken als haar’
Negatief assimilatie-effect: wanneer een medestudent een 4 heeft gehaald voor
zijn verslag kan je gaan denken dat jij misschien ook wel een 4 krijgt
Contrast: wanneer je het verschil ziet tussen jezelf en de vergelijkingsander (meestal wanneer die
persoon heel anders is dan jij)
Positief contrast effect: wanneer een medestudent die nooit naar de les komt
een 4 haalt dan kan je denken dat jij een 9 haalt want jij bent er wel altijd
Negatief contrast effect: wanneer je een profvolleyballer ontmoet die 7 dagen in
de week traint en jij maar 2 dagen ga je denken dat je nooit zo als haar kan
worden
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maudverbugt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.