Volledige samenvatting Romeins recht [BA1, Universiteit Leiden) WEEK 1, inclusief: hoorcollege (erg uitgebreid) en werkgroep (met handige stappenplannen, voorbeelden en antwoorden). Alles wat je moet weten voor je tentamen dus! Behaalde cijfer: 8
Imperium Romanum
- Val van het Romeinse rijk
- Tweeduizend jaar geschiedenis
- Invloed op de Europese geschiedenis
- “Culturele Rome-idee”
Receptie van het Romeinse recht
- Het fenomeen ‘wetboek’
- Inhoud van het Romeinse recht
- “Niet omdat het Romeins is, maar omdat het Recht is”
Praetor = belast met de administratie van het recht; hiërarchisch net onder de consuls
Iedere Romeinse rechterlijke procedure begon bij de praetor. Als Romein moest je langs de
praetor om een formulier te halen. Op zo’n formulier stond een instructie (het rechtsgeding) voor
de (leken)rechter. De praetor is dus geen rechter! De taak van de (leken)rechter is slechts feitelijk
invulling te geven aan het rechtsgeding.
Indeling van rechtsvorderingen
1. zakelijk (gericht op de zaak)
2. persoonlijk (gericht tegen de persoon)
“De belangrijkste indeling van alle rechtsvorderingen waarmee tussen personen bij rechters of
arbiters wordt geprocedeerd over enig vermogensrecht is er een in twee soorten: want ze zijn
ofwel zakelijk, ofwel persoonlijk.”
Zakelijke en persoonlijke acties
“De zakelijke rechtsvordering is die waarmee wij onze zaak opeisen waarover een ander macht
heeft; en die is altijd gericht tegen degene die macht over de zaak heeft. De persoonlijke
rechtsvordering is die waarmee wij procederen tegen degene die jegens ons verplicht is iets te
doen of te geven, en die wordt steeds tegen dezelfde persoon ingesteld.”
Wat staat hier nou eigenlijk?
Het hele vermogensrecht is te splijten in twee: verbintenissenrecht en goederenrecht.
Zakelijke en persoonlijke rechten
Verbintenissenrecht
- Rechten tegen een persoon (iura in personam)
- Geven, verrichten, instaan
- Werken alléén tussen partijen
- Gelijkheid van schuldeisers
- Uit rechtmatige of onrechtmatige daad
Goederenrecht
- Rechten op een zaak (iura in re)
- Beschikken en gebruiken
- Zaaksgevolg; derdenwerking
- Sterke positie in faillissement
- Eigendom en beperkte zakelijke rechten
, Belangrijkste regel: verbintenissen werken alleen tussen partijen
Absolute rechten zijn zakelijke rechten
Relatieve rechten zijn persoonlijke rechten
Opvolging onder algemene titel
“Een erfgenaam treedt in ieder recht van de overledene, niet alleen in de eigendom van de
afzonderlijke zaken, omdat ook de verbintenissen op de erfgenaam overgaan.”
In alle rechten en alle plichten! Juridisch is de erfgenaam dezelfde persoon als de overledene.
Voorbeeld:
- A verhuurt gebouw aan B
- B is huurder
- B overlijdt
- C is erfgenaam van B
- A spreekt C aan tot betaling van de huurprijs
- Conclusie: C heeft A opgevolgd onder algemene titel, dus moet A de huurprijs betalen
C is bij opvolging onder algemene titel zowel aansprakelijk bij persoonlijke rechten (zie
voorbeeld) als zakelijke rechten! Bij opvolging onder algemene titel is er dus eigenlijk geen
verschil tussen de twee soorten rechtsvorderingen.
Opvolging onder bijzondere titel
= Één recht gaat over op een nieuwe eigenaar.
Voorbeeld:
- A verhuurt huis aan B
- B is huurder
- A draagt huis in eigendom over aan C
- C is nieuwe eigenaar
- C wil vordert ontruiming jegens B
- Conclusie: B kan zich niet verweren tegen deze vordering, aangezien B alleen rechten kan
inroepen tegen A (persoonlijk recht). B moet dus het huis uit. B kan wel nog schadevergoeding
vorderen jegens A door zich te beroepen op wanprestatie. Als B erfpachter was geweest
(zakelijk recht), had B zich wél kunnen verweren tegen C. Eigendom (zakelijk recht) kan je
namelijk jegens een ieder inroepen, maar persoonlijke rechten niet!
De aard van de verbintenis: de verbintenis als iuris vinculum (juridische band)
Terminologie
- Crediteur en debiteur: verbintenis schakelt crediteur (actieve zijde, schuldeiser) en debiteur
(passieve zijde, schuldenaar) aan elkaar in een rechtsband (obligatio = verbintenis)
- Vorderingsrecht en schuld
- Bevrijdende betaling
Werking tussen partijen
- Vervanging alleen met toestemming wederpartij (maar cessiemandaat)
- NU: debiteur kan niet vervangen worden, de crediteur kiest zijn debiteur specifiek uit.
Crediteur kan wél vervangen worden!
- Romeinen: altijd erg argwanend jegens crediteurenwissel, mag alleen met toestemming
- Novatie als driepartijenovereenkomst
Natuurlijke verbintenis = een rechtsvordering die wel bestaat (er is een verbintenis), maar waar
geen middel voor is om de andere partij te dwingen afspraken na te komen
- Rechtsvordering en aansprakelijkheid
- Nakoming is en blijft verplicht
- Betaling is verschuldigd en geen schenking
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roméepostma. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.