100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting: inleiding tot de micro-economie (17/20 eerste zittijd) $17.40
Add to cart

Summary

Samenvatting: inleiding tot de micro-economie (17/20 eerste zittijd)

16 reviews
 1802 views  113 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Volledige samenvatting van het vak inleiding tot de micro-economie, gedoceerd door Bruno Heyndels. Deze samenvatting werd geschreven in het jaar . Ze werd opgesteld aan de hand van notities, lesopnames en het handboek 'economics - Mankiw and Taylor'. Met behulp van deze samenvatting behaalde ik 17/...

[Show more]

Preview 7 out of 109  pages

  • Unknown
  • July 6, 2019
  • 109
  • 2018/2019
  • Summary

16  reviews

review-writer-avatar

By: wouthosten • 1 year ago

review-writer-avatar

By: arthybrantegem94 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: zeynepkarsikaya3 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: elinevermeersch • 3 year ago

review-writer-avatar

By: PS123 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: Khalidqnioun • 4 year ago

review-writer-avatar

By: noor18 • 3 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
2018-2019




INLEIDING TOT DE MICRO - ECONOMIE
BRUNO HEYNDELS


LAURA VERHULST
SCHAKELJAAR BEDRIJFSKUNDE

,Inleiding tot de micro-economie




Inleiding tot de micro-economie

Algemeen doel van de cursus = vertrouwd raken met de micro-economische manier van
denken. Dat betekent de wereld analyseren vanuit een rationeel perspectief en ook… inzien
dat rationaliteitsbenadering haar beperkingen heeft. Dat betekent vooral economie
herkennen.
Definitie

Economie = ‘Economics is the science which studies human behaviour as a relationship
between ends and scarce (=schaarste) means that have alternative uses.’ ‘The study of
how society manages its scarce resources.’

Economie is de studie die zich bezighoudt met keuze. Wat je wil is oneindig, je wil altijd
meer, hiervoor moet je meestal iets opofferen (geld). Maar er zijn beperkte middelen,
alles wat we hebben is schaars.

The economic problem
Kiezen, 3 vragen waar de economie zich mee bezighoudt:
- Wat produceren?
- Hoe produceren?
- Voor wie produceren?

Om deze vragen te beantwoorden moeten we kijken wat er beschikbaar (disposel) is.
Land (natuur): al de natuurlijke bronnen op aarde.
Arbeid (labour): de menselijke inspannen, zowel fysiek als mentaal.
Capital (kapitaal): de uitrusting om goederen te produceren (zoals machines).

Scarcity (schaarste) and choice (keuze)
We kunnen niet altijd voldoen aan al onze noden en alles wat we willen. De vraag naar
dingen is vaak groter dan de mogelijkheid om deze te vervullen. Scarcity (schaarste)
betekent dat de gemeenschap beperkte middelen heeft en we kunnen niet iedereen
geven wat hij/zij wil. Dit betekent dat een huishouden keuzes moet maken, kijken naar het
inkomen en vervolgens kijken wat er mee gedaan kan worden om aan onze noden te
voldoen.




Oikonomos: huishoudkunde



1

,Inleiding tot de micro-economie


10 principes van economie

Hoe mensen beslissingen nemen (micro-economie)
1. People Face Trade-offs. Mensen moeten keuzes maken. We moeten kijken naar alle
voordelen van de mogelijke keuzes en op basis daarvan een keuze maken. Equity
kijkt naar de mate waarin voordelen van uitkomsten eerlijk worden verdeeld over de
leden van de samenleving.

2. Opportunity Cost. De kosten van iets worden bepaald door datgene wat we opgeven
om het te krijgen. Alles heeft een kost, een waarde. Bv. Thuis studeren heeft een
waarde, maar naar de les komen heeft een hogere waarde. Waarde van het beste
alternatief = opportuniteitskost, er zijn altijd alternatieven.

3. Thinking at the Margin. Rationele mensen denken in de marge. Redeneren per
marge = stap voor stap bekijken. Bv. De kostprijs (ergernis leerkracht) neemt toe
wanneer je de les steeds meer stoort als je te laat komt.
Marginal changes: stapsgewijs
Economic agents: een organisatie, firma of een individueel die een impact heeft op
de economie.

4. Mensen reageren op prikkels (‘incentives’). Bv. Als je een punt zou krijgen voor te
laat te komen, dan komt iedereen de volgende keer te laat. Rationele agenten
veranderen gedrag als kosten of baten (voldoende) veranderen.

Hoe mensen interageren met elkaar (micro-economie)
5. Handel kan in ieders belang zijn. Uitwisseling met andere landen kan voordelig zijn
voor beide partijen. Dit is niet voor iedereen altijd het geval, goedkope import
bijvoorbeeld kan ervoor zorgen dat sommige mensen zonder werk komen te staan en
bedrijven zelfs failliet kunnen gaan.

6. Markten zijn vaak goede manier om economische activiteit te organiseren.
Economic system: de manier waarop bronnen worden georganiseerd en toegewezen
om aan de noden van de inwoners te voldoen.
Capitalist economic system: een systeem dat erop vertrouwt dat private eigendom
van fabrieken bij de productie van goederen, die door een prijs mechanisme zijn
gegaan en waar de productie draait om winst.
Kapitalisme is niet altijd goed voor iedereen, sommigen blijven arm terwijl anderen
rijk worden.
Market economy:
Planned economic system:

7. Overheden kunnen de resultaten van de markt soms verbeteren.
Market failure: een situatie waar schaarse middelen niet toegewezen worden aan
het meest nuttige. Kan veroorzaakt worden door externality en market power.
Externality: de beslissing van een persoon die voor zichzelf voordeel heeft maar niet
voor een ander persoon. Vb. Vervuiling.



2

,Inleiding tot de micro-economie


Market power: de mogelijkheid van een kleine groep agents (fabriek) die invloed
hebben op de marktprijzen.

Invloeden op economie als geheel (macro-economie)
8. De levensstandaard van een land hangt af van de mate waarin het land producten en
diensten kan produceren
9. Prijzen stijgen als de overheid teveel geld drukt
10. De samenleving staat voor een afweging op korte termijn tussen inflatie en
werkloosheid

Belangrijke begrippen

Economic activity
De interactie tussen ‘households’ (=huishoudens) and firms (=bedrijven), de hoeveelheid die
gekocht en verkocht wordt. Hoeveel er verkocht en gekocht wordt over een bepaalde
periode. Hoe meer er verkocht en gekocht wordt, hoe hoger de economische activiteit.

Economy
De volledige productie en uitwisseling die plaatsvinden.

Economics
Ze bestuderen de interacties tussen huishoudens en firma’s met betrekking tot uitwisseling.

Micro-economie
Bestudeert manier waarop huishoudens en bedrijven beslissingen nemen en hoe ze in
specifieke markten met elkaar omgaan. Micro-economie als manier van denken omtrent
individueel menselijk gedrag in het algemeen.

Macro-economie
Bestudeert fenomenen die de gehele economie bestrijken.
- Macro-economie als studie van macro-economische werkelijkheid
- Inflatie
- Economische groei
- Werkloosheid




3

,Inleiding tot de micro-economie




3. The market forces of supply and demand

Modellen zijn een manier om de werkelijkheid voor te stellen. Het eerste model dat we gaan
bestuderen is dat van vraag (demand) en aanbod (supply). Een belangrijk iets van een model
is voorspellingen maken. Dit model bekijkt hoe kopers en verkopers zich gedragen en hoe ze
in interactie treden. Het model toont hoe prijs een signaal kan zijn voor zowel kopers als
verkopers en helpt hen bij het maken van beslissingen. Het gaat over veronderstellingen.
Soms is het geen goede voorspelling op de realiteit, ‘the predictive power’ is gelimiteerd.
Anderen zeggen dat het model representatief is naar de waarde en biedt een nuttige
‘benchmark’ voor te vergelijken met andere markten. Als laatste voorziet het model een
kader om in de gedachten te treden van ‘economic agents’.


1. De markt & marktvormen

1.1 De marktwerking

Markt = verzameling van alle kopers en verkopers van een bepaald product.

De termen vraag en aanbod refereren naar het gedrag van mensen, hoe ze op elkaar
inwerken op de markt. De kopers van een groep bepalen de vraag van een product, de
verkopers bepalen het aanbod van de groep.

Wat kopers betalen voor een product is een reflectie van de waarde van dit product. Aan
welke prijs kopers het verkopen hangt af van de kosten tijdens de productie voorkomen met
nog enige winst.

Marktvormen Monopolie Oligopolie Monopolistische Volmaakte
concurrentie concurrentie
Belangrijkste ü 1 bedrijf ü Enkele ü Veel ü Veel
kenmerken… ü… bedrijven bedrijven bedrijven
ü Homogene ü Heterogene ü Homogene
of goederen goederen
heterogene ü… ü Bestaat niet
goederen echt in
ü… werkelijkheid,
ideaalbeeld
ü…

1.2 De marktwerking: assumpties (=veronderstelling)
Het model van vraag en aanbod veronderstelt volmaakte concurrentie (= competitive
market):
1. Veel vragers en veel aanbieders.


4

,Inleiding tot de micro-economie


2. Perfecte informatie (je weet perfect wat de prijs van graan nu is, wat het binnen een
week is, wat het binnen een jaar is…).
3. Vragers en aanbieders zijn prijsnemer (ze hebben niks te zeggen over de prijs, de
markt bepaalt de prijs). De kracht die ze hebben is niet groot genoeg om de prijs te
beïnvloeden. Ze kunnen de prijs niet aanpassen aangezien andere bedrijven exact
hetzelfde product aanbieden.
4. Homogene goederen (iedereen produceert dezelfde goederen).
5. Vragers en aanbieders handelen onafhankelijk. Ze bekijken enkel de eigen positie bij
het bepalen van de prijs.
6. Vragers en aanbieders nemen alle kosten en baten (benefits) in aanmerking.

à Dit is een ideaalbeeld, bestaat in werkelijkheid niet.

1.3 Marktmacht

Marktmacht = vrijheid om prijs te kiezen

Volmaakte concurrentie: prijsnemer, zij
hebben geen invloed op de prijs.

Monopolie: prijszetter, zij kiezen de prijs.




2. Vraag (demand)
2.1 De vraag

De individuele vraag = hoeveel een consument bereid (en in staat) is te kopen bij
verschillende prijzen.

De marktvraag = hoeveel alle consumenten samen bereid (en in staat) zijn te kopen bij
verschillende prijzen.

Geeft dus de hoeveelheid 𝑄 die gevraagd wordt als functie van de prijs 𝑝:
𝑄 = 𝑓(𝑝): "𝐻𝑜𝑒𝑣𝑒𝑒𝑙 𝑔𝑜𝑒𝑑𝑒𝑟𝑒𝑛 − 𝑄
− 𝑤𝑖𝑙𝑙𝑒𝑛 𝑐𝑜𝑛𝑠𝑢𝑚𝑒𝑛𝑡𝑒𝑛 𝑘𝑜𝑝𝑒𝑛 𝑏𝑖𝑗 𝑒𝑒𝑛 𝑔𝑒𝑔𝑒𝑣𝑒𝑛 𝑝𝑟𝑖𝑗𝑠"

Deze relatie kan worden geschreven als:
𝑝 = 𝑓 (𝑄 ):
"𝑊𝑒𝑙𝑘𝑒 𝑝𝑟𝑖𝑗𝑠 − 𝑝
− 𝑧𝑖𝑗𝑛 𝑐𝑜𝑛𝑠𝑢𝑚𝑒𝑛𝑡𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑟𝑒𝑖𝑑 𝑡𝑒 𝑏𝑒𝑡𝑎𝑙𝑒𝑛 𝑣𝑜𝑜𝑟 𝑒𝑒𝑛 𝑔𝑒𝑔𝑒𝑣𝑒𝑛 ℎ𝑜𝑒𝑣𝑒𝑒𝑙ℎ𝑒𝑖𝑑 𝑄? "
è De inverse (markt)vraag



5

, Inleiding tot de micro-economie


De individuele vraag
Hoeveel een consument bereid is te kopen bij verschillende prijzen.
Inverse vraag: hoeveel consument bereid is te betalen voor verschillende hoeveelheid 𝑞.

Vraagschema (Inverse) vraagcurve = grafiek dat het verband (Inverse)
tussen prijs en hoeveelheid weergeeft vraagvergelijking
Prijs Gevraagde 𝑝 =𝑎−𝑏∙𝑞
hoeveelheid
€6 0 1
𝑝 =6− 𝑞
€4 8 4
€3 12
€2 16
€1 20




Hogere prijs heeft 2 effecten:
1. Inkomenseffect – maakt armer.
Koopkracht daalt è hoeveelheid 𝑞 daalt
2. Substitutie-effect
Minder aantrekkelijk t.o.v. andere alternatieven è hoeveelheid 𝑞 daalt

Wet van de vraag:
Gevraagde hoeveelheid daalt als prijs stijgt.

We zeggen dat prijs en hoeveelheid inverse zijn. Als de prijs stijgt, wordt er minder
verkocht en omgekeerd.

De marktvraag
Hoeveel alle consumenten bereid (en in staat) zijn te kopen bij verschillende prijzen.
De marktvraag wordt verkregen door horizontale sommatie van de individuele vraagcurves.




De (inverse)marktvraag:




6

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauraverhulst1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $17.40. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53008 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$17.40  113x  sold
  • (16)
Add to cart
Added