100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting LIPS $8.35   Add to cart

Summary

Samenvatting LIPS

 17 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle lessen van LIPS in 2024

Preview 4 out of 53  pages

  • June 11, 2024
  • 53
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
LESSEN IN DE PSYCHOLOGIE VOOR DE SAMENLEVING (LIPS)

COLLEGE 1: DIVERSITEIT EN INCLUSIE – VAN ABSTRACTE THEORIE TOT “WIJZE”
INTERVENTIE
Prof. Jozefien De Leersnyder

1. INLEIDING
1.1. EEN AANTAL CIJFERS
 8: aantal mensen dat migreert naar ander land terwijl uitspreken deze zin
 30: per minuut
 1800: tegen eind lezing
 44.400: tegen morgen 11u
 16.200.000: per jaar
 Op dit moment: 3.8% van mensen leven in ander land dan land van opgroeien, vaak
op vlucht voor oorlog/vervolging, op zoek naar betere toekomst

België
 1/10 buitenlands paspoort
 1/3 in statistieken zo opgenomen
 ½ jongeren die migratie achtergrond hebben

1.2. DIVERSITEIT IS REALITEIT
Diversiteit betekent jammer genoeg nog niet inclusie

1.2.1. INCLUSIE?
 Op individueel niveau
o Ergens mogen bijhoren als jezelf, je thuis, gerespecteerd en gewaardeerd voelen
omwille van wie je bent
o Geen enkel van identiteiten of eigenheden moeten achterlaten en zijn wie je bent
en je zo gewaardeerd en thuis voelen in bepaalde context
o Studies:
 Noodzakelijke voorwaarde om tot leren, presteren en welzijn te komen
 Basis psychologische nood: nood aan belonging (belangrijk)
o Situeert zich niet alleen op individueel niveau maar ook kijken naar wat dit
betekent op niveau van context
 Op niveau van context:
o Gelijke uitkomsten, respect en waardering diversiteit, present at the party +
having a say in the music
 Gaat niet alleen over uitnodiging op feestje maar ook mogen helpen muziek
te kiezen  een stem hebben
o Studies:
 Sleutel tot fysieke en mentaal gezonde populatie, optimale benutting talent
 Centraal in sustainable development goals: basis democratie, welvaart,
kenniseconomie
 Als psycholoog ook belangrijk te werken aan de context en kijken naar de wederzijdse
invloed van individu en context op elkaar

2. KANSEN EN STRUCTURELE ONGELIJKHEDEN IN BELGIË
2.1. KANSEN
 Migratie heeft positief effect op ons bruto binnenlands product (slide 10)
 Diversiteit biedt kansen voor economie om te groeien
 Bedrijven die meer etnisch cultuur divers zijn gaan veel hogere company profits
behalen
o Gaat om innovatie: mensen met verschillende achtergronden hebben
verschillende perspectieven waardoor nieuwe ideeën ontstaan
 Kans op nieuwe ideeën: mensen met diverse achtergronden hebben hogere kans
 Veel opportuniteiten

2.2. STRUCTURELE ONGELIJKHEID

1

, Potentieel van diversiteit niet benut in onze maatschappij
 Impact op carrière na fantastische uitvinden: kleiner voor non-white en vrouwen
(onder 0) (slide 11)
 Armoede: 30% met migratieachtergrond gaan met lege brooddoos naar school
 Hogere kans op depressie, … ook hogere dorp-out

2.3. PRESTATIEKLOOF: SOCIALE KLASSE
 Systematische structurele ongelijkheid o.b.v. iemands afkomst
 Scores op wiskunde test: prestaties van wie ouders werkloos zijn of handenarbeid
doen  lagere scores (slide 12)
 Op ladder van beroepen: telkens hogere scores
 Scores op wetenschappen en leestest: kinderen uit Belgische meerderheidsgroep
scoren altijd significant hoger (slide 13)
 Middelbare school: lekkende pijplijn fenomeen (slide 14)
o 36.5% van Turkse of Marokkaanse migratieachtergrond zit nog maar in
voorbereidende richting op hoger onderwijs (enorme kloof)
o Ook enorm veel schooluitval

2.4. PRESTATIEKLOOF: MINDERHEDEN
 PIZA-data: verschil in PIZA-scores tussen jongeren met en zonder MA (slide 15)
 Verschil in Vlaanderen is keer op keer bij hoogste van alle OEZO-landen: kampioen
onderwijsongelijkheid
 Ongelijke instroom hoger onderwijs: hoeft niet zo te zijn in elke context (slide 16)
 Ongelijke doorstroom hoger onderwijs
o KU Leuven: “per extra diversiteitskenmerk waarover de student beschikt, daalt

de slaag- en diplomakans.”
o Universiteit van Amsterdam: “Studenten met MA hebben: hogere drop-out rate,
langere studie-duur en lagere slaagkansen.”

2.5. ONGELIJKE ARBEIDSMARKT
 Arbeidsmarkt: grote kloof tussen mensen met en zonder MA
 In ploegenstelsel werken: meer mensen met MA (ondergewaardeerde jobs) (slide 18)
 Werken met eigenlijk wel op niveau (slide 19)
o Roze stukjes: mensen hen opleiding ligt veel hoger dan werk dat ze mogen
uitvoeren in maatschappij  potentieel wordt niet optimaal benut
 Het is dus echt een structureel probleem want los van capaciteit
o IQ: jongeren met hoogste percentage van IQ met MA  schoolprestaties op
wetenschapstoets ligt op niveau van jongeren uit Belgische meerderheidsgroep
met een IQ dat onder het gemiddelde ligt (slide 20)
o Taal: maakt niet uit voor schoolprestaties bij kinderen met MA (slide 21)

2.6. BESLUIT
Structurele ongelijkheden zorgen ervoor dat jongeren en mensen met
migratieachtergrond hun potentieel niet optimaal kunnen realiseren
 Etnische kloof in inclusie/thuisvoelen (slide 23&24)
o Kloof in context vertaalt zich ook op niveau van individu
o Etnische minderheden voelen zich minder thuis op school
o Kloof in thuis voelen blijft zich herhalen
o Thuis voelen is enorm belangrijk: samenhang met prestaties  scores ongeveer
10 punten lager bij jongeren die zich niet thuis voelen
o Besluit: gebrek aan inclusie op structureel niveau wordt gereflecteerd in lage
gevoelens van inclusie op individueel niveau

3. HET “RAD VAN ONGELIJKHEID”, IMPLICIETE EN EXPLICIETE SIGNALEN VAN
UITSLUITING
3.1. RAD VAN ONGELIJKHEID
 In hart: systeem van racisme (slide 27)


2

, Het systeem van racisme als motor van verschillende uitsluitingsmechanismen die
ongelijke schoolprestaties en arbeidsmarktposities teweegbrengen
 En de verschillende uitsluitingsmechanismen die het systeem van racisme in stand
houden
 Racisme als systeem waarin mensen o.b.v. hen achtergrond worden ingedeeld
 Als we ervoor zorgen dat we processen kunnen tegengaan we ook deel van systeem
tegengaan

3.2. EXPLICIET SIGNAAL: DISCRIMINATIE
 Discriminatie: ongelijk behandelen van personen of groepen o.b.v. kenmerken die niet
relevant zijn in die situatie
 Vaak geworteld in vooroordelen
 Verregaande maatschappelijke gevolgen
 Niet relevant van de situatie: staat los van capaciteit, gaat puur over kenmerken die
niet belangrijk zijn
 Iemand met buitenlandse afkomst en vader met lager beroep: minder kans op A-
attest (slide 28)

3.2.1. DISCRIMINATIE EN THUISVOELEN
 Op niveau van jongeren: discriminerende klimaat kelderde hen gevoel van school
belonging en negatief effect op attitudes t.o.v. leren (vonden school minder
belangrijk)  negatief effect op prestaties (slide 29&30)
o Discriminerend school klimaat: individuele en gedeelde percepties van mate
waarin leerkrachten specifieke minderheidsgroepen discriminerend behandelen
 Effecten ook op meerderheidsleerlingen: wanneer zij merken dat er discriminatie
t.o.v. minderheidsleerlingen speelt, gaan zij zich ook minder thuis voelen
 Ook op niveau van school

3.3. IMPLICIETE SIGNALEN: VERWACHTINGEN, STEREOTYPEN,
MICRO-AGRESSIES/KWETSINGEN
 Spelen ook een rol in instandhouden of creëren van structurele ongelijkheden
 Zelfvervulllende voorspellingen: als leerkrachten verwachten dat bepaalde jongeren
minder gaan presteren  internaliseren en gaat ook uitkomen
 Stereotype bedreiging: activatie van stereotype gaat prestatie ondermijnen  angst
om aan stereotype te voldoen, heel veel energie gaat naar tegengaan van angst
waardoor dus prestatie vermindert
 Dagelijkse (vaak onbedoeld kwetsende) uitspraken (Bv.: “amai jij spreekt goed
Nederlands”  ook al is hij en zijn ouders hier geboren, geen compliment dus)

3.4. IMPLICIETE SIGNALEN IN DE CONTEXT: DIVERSITEITSIDEOLOGIEËN EN PRAKTIJKEN
 Rad van ongelijkheid altijd ingebed in context
 Assimilatie: Vlaamse cultuur is enige die er écht toe doet (want we zijn in Vlaanderen)
o Impliciete signaal: je moet je aanpassen en zo gaan we gelijkheid bewerkstelligen
o In schoolcontext: straf voor thuistaal, geen hoofddoek, druk om “Vlaams” te zijn,
witte middenklasse voorbeelden en rolmodellen
 Kleurenblind: etnisch-culturele achtergronden van mensen spelen geen rol (want
iedereen is uniek en gelijk)
o Impliciet signaal: negeren van iemands achtergrond en zo gaan we gelijkheid
bewerkstelligen
o In schoolcontext: geen taalbeleid, “neutraal”/geen religie, cultuur heeft geen
plaats, alle kennis, praktijken, voorbeelden en rolmodellen zijn “neutraal”
 Pluralisme: verschillen in socio-culturele achtergronden en identiteiten van mensen
zijn een meerwaarde
o Impliciet signaal: erkennen en omarmen en zo gaan we gelijkheid bewerkstelligen
o In schoolcontext: thuistaal is meerwaarde, alle religies welkom, culturen zijn een
rijkdom, diverse bronnen van kennis, voorbeelden en rolmodellen

3.4.1. IMPACT PRESTATIE LAGER ONDERWIJS
 Alle effecten van assimilatie zijn negatief

3

,  Meer kleurenblind beleid: schoolprestaties van minderheden onderuitgehaald, geen
effect op meerderheden (slide 35)
 Meer pluralisme: kloof in onderwijsprestaties gedicht
 Positieve effecten manifesteren zich ook bij meerderheden
o Jongeren met en zonder MA: schoolprestaties hoger wanneer racisme wel
besproken wordt (slide 36)

3.4.2. IMPACT PUNTEN MIDDELBAAR
 Meer kleurenblinde praktijken: prestatiekloof ontstaan op punten van Nederlands 1
jaar later (slide 37)
 Pluralistische praktijken: prestaties gaan omhoog

3.4.3. IMPACT THUISVOELEN MIDDELBAAR
 Negatieve effecten kleurenblindheid en positieve effecten pluralisme: ook belangrijk
wanneer gevraagd naar thuis voelen op school (slide 38)

3.5. BESLUIT
 Rad van ongelijkheid draait op volle toeren
 Expliciete uitsluiting zoals discriminatie maakt groot verschil
 Maar ook impliciete uitsluiting versus inclusie via diversiteitsideologieën en praktijken
kunnen een écht verschil maken

4. INTERVENTIES OM HET RAD TE STOPPEN EN INCLUSIE TE BEVORDEREN
Ook letten op wat er gebeurt in context aan impliciete signalen om ervoor te zorgen dat
mensen zich kunnen thuis voelen

4.1. INCLUSIE BEVORDEREN
Inclusie definiëren op twee niveaus, ook
interventies op deze manier opzetten
 Op individueel niveau
o Ergens mogen bijhoren als jezelf, je thuis,
gerespecteerd en gewaardeerd voelen
omwille van wie je bent
o Zaadjes planten en verzorgen
 Op niveau van context
o Gelijke uitkomsten, geen discriminatie of uitsluiting, seat at the table en “ook de
muziek mogen kiezen”
o Vruchtbare bodem creëren
 Plant een zaadje: interventies die belonging versterken

4.1.1. “WISE” INTERVENTIONS
 Principe: “Changing students’ lay theories about ability and achievement to improve
students’ academic outcomes”
o Vaak theorieën over vaardigheden, intelligentie, …
o Theorieën gaan we veranderen: psychologisch proces aan de gang (ik zit hier op
mijn plaats en ik kan gebruik maken van voorzieningen die er zijn)  prestaties
opkrikken
o Vijf interventies
 Interventie 1: model van diversiteit (slide 46)
o Geen boodschap: prestatiekloof gaat zich doorzetten
o Kleurenblind: situatie verandert niet (waarschijnlijk omdat mensen voelen dat
praktijk anders is)
o Multicultureel: prestatiekloof verdwijnt wanneer ze boodschap krijgen dat hen
achtergrond er wel toe doet  zaadje gepland in hoofd: jij mag erbij komen,
universiteit verwelkomd jou
 Prestatiekloof verdwijnt in multicultureel klimaat
 Interventie 2: model van zelf (slide 47)
o Eerste generatie: lagere prestatie dan mensen die wel gesocialiseerd zijn met
onafhankelijke ideeën

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller julietielemans. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62491 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.35
  • (0)
  Add to cart