Tentamen sociaal recht tweede kans 19 juli 2016 met antwoorden
64 views 1 purchase
Course
Sociaal recht
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Hierbij een oefententamen met antwoorden voor het vak Sociaal Recht.
Dit vak wordt gegeven gedurende de opleiding Postmaster Accountancy.
Met behulp van de oefententamens (zie mijn andere uploads) heb ik mijn tentamen in 1x gehaald.
Veel succes!
Tentamen sociaal recht tweede kans 19 juli 2016 antwoordindicatie open vragen
Casus 1 (50 punten)
André werkt reeds zestien jaar tot grote tevredenheid van zijn werkgever als accountmanager bij
de hypotheekafdeling van een grote bank op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde
tijd. De bank heeft een streng integriteitsbeleid. Een medewerker moet ‘brandschoon’ zijn. Zo niet,
dan volgen sancties. Dit beleid wordt in de praktijk strikt gehandhaafd.
André is in zijn vrije tijd een fanatiek voetbalfan. Elke zaterdag en zondag is hij te vinden langs de
lijn bij voetbalvereniging Oost. Op een zeker moment raakt hij in gesprek met de voorzitter van de
club. Deze blijkt nog op zoek naar een nieuw bestuurslid. Gelet op zijn betrokkenheid bij de club en
zijn achtergrond bij de bank, acht de voorzitter André de ideale kandidaat voor het
penningmeesterschap. André wordt vervolgens door de ledenvergadering benoemd tot bestuurslid.
Privé gaat het dan voor André volledig verkeerd. Door eigen schuld rijdt hij met zijn auto tegen een
vangrail. De auto is total loss. Geld voor vervanging heeft André niet. Hij heeft al zijn spaargeld
gestoken in aandelen, waarvan de waarde gigantisch is gekelderd. Om een nieuwe auto te kunnen
kopen, ‘leent’ hij, zonder het bestuur daarin te kennen, € 10.000 van de bankrekening van de
voetbalvereniging. Het is zijn bedoeling dit bedrag over enkele maanden terug te betalen, maar zijn
misstap wordt al na enkele weken ontdekt. André wordt op 20 juni 2016 met onmiddellijke ingang
geschorst als bestuurslid.
Situatie I
Als de bank enkele dagen later op de hoogte komt van de affaire, besluit zij over te gaan tot een
ontslag op staande voet. Op 29 juni 2016 wordt André met onmiddellijke ingang ontslagen vanwege
zijn misdragingen als bestuurslid bij voetbalvereniging Oost en de reputatieschade die de bank als
gevolg daarvan kan ondervinden. Daarbij wordt verwezen naar het strenge integriteitsbeleid dat de
bank voert.
a. Wat kan André tegen het ontslag op staande voet doen? Bespreek de diverse mogelijkheden
en geef daarbij tevens aan in hoeverre deze kunnen cumuleren.
Antwoordindicatie
(30 punten) De cursieve passages zijn ingevoegd in verband met regelmatig gemaakte fouten
André kan ter discussie stellen dat het ontslag op staande voet voldoet aan de voorwaarden van art.
7:677. Als daaraan niet is voldaan, had de bank schriftelijke instemming van André nodig om op te
kunnen zeggen: art. 7:671. Immers de in lid 1 sub c van die bepaling opgenomen uitzondering, is in dat
geval niet van toepassing. Vanwege het ontbreken van die instemming, kan André de kantonrechter
op grond van art. 7:681 lid 1 onder a verzoeken a. de opzegging te vernietigen of b. een billijke
vergoeding toe te kennen (voor het toekennen van een billijke vergoeding hoeft in dit geval niet te
worden beoordeeld of sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever; dat
wordt verondersteld). Kiest André voor vernietiging, dan blijft de arbeidsovereenkomst in stand en
, kan hij loondoorbetaling (art. 7:628) en feitelijke tewerkstelling (art. 7:611) vorderen. Kiest André
voor de billijke vergoeding, dan leidt de opzegging wel tot het einde van de arbeidsovereenkomst op
29 juni. In dat geval kan André naast de billijke vergoeding tevens aanspraak maken op de
onregelmatigheidsvergoeding van art. 7:672 lid 9, die gelet op art. 7:672 lid 2 sub d in dit geval gelijk is
aan vier maandsalarissen. (Niet de vergoeding van 7:677 lid 2; dat is een vergoeding waarvoor de
bank in aanmerking komen als het een terecht op staande voet gegeven ontslag betreft. Ook niet de
vergoeding van art. 7:677 lid 4; die is slechts aan de orde bij een tussentijds niet-opzegbaar bepaalde-
tijdcontract). Naast de billijke vergoeding en onregelmatigheidsvergoeding kan André proberen
aanspraak te maken op de transitievergoeding. Hij is immers meer dan twee jaar in dienst geweest en
de arbeidsovereenkomst wordt door de werkgever opgezegd (art. 7:673 lid 1). De vergoeding is echter
niet verschuldigd wanneer de opzegging het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van
de werknemer (art. 7:673 lid 7 sub c). Ook in dat laatste geval is een transitievergoeding overigens
niet uitgesloten, wanneer het niet toekennen ervan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid
onaanvaardbaar is (art. 7:673 lid 8).
Uiteenzettingen over de vraag of in casu sprake was van een dringende reden (De Man met de Hamer-
arrest) waren voor de maximale score bij vraag a niet nodig. Zij waren wel van belang bij het
antwoord op vraag b en zijn daarom daar gewaardeerd, ook als die uiteenzettingen onder a waren
opgenomen.
Situatie II
Stel dat de bank in de affaire aanleiding ziet André voor de keuze te plaatsen: of hij tekent een
beëindigingsovereenkomst, of men gaat over tot een ontslagprocedure. André besluit daarop op 29
juni 2016 om in te stemmen met de beëindigingsovereenkomst, waarin de arbeidsovereenkomst
met ingang van 1 november 2016 met wederzijds goedvinden wordt beëindigd wegens een ‘niet
aan een van partijen toe te rekenen verstoorde arbeidsverhouding’. Tot dat moment is hij
vrijgesteld van werkzaamheden. André schrijft zich vervolgens in als werkzoekende en vraagt bij
het UWV een WW-uitkering aan.
b. Komt André in aanmerking voor een WW-uitkering?
Antwoordindicatie
(totaal 20) De cursieve passages zijn ingevoegd in verband met regelmatig gemaakte fouten
Bij deze vraag moet eerst worden bezien of André voldoet aan de voorwaarden voor het recht op
uitkering en vervolgens of hij dat recht geldend kan maken. De voorwaarden voor het ontstaan van
een recht op uitkering zijn neergelegd in art. 15, 16, 17 en 19 WW. André is werknemer, verliest
ingaande 1 november al zijn arbeidsuren en is, gelet op zijn inschrijving als werkzoekende,
beschikbaar voor arbeid. Ook aan de referte-eis van art. 17 is ingaande 1 november voldaan. (Dat
André in de periode daaraan voorafgaand is vrijgesteld, betekent niet dat die weken niet meetellen.
Van arbeidsuren is immers ook sprake wanneer feitelijk niet wordt gewerkt, maar wel recht op loon
bestaat. Zie art. 1a WW.) Er is geen sprake van een uitsluitingsgrond als bedoeld in art. 19. Dus
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Bk-VU. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.