Dit is een samenvatting van het vak Inleiding Publiek Management uit de Minor Beleid en Management in de Publieke Sector (bestuurskunde) van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Aan de hand van een uitgebreide uitwerking van alle colleges, is in deze samenvatting ook het boek 'Understanding and Manag...
Understanding and Managing Public Organizations, Fifth Edition - Rainey, Hal G (1)
Summary Understanding and Managing Public Organizations, Rainey, ISBN 978-1-118-58371-5
All for this textbook (4)
Written for
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Bestuurskunde
Inleiding Management (FSWBMNBMPS)
All documents for this subject (1)
3
reviews
By: rosannescholten • 4 year ago
By: geertenliefting • 4 year ago
By: mathilda34 • 5 year ago
Seller
Follow
hweur
Reviews received
Content preview
SAMENVATTING MANAGEMENT – UNDERSTANDING AND MANAGING PUBLIC ORGANIZATIONS
Belangrijke doelstellingen van het vak
> Bouwt voort op de module Inleiding!
> Na afronding van de cursus zijn de studenten in staat de kernbegrippen in de studie van publiek management te
omschrijven en de onderlinge verhouding van die begrippen bepalen;
> Na afronding van de cursus zijn de studenten in staat om de verschillen in het managen van private en publieke
organisaties te benoemen en toe te lichten;
> Na afronding van de cursus zijn de studenten in staat de belangrijkste auteurs op het gebied van publiek
management te benoemen en in hun juiste context te plaatsen;
> Aan het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om de instrumenten van het management
jargon te beschrijven en te gebruiken als gesprekspartner;
> Op het einde van dit opleidingsonderdeel is de student in staat om het managementjargon kritisch te hanteren
en evalueren gegeven de recente organisatie en managementontwikkelingen.
Tentamen
- ‘Is dit zo voor de publieke sector?’
- Wat maakt de publieke sector zo specifiek?
- Lees goed deze stukken na in Rainey!
WEEK 1 – HOORCOLLEGE 1 + HOOFDSTUK 1 TOT EN MET 5 UIT RAINEY
College 1, 27 september 2018: Inleiding + historische schets organisatietheorie + wat maakt publieke
organisaties anders (H1-H5)
Hoofdstuk 1: The Challenge of Effective Public Organization and Management
Het hoofdstuk begint met een voorbeeld dat zich in de politiek van de VS afspeelt. De kern hiervan is dat dit
voorbeeld ook van toepassing is op regeringen in de andere landen en de organisaties binnen die regeringen. Naties
over de hele wereld hebben een continu patroon van organiseren, reorganiseren, hervormen en streven naar
verbetering van het bestuur en functioneren van overheidsinstanties. Publieke of overheidsorganisaties opereren in
een omgeving en context van constitutionele bepalingen, wetten en politieke autoriteiten en processen die hun
organisatie en management (bestuur) sterk beïnvloeden.
Toward Improved Understanding and Management of Public Organizations
Alle naties worden geconfronteerd met beslissingen over de rol van hun overheid en particuliere instellingen en
organisaties in hun samenleving.
-> Het patroon van reorganisatie en hervormingen dat hierboven werd genoemd, leidde in veel landen tot een
beweging om het overheidsgezag in te perken en te vervangen door meer particuliere activiteiten of om
overheidsoperaties meer te laten lijken op die van particuliere bedrijven. Dit impliceert dat er grote verschillen zijn
tussen de overheid/publieke sector en de private sector.
-> In diezelfde periode argumenteerde een groot aantal onderzoekers dat er te weinig goede theorie en
casusbeschrijvingen waren die direct gingen over het uitvoeren van actief, effectief openbaar management, te
weinig analyse van verschillen tussen publiek en privaat en te weinig aandacht voor management binnen de publieke
sector. Er kwam een golf van onderzoek naar publiek management en publieke organisatietheorie, waarin experts en
onderzoekers werkte aan meer zorgvuldige analyses van organisatorische en bestuurlijke kwesties bij de overheid.
-> Dit hoofdstuk gaat dieper in op deze punten en werkt toe naar een centraal thema van dit boek: Publieke
organisaties spelen een onmisbare rol in de samenleving -> we moeten tot een beter begrip komen van
management in publieke organisaties en hun effectiviteit behouden en verbeteren.
Nutteloos openbaar management?
Terugkerende klachten over de uitvoering van openbaar management vergroot ook de interesse op dit gebied.
Sterke bureaucratieën, vooral van de regering, hebben een doordringende invloed op onze levens. Het is een grote
uitdaging om te verzekeren dat ze zowel effectief werken en door democratische processen door ons te controleren
zijn. Sommige schrijvers vinden dat veel openbare managers niet genoeg tijd en aandacht besteden aan de interne
bestuurszaken. Door de korte bestuursperiode, die zowel gekozen als aangewezen ambtenaren hebben, de hoge
politieke druk van buitenaf en hun amateurisme zijn ze vooral bezig met het doorvoeren van openbaar beleid.
,Nuttig openbaar management
In tegenstelling tot de kritische blik op overheidsinstanties, beweren andere schrijvers juist dat openbare
bureaucratieën beter presteren dan veelal gedacht wordt. Veel van hen wijzen op het uitstekende optreden van veel
overheidsorganisaties en de moeite om te bewijzen dat de particuliere sector beter presteert. Als reactie hierop is er
vanaf 1990s steeds meer literatuur verschenen over het effectieve leiderschap, management en de organisatorische
uitvoeringen van regeringsinstanties.
Management
De term management wordt in veel verschillende vormen gebruikt. De studie van dit veld omvat dan ook het gebruik
van bronnen buiten typisch academisch onderzoek, zoals overheidsrapporten, boeken over toegepast management
en observaties van praktiserende managers over hun werk. Hoewel veel elementen een belangrijke rol spelen in
effectief management (financiën, informatiesystemen, inventaris, aankopen, productieprocessen, e.a.), concentreert
dit boek zich op organisatorisch gedrag en theorie (de analyse van leiding, organiseren, motiveren, plannen en
strategieën maken, effectiviteit evalueren en communiceren). Dit wordt ‘generieke organisatietheorie’ genoemd, en
bestaat uit organisatietheorie, het gedrag van organisaties en algemeen management.
Belangrijkste uitgangspunt:
Om theoretisch inzicht in werking van publieke organisaties en het praktisch managen ervan te vergroten (= grotere
effectiviteit) is combinatie nodig van ‘generieke’ organisatietheorie en van ‘specifieke’ bestuurskundige literatuur.
Maar: Generieke literatuur heeft vaak te weinig oog voor unieke karakter van publieke organisaties (die in
een specifieke juridisch/politieke context opereren) -> ofwel management is management is management…
Maar: Veel klassieke bestuurskundige literatuur heeft een te simplistische opvatting over de werking van
organisaties.
Op basis van min of meer klassieke organisatie-opvatting komt hij tot het model op pagina 12 dat de samenhang
tussen de hoofdstukken schetst:
A Framework for Organizational Analysis (Elaboration of Figure 1.1)
Dit model komt voort uit Rainey’s opvatting over organisaties:
Betekenis van basisconcepten over organisaties om een kader te ontwikkelen als leidraad voor de voortgezette
analyse in de verdere hoofstukken. Er zijn verschillende definities van organisaties, maar voor dit boek wordt de
volgende definitie gebruik, waarin de verschillende elementen zijn verwerkt:
• An organization consists of a group of people working together to pursue a goal.
• They obtain resources from their environment.
, • They transform resources by accomplishing tasks and applying technologies to achieve performance of
goals.
• They deal with uncertainties of the processes by organizing activities and establishing structures and
processes.
• Organizing involves leadership and strategy.
• Structures are relatively stable observable assignments and divisions achieved through hierarchies, rules,
etc.
• The division of responsibilities determined by the organization structure divides the organization’s goals into
components on which the individual groups can concentrate – hence the term organization referring to the
set of organs that make up the whole.
• Processes are not as physically observable as structures.
• Processes are more dynamic and play an important role in coordination. They include such matters as
decision making, communication, and determining power relationships.
• Within processes, groups and individuals respond to incentives, resulting in performance.
Een organisatie bestaat uit een groep mensen die samenwerken om een doel na te streven. Ze verkrijgen
hulpbronnen uit hun omgeving. Ze transformeren middelen door taken uit te voeren en technologieën toe te
passen om de uitvoering van doelen te bereiken. Ze gaan met onzekerheden van de processen om door activiteiten
te organiseren en structuren en processen op te zetten. Organiseren omvat leiderschap en strategie. Structuren zijn
relatief stabiele waarneembare opdrachten en divisies bereikt door middel van hiërarchieën, regels, enz. De
verdeling van verantwoordelijkheden bepaald door de organisatiestructuur verdeelt de doelen van de organisatie in
componenten waarop de individuele groepen zich kunnen concentreren - vandaar de term organisatie die verwijst
naar de verzameling organen waaruit het geheel bestaat. Processen zijn niet zo fysiek waarneembaar als
structuren. Processen zijn dynamischer en spelen een belangrijke rol bij de coördinatie. Ze omvatten zaken als
besluitvorming, communicatie en het bepalen van machtsverhoudingen. Binnen processen, reageren groepen en
individuen op prikkels, wat resulteert in prestaties.
Wie moet de leiding nemen en hoe; welke belangen moeten voorop staan en van wie; welke waarden
moeten dominant zijn: Management bestaat uit paradoxen die vereisen dat organisaties en managers
conflicterende doelstellingen en prioriteiten in evenwicht brengen. Overheidsmanagement gaat vaak
gepaard met bijzonder complexe doelstellingen en vooral moeilijke conflicten tussen beide.
Debat over of de prestaties van de publieke bureaucratie en/of de publieke sector een unieke of generieke
managementcontext vertegenwoordigt: De bestaande literatuur over organisatie en management schenken
niet genoeg aandacht aan kenmerkende eigenschappen van organisaties en managers uit de publieke sector.
Dit boek voegt onderzoek en gedachten over de openbare sector samen met meer algemene theorieën en
onderzoek.
Hoofdstuk 2: Understanding the study of organizations (Historische schets organisatietheorie)
Het hoofdstuk laat zien dat:
• Er verschillende perspectieven over organisaties bestaan (er is niet één definitie en één perspectief);
• Theorie en (management) praktijk hebben elkaar in de loop der tijd beïnvloed;
• Historisch gezien is er ontwikkeling van aandacht voor meer ‘gesloten’ bureaucratische organisaties naar
meer ‘open’ flexibele organisaties
Gesloten systeem= de interne processen blijven gelijk, welke veranderingen er ook in de omgeving
plaatsvinden. Input leidt tot actie, leidt tot output en tevens nieuwe input voor het systeem.
Open systeem/adaptief systeem= systeem dat zich aanpast aan de veranderingen in de omgeving. Het
betreft veranderingen waar het systeem niet voor geprogrammeerd is.
• Centraal staat hier de zogenaamde contingentietheorie:
De inrichting van organisaties is afhankelijk van omgevingskenmerken
Huidige dynamische omgeving vraagt om ‘open’ organisaties
System:
“A system is an ongoing process that transforms certain specified inputs into outputs; these in turn influence subsequent
inputs into the system in a way that supports the continuing operation of the process. One can think of an organization as a
system that takes in various resources and transforms them in ways that lead to attaining additional supplies of resources (the
, definition in Chapter One includes this idea). Systems have subsystems, such as communications systems or production
systems within organizations, and throughput processes, which are sets of internal linkages and processes that make up the
transformation process. The outputs of the system lead to feedback—that is, the influences that the outputs have on
subsequent inputs. The systems theorists, then, deserve credit (or blame) for making terms such as input and feedback part of
our everyday jargon. Management analysts have used systems concepts—usually elaborated far beyond the simple
description given here—to examine management systems and problems” (Rainey, pagina 18).
De omgeving is cruciaal voor interne processen in organisaties. Door veranderingen in de wereld,
bijvoorbeeld internationalisering, is de omgeving dynamischer, onvoorspelbaarder en flexibeler geworden:
dit vraagt om meer flexibele organisaties.
Klassieke organisatietheorieën
-> Benadrukken “one best way”; Klassieke organisatietheorieën hadden de neiging om als ‘one best way’ te
benaderen’. Maar: er is niet één beste manier van organisaties.
-> Het advies voor managers was zorg voor stabiele, duidelijk gedefinieerde structuren en processen, alsof doelen
van een organisatie altijd duidelijk waren en de belangrijkste taak voor managers was het meest efficiënte,
herhaalbare machineachtige procedures te ontwerpen om de organisatiedoelen te vergroten.
-> Zien organisaties als een ‘closed systeem’, als onafhankelijk van wat in omgeving gebeurt.
Taylor en Scientific Management
Weber en de bureaucratietheorie
De ‘administratieve management’ school
1.Frederick Taylor – Scientific management
Prominent figuur in Scientific Management-beweging, een echte pionier op het gebied van managementtheorieën.
-> Hij pleitte voor een systematische analyse van werk: ‘elke kleine handeling’ in taken die uitgevoerd moesten
worden, om een zo effectief mogelijke manier te ontwikkelen om het werk uit te voeren (taken werden erg
gespecialiseerd, lopende band werk).
-> De rol van het management hierin was om gedetailleerd informatie te verzamelen over werkprocessen, deze te
analyseren en daaruit regels en richtlijnen te ontwikkelen om de benodigde taken zo efficiënt mogelijk uit te laten
voeren.
-> Werknemers dienden geselecteerd en getraind te worden om zich deze procedures eigen te maken om een
maximale uitkomst te krijgen.
-> Taylor bepleitte ook dat werknemers beloond moeten worden wanneer zij efficiënt werkten/produceerden, zodat
zij via productiviteit hun welvaart konden vergroten -> dit zegt indirect dat versimpelde, gespecialiseerde taken en
geldelijk beloningen, primaire motivators zijn (werd gebruikt in industrie en overheid).
-> Zijn procedures worden vandaag de dag nog steeds gebruikt en stuurden de tijd-en-beweging studies. Deze
studies bestonden uit het meten en analyseren van de plaatsing van gereedschap en machines in relatie tot de
werker en de bewegingen en tijd die de werker kwijt zou zijn om deze te gebruiken. Het doel was om de meest
efficiënte fysieke lay-out voor het uitvoeren van een specifieke taak te creëren.
-> Kritiek: in hoogtijdagen controversieel, later vond men zijn benadering ‘onmenselijk’ en vond men dat hij de
psychologische en sociale aspecten van productiviteit en moraal van de werknemer onderschatte.
2.Max Weber (socioloog) - Bureaucratie
-> Bureaucratie als kern: rationele en legalistische wijze van bestuur. Moderne organisaties zijn gebaseerd op een
legaal-rationele vorm van gezag.
-> Een bureaucratie kent de volgende kenmerken:
1. Zij is regel gedreven. De regels leggen vast wat de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden
zijn;
2. Kent een sterke hiërarchie;
3. Posities in bureaucratie vragen expert training en zijn een hoofdtaak (en geen bijbaan);
4. Voor het management van subunits van de organisatie geldt een relatief beperkt aantal en stabiele
regels;
5. Een bureaucratische positie is onderdeel van een carrièreladder -> mogelijkheid tot verder
ontwikkelen.
->Hij was voorstander van een organisatie met strakke en duidelijke regels, duidelijke hiërarchie en
functiebeschrijvingen. Volgens Weber leidde bureaucratie tot precisie, snelheid, helderheid, consistentie en
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hweur. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.54. You're not tied to anything after your purchase.