100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Forensische pathologie (PAT1.3) samenvatting colleges $5.88
Add to cart

Summary

Forensische pathologie (PAT1.3) samenvatting colleges

 68 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een samenvatting van de colleges van het vak Forensische Pathologie (PAT1.3) aan de Hogeschool van Amsterdam. Dit vak wordt gegeven bij de opleiding Forensisch Onderzoek. Deze samenvatting bevat veel afbeeldingen ter illustratie van de theorie.

Preview 4 out of 59  pages

  • No
  • Zie handleiding pathologie
  • June 24, 2019
  • 59
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Inhoudsopgave
Pathologie college 1 – Lijkschouw, cellen en weefsels ...................................................................................... 2

Pathologie college 2 – Bewegingsapparaat/ skelet ........................................................................................... 6

Pathologie college 3 – Het hart ...................................................................................................................... 13

Pathologie college 4 – Het zenuwstelsel ......................................................................................................... 22

Pathologie college 5 – Ademhalingssysteem .................................................................................................. 29

Pathologie college 6 – Spijsverteringssysteem ............................................................................................... 38

Forensische pathologie extra college 7 ........................................................................................................... 51

Forensische pathologie gastcollege – Forensische radiologie ......................................................................... 57




1

,Pathologie college 1 – Lijkschouw, cellen en weefsels

Rol Forensisch Onderzoeker bij gerechtelijke sectie uitgevoerd door forensisch patholoog:
 Veiligstellen sporen
 Fotografisch vastleggen bevindingen
 Eigen verslag opmaken
 Sectie rapport gaat direct naar OvJ

Drie belangrijkste vragen lijkschouw:
 Van wie is het lijk? – identificatie
o Dacty (vingerafdrukken via paspoort achterhalen)
o DNA
o Gebitsgegevens
o Implantaten
o Tatoeages
o Gezichtsreconstructie
 Sinds wanneer is het een lijk? – tijdstip van overlijden
o Voor de reconstructie van het delict
o PMI (post mortale interval)
o Post mortale verschijnselen
▪ Lijkstijfheid (rigor)
▪ Lijkvlekken (ligor)
▪ Temperatuur
 Waarom is het een lijk?
o Doodsoorzaak
o Natuurlijke of niet-natuurlijke dood?
▪ Niet-natuurlijke dood – lijkschouw (niet meteen FO – bijv. van de trap vallen
ouderen)
o Is de plaats van aantreffen ook de plaats van overlijden?

Aard van overlijden – verklaart de omstandigheden waardoor de doodsoorzaak tot stand is gekomen
 Natuurlijk – dood veroorzaakt door inwendige afwijking:
o Verworven ziekte
o Aangeboren ziekte/afwijking
o Ouderdom
 Niet-natuurlijk – dood als gevolg van uitwendige (externe) oorzaak:
o Ongeval
o Zelfdoding
o Doding

Postmortale verschijnselen
 Zeer vroeg – oogreacties (pupillen reageren niet meer, verkleuring ogen) , spierverslapping
(het pistool valt uit de handen bij zelfdoding)
 Vroeg – lijkvlekken, lijkstijfheid, afkoeling, indroging
 Laat – ontbinding en rotting, mummificatie (droge continue lucht in ruimte), marmorisatie
(bloedvaten worden tegen huid aangedrukt door gas bij ontbinding), adipocire (vetophoping
onder de huid), skelettering




2

,Opbouw menselijk lichaam
 Cel – kleinst levende zelfstandige eenheid
 Weefsel – groep cellen met dezelfde vorm en functie
 Orgaan – opgebouwd uit verschillende, samenwerkende weefsels. Het geheel oefent een
bepaalde functie uit.
 Orgaanstelsel – groep samenwerkende organen

Doodsfasen (Thanatologie – doodsleer)
 Agonie – stervensfase
 Supra vitale fase – fase tussen somatische dood (organen werken niet meer) en cellulaire
dood
 Tafonomie – ontbindingsfase (Proces van desintegratie)

Homeostase – het constant houden van het inwendige milieu van het lichaam
 Alle systemen in het lichaam veroorzaken veranderingen in het inwendige milieu
 Normaliter worden deze veranderingen weer snel gecorrigeerd, het zenuwstelsel en het
hormoonstelsel spelen hierbij een belangrijke rol
o Positieve en negatieve feedback
 Lichaam boven 42 graden Celsius – eiwitten/enzymen denatureren

Vitale functies van het menselijk lichaam
 Ademhalingsstelsel – opname O2 en afgeven CO2
 Hart- en bloedvatenstelsel – transport O2 en andere stoffen
 Zenuwstelsel – centraal sturingsorgaan zijn de hersenen
 Orgaanstelsels – maagdarmstelsel en de spijsverteringsorganen en uitscheidingsstelsel,
skelet- en spierstelsel.

Structuur van de cel
 Celkern – DNA, plaats van replicatie en transcriptie
 Golgiapparaat – verzamelt, sorteert, verpakt en distribueert eiwitten en lipiden
 Endoplasmatisch reticulum – plaats van eiwitsynthese
 Mitochondriën – ATP productie, energiehuishouding, mitochondriaal DNA
 Lysosomen – bevat enzymen die vreemd materiaal verwijderen (vuilnisbak)

Functies cel
 Metabolisme (stofwisseling)
 Overdragen van stimuli (communicatie)
 Reactie op stimuli (temperatuur, pijn, etc.)
 Afweer

Vorm – afhankelijk van de functie

Deling
Differentiatie
Celdood (apoptose)




3

, Vier typen weefsels
 Dekweefsel (epithelial tissue)
o Plaveiselepitheel (squamous) – eenlagig (simple) / meerlagig (stratified)
▪ Kubisch (afvoerbuis klier)
▪ Cilindrisch (slijmvlies van de darmen)
▪ Trilhaarepitheel (slijmvliezen van de luchtwegen)
o Overgangsepitheel (transitional) (slijmvlies van de urineblaas)
o Verhoornd (keratinized, huid)/ niet verhoornd (nonkeratinized, binnenkleding
organen)
o Beschermende functie (avasculair)
 Steunweefsel (connective tissue)
o Cellen liggen niet aaneengesloten maar zijn gescheiden door tussencelstof die door
cellen zelf geproduceerd worden
o Bindweefsel (connective proper, loose and dense)
▪ Ondersteunt en verbindt organen
▪ Collagen en elastisch: ondersteunt weke organen en geeft elasticiteit aan
organen
▪ Vetweefsel: stootkussen
o Kraakbeenweefsel (supporting connective, cartilage)
▪ Neus, luchtpijp en oren (soepele botverbinding)
o Botweefsel (supporting connective, bone)
▪ Compact (hard) weefsel
o Vloeibaar (fluid connective, blood, hemopoietic tissue)
▪ Erythrocyten, leucocyten en bloedplaatjes (reticulair bindweefsel)
 Spierweefsel (muscle tissue)
o Samentrekkend weefsel. Speelt een rol in de voortbeweging in het
bewegingsapparaat en de bewegingsactiviteiten tussen organen.
o Dwarsgestreepte spier – skelet spier – willekeurig, controle door animale
zenuwstelsel
o Hartspierweefsel – intercalaties – alleen in het hart, controleert zichzelf met hulp van
hormonen en zenuwen
o Glad spierweefsel – onwillekeurig; controle door autonoom zenuwstelsel, wand
spijsverteringskanaal, bloedvaten
 Zenuwweefsel (nervous tissue)
o Zorgt voor communicatie tussen de verschillende delen van het lichaam
o Neuronen – de zenuwcellen, ontvangt signalen en geeft ze door
o Neuroglia (steuncellen) – geven steun en spelen een rol bij het doorgeven van de
zenuwimpuls en de voeding

Organen
 Orgaan is opgebouwd uit verschillende, samenwerkende weefsels
 In het hart; hoofdweefsel is het spierweefsel, sporadische weefsels zijn bloed, zenuw- en
bindweefsel
 Belangrijke organen – hersenen, hart, long, lever, milt, nier, pancreas, baarmoeder, oog,
blaas, etc.
 Vele organen kunnen getransplanteerd worden.
 Elk orgaan heet een bloedvoorziening, zenuwaansturing en afvoersysteem
 Orgaanstelsels
o Bewegingsapparaat
o Spijsvertering en uitscheiding
o Circulatie



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller myrthemetselaars. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.88
  • (0)
Add to cart
Added