Samenvatting AK H3:
Par. 3.1: Water in beweging:
De kringloop van het water: In een korte kringloop beweegt het water sneller dan in een lange
kringloop. Bij de korte kringloop komt het verdampte zeewater weer direct als neerslag in dezelfde
zee terecht. Bij de lange kringloop komt regen of sneeuw wel op het vasteland terecht. Het duurt in
het uiterste geval miljoenen jaren voor het water weer in zee komt. De verdeling van het water in de
kringloop: Maar liefst 70% van het aardoppervlak is bedekt met water. In de aardmantel zit ook nog
eens 15 keer zoveel water als in alle oceanen samen. Zoet water is er niet veel. Zout water is slecht
voor je, en met bevroren water kan je ook niet veel. Van al het water op aarde is maar 1% zoet en
bereikbaar voor de mens. Je kunt water ook indelen in oppervlakte- en grondwater.
Oppervlaktewater is water dat je kunt zien, dus in oceanen en rivieren. Grondwater kan je niet met
het blote oog zien. Het is in de bodem en in gesteenten getrokken. Ook kan water in landijs of
gletsjers zitten. Ongeveer 69% van het zoete water zit vast in ijs. Er zit ook nog water in de
atmosfeer. Droge en natte gebieden: Ook heb je water nodig om te koken, wassen, en voor het
toilet. Niet overal op aarde is zoveel water beschikbaar. Sommige gebieden zijn te droog. In sommige
gebieden valt alleen water in de winter. De akkers liggen dan braak, en veel water stroomt
ongebruikt terug naar zee. Ook veel water valt in gebieden waar niemand woont. Er wordt ook veel
water verspild. Regenwater kan bijvoorbeeld gebruikt worden om het terras te schrobben of het
toilet te spoelen. Nu loopt het vaak recht het riool in.
Par. 3.2: Water in balans:
De waterbalans: de gemiddelde burger kan per jaar over ongeveer 15 miljoen liter water beschikken.
Maar dat valt niet altijd op de juiste plek/moment. Hoeveel water een gebied binnenkomt en er weer
uitgaat, kun je zien op de waterbalans. Er zijn 4 manieren hoe een gebied aan water kan komen:
1. Door neerslag. De neerslag is zeer ongelijk verdeeld. In NL valt zo’n 660 m 3 per inwoner; in
Egypte maar 50 m3. Veel van die neerslag verdampt meteen. Hier is de nuttige neerslag (het
verschil tussen neerslag en verdamping) vaak klein. De nuttige neerslag infiltreert ook.
Samen met de vegetatie werkt de bodem als een spons. Als het nat is wordt water
opgeslagen, en als het droog is komt het weer vrij. Maar nu wordt het water snel afgevoerd
door riolen sloten en rivieren. Door ontbossing en uitbreiding van het bebouwde gebied kan
het water steeds minder in de grond zakken.
2. Aanvoer van water uit andere gebieden. Nederland ontvangt door zijn ligging aan de rand
van het continent veel rivier- en grondwater.
3. Door de aanvoer van fossiel water, of ‘oud’ water. Veel gebieden hebben een aquifer, een
waterhoudende laag in de ondergrond. In Libië is een pijpleidingennet van 5000 km wat
water naar de steden brengt.
4. Door de aanvoer van virtueel water; denkbeeldig water dat verborgen zit in producten die je
importeert. Het is de hoeveelheid water die nodig is om een product te maken. Een
Nederlander verbruikt 1,5 miljoen liter water zonder de kraan open te draaien.
Duurzaam waterbeheer: Zoet water wordt steeds schaarser, we moeten er steeds zuiniger mee
omgaan. Belangrijk hierbij is het onderscheid tussen vernieuwbaar water en niet-vernieuwbaar
water. Bij vernieuwbaar water wordt de watervoorraad steeds in het tempo aan gevuld waarop je
water aan de natuur onttrekt. Vernieuwbaar water raakt niet op, er is sprake van watergebruik. Bij
fossiel water is sprake van niet-vernieuwbaar water. Dat duurt namelijk heel lang. Het water raakt
dan op, er is sprake van waterverbruik. Nederland gebruikt nog geen 10% van zijn vernieuwbare
voorraad water. Egypte bijna 100%. Als je alleen je vernieuwbare voorraad water gebruikt, doe je aan
duurzaam waterbeheer.
, Par. 3.3: Soms te veel:
Risicogebieden voor overstromingen: Niet elk gebied loopt evenveel risico om overstroomd te
worden. Wereldwijd kennen de volgende soorten gebieden een groot overstromingsrisico:
1. Rivier- en kustvlakten. Maar liefst 70% van de bevolking woont langs de kust. Vooral de
delta’s zijn een geliefde plaats. Vaak is daar de dreiging van een overstroming.
2. Gebieden aan de voet van een gebergte met een rotsige ondergrond. Bij hevige regenval
trekt hier bijna geen water in de bodem. Dan komt al het water in de rivier, en die is vaak te
klein om deze piekafvoer op te vangen.
3. Gebieden waar het afsmelten van de sneeuw samenvalt met hevige regenval in de zomer.
4. Gebieden waar tropische orkanen huishouden. Een tropische orkaan zorgt voor hevige
regenval en blaast het water tegen de kust op.
5. Gebieden waar stroomopwaarts ontbossing plaatsvindt. Bij hevige regenval is er geen bos
meer, zodat het water meteen naar de rivier stroomt.
6. Gebieden die door stedelijke bebouwing verstenen.
7. Gebieden met bodemdaling door het oppompen van grondwater.
Bij de eerste 4 komt het door de natuur, bij de laatste 3 door de mens. Het aantal overstromingen
neemt toe: Het klimaatbureau denkt dat in 2050 de zeespiegel 20cm gestegen zal zijn. Opwarming
van de atmosfeer, zorgt voor opwarming oceanen. Hierdoor stijgt meer water op, en dat leidt tot
zware stormen met hevige neerslag. In de rivierdelta’s komen alle effecten van de opwarming bijeen:
extreme stormen, zeespiegelstijging, smeltende gletsjers. Het aantal overstromingen zal toenemen
door opwarming van de aarde, ontbossing, verstening, bedijking en bodemdaling. De gevolgen van
overstromingen: Bij overstroming denk je al snel dat de meeste slachtoffers omkomen door
verdrinking of onderkoeling. Maar meer mensen sterven door honger, of besmettelijke ziekten.
Maatregelen tegen overstromingen: Op korte termijn:
Dijken, dammen en bufferbassins aanleggen;
Het weer in het gehele stroomgebied in de gaten houden;
Burgers voorlichten en trainen;
Drinkwater en voedsel veiligstellen.
Op lange termijn:
De rivier niet langer opsluiten tussen dijken;
Versterkte broeikaseffect verminderen: om zeespiegelstijging en extremer weer te
voorkomen;
Een vestigingsbeleid waarbij mensen zoveel mogelijk geweerd of verplaatst worden uit
risicogebieden.
Par. 3.4: Vaak te weinig:
Van waterstress naar wateroorlog?: op de meeste plekken op aarde zal de waterbeschikbaarheid en
kwaliteit afnemen. Egyptenaren hebben 1.100.000 liter water nodig. In rijke landen nog meer. De
vraag naar water zal stijgen, maar het aanbod blijft gelijk. Een gevolg is dat op veel plaatsen de
waterstress-dat is een tekort aan water- zal toenemen. Er kan sprake zijn van een fysiek
watertekort, dat er gewoon te weinig water is om aan de behoefte te voldoen. Ook kan er sprake zijn
van een economisch watertekort. Dan is er te weinig geïnvesteerd om het aanwezige water bij de
mensen te brengen. Turkije ruziet al jaren met haar buurlanden Syrië en Irak over het beheer van het
water van de Eufraat en de Tigris. Elke partij heeft in dit conflict haar eigen principe. Bij territoriale
soevereiniteit, waarbij het water eigendom is van de staats waar het door heen stroomt. Je spreekt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ElisadeWit. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.