In dit document heb ik de powerpoints van de colleges van testtheorie uitgewerkt. Deze colleges zijn gegeven aan studenten van de premaster Orthopedagogiek en onderwijswetenschappen aan het SPO in Groningen.
Tests worden heel veel gebruikt:
- Onderwijs & loopbaan: kennis, vaardigheden, dyslexie, dyscalculie, beroepskeuze, intelligentie en
ontwikkeling
- GGZ: depressie, neuropsychologie, sociale competentie, conflicthantering, persoonlijkheidstests,
psychodiagnostiek en psychopathologie
Nut van testen
- Onderscheid tussen individuen (om verschillen zichtbaar te maken), vergelijking van individuen
(hiervoor is een controlegroep nodig), beschrijving
- Maatschappelijk: diagnose stoornissen, leer/onderwijsproblemen, schoolvorderingen, voorspelling,
plaatsing, toelating en selectie
- Onderzoek
Historische ontwikkeling van testen (hoofdstuk 1, boek hoofdstuk 1 geen toetsstof, colleges wel)
1. Periode voor 1900 - Tot het verschijnen van de Binet-Simon-test in 1905
2. Periode tussen het verschijnen van de Binet-Simon-test en WO1
3. Periode tussen WO1 en WO2
4. Begin van WO2-heden
1. Periode tot Binet-Simontest – Testontwikkeling in drie lijnen
Psychiatrie Experimentele psychologie Genetica (Galton)
Verschillen bepalen tussen Controle en exacte beschrijving Erfelijke verklaring van
geestesziekten en gradaties van experimenteercondities individuele verschillen
van zwakzinnigheid te bepalen
VB. Idiotie geen ziekte maar 1879 Wundt: experimentele Systematisering van technieken
een gebrek aan intellectuele lab -> start systematisch (generalisatie conclusies)
vaardigheden onderzoek, daardoor exact
beschrijven mogelijk
Bevordering testpsychologie: Afwijkingen van het
- Exact beschrijven van exp gemiddelde (statistische
- Exact beschrijven variabelen testen)
en resultaten
Obstakels:
- Verschillen als (zijn eigenlijk)
experimenteerfouten (daar
gaat het om bij testen)
- Alleen sensorische/
motorische functies
McKeen Cattell: promoveerde
op individuele verschillen
Periode tot Binet-Simontest
- Drie lijnen: psychiatrie, experimentele psychologie, genetica (Galton)
- Aanloop tot ontwikkeling testtheorie, weinig complexe vaardigheden
,McKeen Cattell
- Eerste systematische onderzoek naar kwantificeren van individuele verschillen
- Ook beïnvloed door de genetica (door contact met Galton in 1882)
- Eerste hoogleraar psychologie ter wereld (1887)
1890: artikel in Mind
- Voor het eerst het woord ‘test’ gebruikt
- Mentale (psychologische) test werden besproken
1893: binnen APA commissie -> registreren van tests en formuleren gebruiksmogelijkheden
- Samenhang met praktische criteria als schoolresultaten was nog laag
- Weg open en start naar systematisch onderzoek van individuele verschillen
2. Binet – Tot WO1
Binet-Simon (1904) Stanford-Binet (Terman; Am. Spearman
Versie; 1916) Tweefactorentheorie
Falend onderwijs in Frankrijk Aan belangrijke testtechnische Algemene factoren (g)
- Onderscheid tussen kinderen eisen voldaan: Specifieke factor (s)
die niet willen – niet kunnen - Formuleren van
standaardinstructies,
Complexe opgaven gericht op vergelijkbaarheid van
dagelijks leven en de testsscores
schoolpraktijk - Normen gebaseerd op
- Verbaal: objecten benoemen, representatieve steekproef
zinnen aanvullen, begrijpen
van verhalen Stanford kwam met deze
aanvullingen op Binet-Simon
Nieuw? Idee van Stern overgenomen:
- Complex i.p.v. eenvoudige Stern:
mentale processen IQ = [mentale lft / kalender lft]
- Empirische toetsing van de x 100
test
- Totaalscore voor IQ = (Mentale leeftijd gedeeld
intelligentieniveau, begrip door kalender leeftijd) x 100
mentale leeftijd ontstond
Binet – Tot WO1
- Alleen individu, er waren nog niet collectieve testen
- Geen valideringsonderzoek -> nog niet:
Samenhang tests en latere prestaties
Selecteren/wegen op basis hiervan
3. WO1 - WO2
- Door nood aan selectie van personeel voor leger WO -> testen in stroomversnelling, want elke
soldaat moest worden getest, het waren er veel, dus er werd in groepen (collectief) getest
- Na WO1 Europa: individuele diagnostiek, later ook collectief
- Na WO1 VS: collectief testen, migrantenprobleem (konden taal niet) -> niet verbale testen
- 1917 VS WO1 betrokken: individueel testen -> tijdrovend en inefficiënt -> groepsgewijs en
schriftelijk (Army Alpha)
- Engeland: tussenpositie tussen Europa en de VS, aandacht voor objectief evalueren van
schoolprestaties (MC test)
, WO1 – WO2
- Gebruik test ging vooraf aan de theorie (meestal gaat dit andersom)
- Thurstone (1931): focus op betrouwbaarheid en criterium validiteit – test gedrag buiten de
testsituatie voorspellen
- Relatie test en criterium vtv vaststellen
- Factoranalyse: statistische manier hoe testitems zich verhouden tot het hele construct
4. Begin WO2 – Heden
- Het aantal testen neemt toe op allerlei terreinen
Geschiktheid functie, schoolkeuze, schoolvorderingen
- Aandacht voor methodologie/psychometrie -> communicatie via tijdschriften/handboeken
Educational Testing Service (Amerika) – 1947
- Ging over toelating en evaluatie van het onderwijs
- Richt zich op fundamenteel psychometrisch onderzoek
- Cito in Nederland (1968)
Introductie computer
- Constructie en onderhoud van itembanken
1959 Nederland -> COTAN
- Tegenwoordig Commissie Testaangelegenheden Nederland
- Biedt een overzicht van de Nederlandse tests en documentatie van het onderzoek
Hoofdstuk 2: Definitie, kenmerken, toepassingen van de test
Psychologische tests
- Psychologische tests meten psychologische eigenschappen
- Bijvoorbeeld intelligentie of persoonlijkheid (latente constructen) -> niet/moeilijk direct
observeerbaar/je kunt het niet aan de buitenkant zien/niet-waarneembaar (i.t.t. lengte is manifest)
- Gebruik van indicatoren (items) die gedrag uitlokken gerelateerd aan het te meten construct,
bijvoorbeeld oplossen van een som om intelligentie te beoordelen
Psychologische tests
- Voorbeelden van items om lengte te meten
Ik stook vaak mijn hoofd.
Als ik in bed lig, heb ik vaak last van koude voeten.
Ik heb moeite om kleren te kopen die groot genoeg zijn.
Ik vind het aanrecht vaak te laag.
(Wat is vaak? -> Denk eens terug aan de laatste 2 weken, hoe vaak heb je …..)
- Geen perfecte indicatoren; omslachtig
- Principe komt overeen met hoe we psychologische eigenschappen meten
Psychologische tests
- Testscores zijn geen absolute waarheid (Cito score is slecht, ook kijken naar andere prestaties)
- Een psycholoog dient bij voorkeur tot een oordeel te komen op basis van combinatie van
verschillende waarnemingen
- Geen blind testgebruik, rekening houden met de context en de persoon bij keuze van de tests
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Shanna123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.52. You're not tied to anything after your purchase.