100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
volledige samenvatting inspanningsfysiologie $14.69
Add to cart

Summary

volledige samenvatting inspanningsfysiologie

 16 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

volledige samenvating van inspanningsfysiologie, tweede bachelor kinesitherapie. Aan de hand van les notities en powerpoint 16/20

Preview 4 out of 51  pages

  • June 4, 2024
  • 51
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
INSPANNINGSFYSIOLOGIE
SAMENVATTING 2022 MEREL VERHEYDEN PROF HESPEL


H1: ENERGIE VOOR DE CONTRAHERENDE SKELETSPIER. ALGEMEEN OVERZICHT VAN
ENERGIELEVERENDE PROCESSEN EN SUBSTRATEN

P1: ENERGIERIJKE FOSFATEN

Energie altijd door de reactie:


ATP

ATP + H2O  ADP + Pi + H+ + 31 KJ energie
Concentratie ATP in spier 5-6 mmol/kg 1 mol ATP = 505 g
 concentratie blijft constant tijden inspanning: per mol ATP afgebroken wordt er een nieuwe mol ATP opgebouwd
concentratie ATP in spieren is beperkt, geen reserve energie
ATP in spier is energiecarrier ipv energiereserve


Functie: chemische energie omzetten in mechanische energie (contracties) of andere vormen van energie
ATP zeer geschikt hiervoor want kan grote hoeveelheid energie vrijmaken met 1 reactie
 Door katalysators: - Myosine ATPase
- Na+ - K+ ATPase
- Ca++ ATPase
Mechanische efficiëntie:
bepaalt hoeveel ATP er wordt verbruikt/ nodig is
31 kJ wordt geproduceerd
 80 % omgezet in warmte: lichaamstemperatuur stijgt 1°C per 6 minuten (totale opwarming is relatief door afkoelen
door zweten, dehydratatie)
 20% mechanische arbeid


Toepassend voorbeeld
Lopen: 10 000m in 30 minuten aan 1.7 mmol/kg per seconde
1.7mmol/kg/sec*1800sec*10kg spiermassa = 30.6 mol ATP = 15.5 kg ATP
Tijdens 10km lopen wordt er dus heel veel kg ATP verbruikt, dit kan niet als reserve zijn opgeslagen in de spieren dus ATP moet
worden gerecycleerd




1

,CREATINE FOSFAAT CP
Recyclage reactie

ATP + H2O  ADP + Pi + H+ + 31 KJ energie

CP

Creatine
Concentratie CP: fosfor creatine reserve PCR = 17-22 mmol/kg spier
 Energiereserve: kan worden opgebruikt op 3 mmol na die dient als reserve om de spieren te beschermen
 14-19 mmol/kg bruikbare CP
 Voorraad voor ongeveer 5 seconde maximale inspanning




Functie:
Vooral bij snelle spiervezels
 Door afbraak van creatine fosfaat kan ADP terug worden omgezet in ATP en creatine door enzym creatinekinase =
temporele energiebuffer
 zorgt voor constante concentraties ATP bij inspanningen aan hoge intensiteit
!!! deze reactie is PH-neutraal: geen verzuring bij lange inspanningen
Zolang er recyclage is met creatine kinase wordt H + terug verbruikt in metabolisme en is er dus geen verzuring
 H+ buffer/chemische buffer: beschermen tegen verzuring, belangrijk voor pH homeostase in spiercellen bij hoge intensiteit
 Verhouding ADP/ATP constant houden in cytoplasma van de spiercel: belangrijk voor de kinetica van het myosine ATPase
enzym, energieproductie die vrijkomt bij afbraak van ATP
 Beletten van ADP accumulatie in de spiercellen
Vooral bij trage spiervezels
 Fosfor creatine shuttle (CP-shuttle): zorgt voor efficiënt transport van energierijke fosfaten tussen mitochondria en
cytoplasma van de spiercel

spiervezel
1: plaats waar ATP wordt verbruikt:
CK mitochondriaalmitochondria
overlappingszone actine en myosine

2: aerobe recyclage van ADP door oxidatieve
Na+ K+ ATPase
fosforylering (krebcyclus, beta-oxidatie,….)
pomp



Anorganische fosfaat is nodig om van ADP naar ATP te gaan. Fosfaat wordt getransporteerd tussen mitochondria en
cytoplasma door te koppelen aan creatine tot fosfor creatine.
In mitochondria is de concentratie ATP zeer hoog en de concentraties creatinefosfaat laag, creatine kinase gaat creatine
fosfaat opbouwen waarna het diffundeert naar cytoplasma.
Tijdens inspanningen is de concentratie ADP in myofibrillen hoog. In cytoplasma gaat creatinefosfaat afbreken tot
creatine door creatine kinase om zo met de fosfaat groep ATP te vormen. Dit is de cytoplasmatische creatine kinase
reactie. (hierbij wordt er energie getransporteerd van creatine fosfaat naar ATP)
In cytoplasma: creatine kinase die creatine fosfaat afbreken
In mytochondria: creatine kinase die creatine fosfaat opbouwt



2

,Kenmerken
+ afbraak van CP levert zeer groot vermogen: 7-8 mmol ATP/ seconde —> ideale brandstof voor korte inspanningen aan hoge
intensiteit
+ stand-by vermogen: kan zeer snelle schommelingen in de energiebehoefte van de spiercel opvangen, kan direct worden
ingezet (t.o.v. glysolyse: 3-4 sec, koolhydraten: 2-3 minuten, vrije vetzuren: 15-30 minuten)
+ anaerobe afbraak van CP: geen zuurstof nodig, vooral belangrijk bij snelle spiervezels want deze krijgen minder bloed en dus
minder zuurstof
- klein reserve CP: kan maar gedurende heel korte tijde gebruikt worden voor levering van energie
Kan maar beperkt worden opgedreven door interval training of door voeding
 Dus ATP is het meest gepaste substraat voor het leveren van hoge vermogen in de snelle spiervezels


Toepassend voorbeeld
Vergelijking 100 meter sprint professionele atleet t.o.v. student
Atleet:
PCR = 25 mmol/kg door groter aantal snelle spiervezels
 22 mmol effectief bruikbaar = 7 seconde maximale inspanning
10 seconde op 100 meter
 tot ongeveer 60 meter recyclage erna verzuring
3 sec H+ productie: beperkte verzuring die spierwerking niet beïnvloed
Student:
PCR = 15 mmol/kg
10 mmol/kg effectief bruikbaar = 4 seconde maximale inspanning
14 seconde op 100 meter
tot ongeveer 30 meter recyclage erna verzuring
Meer dan 10 sec H+ productie: heel veel verzuring die spierwerking beïnvloed


Wanneer recyclage van ATP niet kan worden volhouden  opstapeling van H+ zorgt voor verzuring en vermoeidheidsproces
Glycerol  pyruvaat  melkzuur  lactaat + H+
Deze overgang van ATP recyclage naar H+ productie gebeurt geleidelijk aan


??? waarom vallen we stil bij het einde van een 400 meter sprint ?
1) Door verzuring: pH daalt
2) ADP/ATP verhouding daalt waardoor vrije energie productie van ATP vermindert
3) Influx van vocht H2O in de spieren wat zorgt voor problemen in de contractiele filamenten




3

, P2: KOOLHYDRATEN: D-GLUCOSE

Welke ?

 Monosacharide
 enkel glucose geraakt binnen in spiercel (specifieker: D-glucose = dextrose)
1 gram glucose = 4 kcal = 16kJ
 Disacharide moeten eerst worden omgezet in D-glucose
 Polysacharide

Reserve glucose

1. Spieren  spierglycogeen
60-150 mmol/kg spier (kan worden beïnvloed door training en voeding tot 250 mmol/kg)
Glucose komt niet in vrije vorm voor in cytoplasma  gestockeerd in kleine partikels (glycogeen + glycogeen
synthetase en fosforylase (enzyme die zorgen voor opbouw en afbraak van glycogeen))
Voor vrouw 60 kg met 10 kg spieren met 100 mmol/kg = 1 mol of 180g glycogeen in spieren
2. Lever  leverglycogeen
300 mmol/kg (+- 450 mmol gestockeerd in de lever)
Glucose opgeslagen in glycogeenpartikels
Enige bron van waaruit glucose in bloed kan worden gesecreteerd na hydrolyse tot D-glucose, om de
concentratie bloedglucose op peil te houden tijdens een inspanning.
Kan ook glucose produceren uit melkzuur, glycerol en aminozuren via gluconeogenese.
3. Bloed + extracellulaire ruimte
Glucose in bloed en extracellulaire ruimte is in evenwicht
4.5-5 mmol/L = +- 75 mmol bloedglucose (maar 30 mmol mag gebruik worden om hypoglycemie te voorkomen
dus maar kleine reserve)
(glucose homeostase is heel belangrijk zodat lever voldoende glucose terug aan bloed toevoegt)

Spierglycogeen structuur:
Glycogeen sacroplamatisch riticulum complex
T-tubuli

Ca++

Glucose partikels: glycogeen + alle enzymes
SR SR SR (glycogeen synthetase en fosforylase) die
triades nodig zijn voor glycogeen af te breken en op
te bouwen


GLYC
GLYC ADR
Fosforylase
Glyc fosfo
synth G-1-P
UDP
GIUC
futile cycling = Ca++
G–6P
ADR stimuleert de werking van fosforylase maar ook synthetase
stress en adrenaline zorgen er dus voor dat glycogeen al wordt afgebroken en opgebouwd nog voor de
spierwerking start
wanneer spieren dan gaan samentrekken komt er Ca++ vrij, dit zorgt voor stimulatie van de afbraak van
glycogeen en blokkeert de opbouw van glycogeen waardoor er heel veel glycogeen wordt afgebroken bij de start


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merel-verheyden. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $14.69. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$14.69
  • (0)
Add to cart
Added