Prins hoofdstuk 1
jaren ’60-’80:
● vooral gericht op uiterlijk waarneembaar gedrag en interactie met specifieke
omgevingsfactoren
● Operante en klassieke conditionering
● Bandura voegde sociale leertheorie toe
jaren ’80 en ’90:
● betrekken nu cognities en betekenisgeving in analyse en aanpak van probleemgedrag
● cognitieve gedragstherapie
eind jaren ’90 tot nu,
● nadruk : functie gedrag en context
● CGT
● Ipv veranderen GGG, GGG leren aanvaarden, verdragen en afstand nemen (ACT)
○ zintuiglijk bewust worden
○ ervaringsgerichte strategieën
○ relaxatie
○ verwante emotieregulatiestrategieën
Fase 1: kennismaking Fase 2: Fase 3: Fase 4 :
Probleeminventarisatie probleemdefinering Behandelingskeuze
aanmelding
uitnodiging verkenning topografische analyse doelstellingen
eerste gesprek gedragsproblemen, functieanalyse keuze
keuze voor ontwikkeling en context betekenisanalyse behandelingsstrategie
gedragstherapie selectie van keuze van technieken
uitleg werkwijze probleemgedrag &
concretisering
jonge kinderen: kinderen holistische theorie klinisch vs residentieel
hebben zichzelf niet keuze
aangemeld assessmentinstrumenten Keuze
baseline behandelstrategie:
betrokkenheid ouders: individuele behandeling
probleem Aandachtspunten: groepsbehandeling
leeftijdsfase Taalvaardigheid. mediatiebehandeling
betrokkenheid: op welke Rolverwachtingen tussen gezinsbehandeling
manier zijn ouders volwassenen en kind.
betrokken Fasespecifieke
problematiek.
aandachtspunten
aansluiten taalgebruik overwegingen keuze van
begrijpelijke uitleg inhoud probleemgedrag
therapie mate waarin
benadruk belang concreet probleemgedrag een
praten over gedrag sleutelpositie inneemt
geen vakjargon of mate waarin
schoolse benadering probleemgedrag
bewust van rol veranderbaar is
benadruk belang hw Gevolgen
benadruk leerproces gedragsverandering
(pesten belangrijker dan
slaapproblemen)
De mogelijkheden van de
cliënt
, Fase 5: Behandeling Fase 6: Evaluatie en Fase 7: Boostersessie &
afsluiting follow-up
Uitvoering interventies en technieken
gelijktijdige metingen/evaluaties opheffing stagnaties; stabilisering/generalisering
eventueel terugkoppeling naar fase 2, 3 of 4 - eindevaluatie en laatste
vervolginterventies baseline - afsluiting
Basisvaardigheden kinder gedragstherapeut: Werken aan
Goede werkrelaties met ouders met verschillende zelfstandigheid van de
culturele en gezin achtergronden. cliënt
werken met ouders met weinig onderling contact voordelen van nieuwe
Werken met ouder met eigen problematiek bedrag benadrukken
goede werkrelatie met een (para)professionele vergelijking maken met
mediator, de leerkracht of een groepsleider voor de therapie
Stagnaties:
cliënt : motivatie en vaardigheidstekorten
Therapievariabelen: specifeke technieken of procedures
die de cliënt niet aanspreken
te confronterend zijn
een langzaam effect lijkt te hebben.
angstverhogend werken
Therapeut Variabelen
gebrek aan vertrouwen
tekort aan specifieke vaardigheden voor techniek /
behandelfase
interactie tussen cliënt en therapeut
Fasering van behandeldoel: eerst korte termijn later lange termijn
‘intermediaire’ behandelingsdoelen die wel toegankelijk zijn en die direct aansluiten bij de klacht
one-size-fits-all: Protocolmatig behandelen
DBC’s: diagnose-behandelcombinaties : vast draaiboek voor kinderen met dezelfde diagnose
Individu aanpak: gedragstherapie
● gebaseerd op individuspecifieke functie- en betekenisanalyses van de problematiek.
EST’s: Empirically Supported Treatments,
Modulaire behandeling:
● bestaand uit losse zelfstandige modules gebaseerd op werkzame componenten die
kunnen worden hergebruikt en gecombineerd.
● Stroomdiagrammen met klinische beslisregels geven aan welke modules gebruikt moeten
worden
MATCH : 4 stroomdiagrammen ontworpen voor andere primaire problemen ( Anxiety, depressie
etc)
➢ Het kernprobleem van de cliënt zoals dat uit de probleemanalyse naar voren is gekomen,
bijvoorbeeld agressieve gedragsproblemen, bepaalt de keuze van het eerste
stroomdiagram; dit bevat de kernmodules van de EST voor agressieve
gedragsproblemen.
➢ therapeut kan enkele kernmodules herhalen of modules uit een andere EST toevoegen
(comorbiditeit)
➔ Voordelen: Gepersonaliseerde behandeling, behandeling op maat, fexibiliteit en
tijdswinst
➔ Beperkingen (bv. Hoge mate comorbiditeit en overlap) in Categoriale diagnostiek (DSM)
en stoornisspecifieke behandeling
, overlap en comorbiditeit zijn gevolg van gedeelde onderliggende processen (common
mechanisms)
transdiagnostische opvatting
● onderliggende processen (‘common mechanisms’) aanpakken in plaats van de
stoornisspecifieke symptomen.
➔ therapie efficiënter en klinisch relevanter. (gemeenschappelijke behandelcomponenten
gebruiken om de gedeelde onderliggende processen te behandelen)
Sleeper-effect: met het behandelen van 1 probleem behandel je ook de andere problemen
N=1-methode : behandeling analyse op individueel niveau ipv groepsniveau
EMA: Ecologically momentary assessment methods : digitale registratietechnieken
routine process monitoring: methode om het therapeutische proces op N = 1-niveau empirisch
in kaart te brengen
- client vult elke week een enquête in waar de therapeut gelijk mee aan de slag gaat.
Introspectie = zelfreflectie
Holistische theorie (HT) / Casusconceptualisatie (CC)
● formuleren van hypothetische samenhang tussen de gerapporteerde en waarneembare
problemen en de veronderstelde oorzakelijke en in stand houdende factoren
➢ Voordelen:
○ bieden van systematisch cognitief-theoretisch kader voor de problemen van de
cliënt
○ geïndividualiseerde cognitief-therapeutische behandelprotocollen die hierop
aansluiten
○ een betere beschrijving van en inzicht in de aangemelde problemen (voor zowel
therapeut als cliënt)
○ een welomschreven therapeutische werkrelatie
○ meer doelgerichte therapeutische interventies - concrete behandelresultaten
Prins hoofdstuk 2
3 verschillende diagnostische trajecten
Minimale diagnostiek: na korte papieren screening worden problemen snel en oplossingsgericht
geanalyseerd en behandeld.
Kortdurende diagnostiek: na klachtanalyse en interview wordt na 1 tot 2 gesprekken op basis van
een eenvoudig probleem samenhang en diagnose gesteld. Er wordt gekozen voor een specifiek
daarvoor ontwikkeld behandelprotocol. Als naar voren komt dat de behandeling niet werkt, al er
een diagnostisch onderzoeksproces doorlopen.
Uitgebreidere diagnostiek: uitgebreidere psychodiagnostiek en gedragsassessment volledig
afgestemd op cliënt
Commitment Fase: in overeenstemming opzetten van doelen en werkwijze van de behandeling.
De cliënt zal direct regie hebben over het proces en actief meedenken over mogelijke
oplossingen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lindekneepkens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.60. You're not tied to anything after your purchase.