Samenvatting van het boek Praktisch Ondernemingsrecht van S.S.M. Rutten (tweede druk). De samenvatting bevat alle stof die je moet kennen voor het tentamen: H1-11. H12 is een samenvattend/vergelijkend hoofdstuk.
H1
Het begrip onderneming heeft geen vaste definitie. Een voorbeeld van een definitie kan zijn:
een organisatorisch verband, gericht op duurzame deelneming aan economisch verkeer.
In het Nederlands recht zijn niet alleen mensen rechtssubject, maar ook rechtspersonen. Een
rechtssubject is drager van rechten en plichten. Daarnaast heb je nog rechtsobjecten (huis,
hond; dit is dus datgene waarop een rechtssubject recht kan hebben). Naast rechtspersonen
bestaan er in Nederland ook personenvennootschappen en de eenmanszaak, deze zijn
allebei geen rechtssubject. De functionarissen binnen deze rechtsvormen zijn natuurlijke
personen en daarom wél rechtssubject. Zij dragen dus gezamenlijk de rechten en plichten
binnen de onderneming.
Rechtspersonen worden ex. art. 2:5 BW gelijkgesteld met natuurlijke personen wat betreft
het vermogensrecht.
Rechtsvormen
Eenmanszaak
Personenvennootschappen (boek 7A BW en WvK)
o Maatschap
o Vof
o Commanditaire vennootschap (cv)
Rechtspersonen (boek 2 BW)
o Vereniging (met volledige en beperkte rechtsbevoegdheid)
o Coöperatie/Onderlinge waarborgmaatschappij (OWM)
o Stichting
o BV/NV (kapitaalvennootschappen)
Ondanks dat rechtspersonen rechtssubjecten zijn, dienen zij altijd door middel van
natuurlijke personen (bestuurders, commissarissen, vennoten) te functioneren. De rol van
functionarissen zal wel sterker zijn bij rechtsvormen zonder rechtspersoonlijkheid, doordat
de onderneming dan geen zelfstandig drager van rechten en plichten is.
Wanneer namelijk een functionaris van een eenmanszaak overlijdt, is de eenmanszaak
daarmee in beginsel ten einde; terwijl wanneer een functionaris van een BV overlijdt, de BV
in beginsel als rechtssubject blijft voortbestaan.
Functionarissen bij de verschillende rechtsvormen
Bestuurders bij rechtspersonen
Vennoten bij personenvennootschappen
Maten bij personenvennootschappen
Commissarissen bij rechtspersonen
Procuratiehouder bij rechtspersonen
Eigenaar bij eenmanszaak
,Raakvlakken met personen- en familierecht
Handelingsonbekwaamheid (art. 3:32 BW)
Wanneer je niet bekwaam bent mag je niet zelfstandig rechtshandelingen
verrichten/rechtshandelingen kunnen worden vernietigd (of ze zijn zelf nietig).
Je bent handelingsonbekwaam door:
1. Ondercuratelestelling
2. Minderjarigheid
Curatele (1:378 BW)
Een rechtspersoon kan niet onder curatele worden gesteld, dit kan alleen bij natuurlijke
personen. Echter omdat ondernemingen worden gedreven door natuurlijke personen kan
een onderneming wel last hebben van een onder curatele gesteld; een
handelingsonbekwame functionaris.
o In het geval van een bestuurder blijft de rechtspersoon zelf gewoon bestaan en
functioneren. Wél wordt er vaak een regeling in de statuten opgenomen in het geval
van ontstentenis of belet.
o In geval van een eenmanszaak moet een curator de eenmanszaak leiden. Dit
betekent vaak het einde van de eenmanszaak.
o In het geval van een personenvennootschap betekent dit het einde van de
vennootschap (art. 7A:1683, sub 4 BW curatele leidt tot ontbinding). Echter kan er
bij overeenkomst zijn bepaald dat de personenvennootschap wordt voortgezet door
de overige vennoten, en dus alleen ten aanzien van die ene vennoot wordt
ontbonden.
Minderjarigheid (art. 1:234 BW)
o Tot 18 jaar
o Vertegenwoordiging iemand kan onbekwaam zijn voor zichzelf, maar dan mag je
nog wel namens iemand anders een rechtshandeling verrichten volmacht (art.
3:63 lid 1 BW).
o Handlichting hiermee kan een 16/17-jarige bepaalde bevoegdheden van een
meerderjarige krijgen.
Handelingsonbevoegdheid
Hierbij kun je denken aan:
1. Bewind (art. 1:431 BW); dit gaat over het vermogensrechtelijke aspect van iemands
leven (financiële zaken).
2. Mentorschap (art. 1:450 BW); dit gaat over het immateriële gedeelte van iemands
leven (verzorging, verpleging, behandeling, begeleiding).
Je bent slechts handelingsonbevoegd voor de delen van je leven waarvoor er bewind of
mentorschap is ingesteld. Handelingsonbevoegdheid leidt vaak tot het einde van de
eenmanszaak/personenvennootschap.
Let ook op de werking van art. 1:88 BW toestemming van de echtgenoot.
,Het verschil tussen handelingsonbekwaamheid en handelingsonbevoegdheid zit hem in de
mate waarin iemand onbevoegd/onbekwaam is. Iemand die handelingsonbekwaam is, is in
het algemeen niet in staat om rechtshandelingen te verrichten; dit noem je ook wel
onbekwaamheid in abstracto. Iemand die handelingsonbevoegd is, is dit slechts in specifieke
situaties; dit noem je ook wel onbevoegdheid in concreto.
Raakvlakken met het faillissementsrecht
Bij een eenmanszaak geldt geen afgescheiden vermogen
Faillissement van een personenvennootschap leidt veelal tot faillissement vennoten
De echtgenoot/geregistreerd partner valt ook onder het faillissement (art. 22 Fw)
daarom trouwen die mensen vaak op huwelijkse voorwaarden
Een curator neemt de bedrijfsvoering van de onderneming over
De ondernemer wordt beschikkingsonbevoegd (art. 23 Fw)
Surseance van betaling
Dit is wanneer een ondernemer/rechtspersoon uitstel van betaling krijgt. De bedoeling is dat
de schuldenaar met zijn schuldeisers gaat onderhandelen over een afbetalingsregeling of
akkoord.
Bij een natuurlijk persoon is dit alleen in het geval van een ondernemer (art. 214 lid 4
Fw). Surseance is alleen aan de orde als de ondernemer zijn schulden niet meer kan
betalen. De rechter stelt dan een bewindvoerder aan die het beheer over de zaken
van de schuldenaar voert (art. 2:15 lid 2 Fw).
De schuldenaar is tijdens de surseance beschikkingsonbevoegd om een daad van
beheer of beschikking te verrichten zonder medewerking, machtiging of bijstand van
de bewindvoerder (art. 228 Fw).
Vertegenwoordiging in het algemeen
Vertegenwoordiging staat niet zelfstandig in de wet, het is her en der te vinden.
Bijvoorbeeld volmacht (art. 3:60 BW):
Dit is de bevoegdheid om namens iemand een overeenkomst te sluiten
Dit is een eenzijdige rechtshandeling (de gevolmachtigde hoeft de volmacht niet uit
te voeren).
Onderscheid in vertegenwoordiging
Middellijke vertegenwoordiging de vertegenwoordiger/tussenpersoon verricht
namens de vertegenwoordigde (principaal) de rechtshandeling op eigen naam (dit
kan dus niet de principaal zelf direct binden).
Onmiddellijke vertegenwoordiging de vertegenwoordiger valt er tussenuit. De
rechtshandeling wordt rechtstreeks op naam van de vertegenwoordigde verricht (de
principaal is hier dus wél direct verbonden).
Bijvoorbeeld de bestuurders van rechtspersonen.
Kamer van Koophandel – het Handelsregister
Handelsregisterwet 2007 (Hrw)
Handelsregisterbesluit 2008 (Hrb)
, Iedere onderneming en rechtspersoon in Nederland is verplicht zich in te schrijven bij de
Kamer van Koophandel (art. 5-6 Hrw 2007). Het inschrijfnummer moet verplicht worden
vermeld op alle brieven/offertes/facturen (art. 27 Hrw).
Gevolgen van niet-inschrijving
Belangrijk om te weten is dat niet-inschrijving geen afbreuk doet aan het bestaan van een
onderneming. Inschrijving is dus nooit een oprichtingsvereiste; het is slechts een verplichting
die bij niet-naleving nadelige gevolgen heeft.
Zolang er geen inschrijving plaatsvindt zijn naast de rechtspersoon ook de bestuurders
hoofdelijk aansprakelijk.
Voor BV/NV: art. 2:69/2:180 lid 2 BW
Voor vereniging: art. 2:29 BW
Voor stichting: art. 2:289 lid 2 BW
Voor de vof en cv geldt dat deze wordt aangegaan voor onbepaalde tijd + de
vennoten alle handeling mogen verrichten (zonder voorbehoud).
Niet-inschrijving tegenover derden
Er kan geen beroep worden gedaan op een feit dat door middel van inschrijving
bekend had moeten worden gemaakt tegenover derden die niet op de hoogte waren
(art. 25 lid 1 Hrw). Derden mogen dus vertrouwen op het register. Dit is vooral van
belang met het oog op de vertegenwoordigingsbevoegdheid.
H2
Eenmanszaak
Voor de oprichting van een eenmanszaak worden geen oprichtingsvereisten gesteld,
wanneer er werkzaamheden zijn + een naam is bedacht is de onderneming een feit. Er geldt
wel een verplichte inschrijving in het handelsregister (art. 5 sub b Hrw). De eenmanszaak
zelf is niet wettelijk geregeld.
De eenmanszaak hoort altijd toe aan een natuurlijk persoon die meerderjarig is (art. 1:234
BW) of die handlichting heeft verkregen (art. 1:235 BW/art. 36 Hrb). Er is altijd maar 1
persoon die de eenmanszaak vertegenwoordigd; dit sluit echter niet uit dat er wel personen
werkzaam kunnen zijn binnen de eenmanszaak.
Bij een eenmanszaak wordt er geen onderscheid gemaakt tussen het privé- en het
bedrijfsvermogen. Gaat de eenmanszaak dus failliet, dan gaat de ondernemer privé ook
failliet. Er wordt bij een eenmanszaak daarom vaak huwelijkse voorwaarden opgesteld,
zodat de partner niet aansprakelijk is.
Bij overdracht van de onderneming moet het gaan om een activa/passiva overdracht met
eventueel een notariële akte.
Personenvennootschappen
Bij een personenvennootschap werken personen op relatief kleine schaal samen in de
uitoefening van een vrij beroep/bedrijf. Zodra je dus met andere mensen wil samenwerken
kun je kiezen voor een personenvennootschap.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauradebruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.44. You're not tied to anything after your purchase.