Dit is een volledige samenvatting van de leerstof voor het examen Kwantitatieve Onderzoeksmethodes, gegeven door Dirk Pijpops, in de tweede bachelor Taal- en Letterkunde aan de UA. Ik was na het studeren van deze samenvatting geslaagd in eerste zit.
Kwalitatief onderzoek: gefocust op woorden en betekenissen, data wordt rechtstreeks
geanalyseerd (door bv. diepte-interviews met ervaringsdeskundigen)
→ Bv. Enkele lezersbrieven in kranten over taal nauwgezet bestuderen: welke
thema’s komen aan bod?
Kwantitatief onderzoek: richt zich op numerieke data en statistiek, data wordt eerst
verwerkt tot een gestructureerde, kwantificeerbare dataset en vervolgens statistisch
geanalyseerd en geïnterpreteerd (door bv. grafieken, kaarten, p-waardes)
→ Bv. Een grote verzameling lezersbrieven (automatisch) categoriseren in die
thema’s en dan een diachrone vergelijking maken.
Combinatie kwalitatief en kwantitatief = mogelijk
Fundamenteel onderzoek: wil een antwoord geven op een onderzoeksvraag zuiver vanuit
wetenschappelijke nieuwsgierigheid
- Praktische toepassingen enkel mogelijk op langere termijn (alleszins niet in zicht)
→ Bv. Wat leidde tot de opkomst van de zwakke werkwoordelijke
vervoeging in het Germaans? Waarom verschijnt een optioneel voorzetsel
vaker voor complexe constituenten? Kunnen we het Brout-Englert-Higgs-
boson waarnemen?
Toegepast onderzoek: wil iets nuttigs doen
- Computationele toepassing ontwikkelen of verbeteren
→ Bv. plagiaatopsporing, auditieve zelftesten
- Maatschappelijk relevant inzicht bekomen
→ Bv. Hoe kunnen we Belgische administratieve terminologie het best
vertalen / uitleggen aan immigranten?
LES 2 (oefeningen op BB)
Empirisch onderzoek: data toont de werkelijkheid
→ Bv. Hoe heeft COVID zich in Europa vs. in China verspreid?
→ In de taalkunde: Hoe verloopt de opkomst van de zwakke verleden tijd in het
Engels, Duits en Nederlands?
- Experimenteel onderzoek: je bouwt als onderzoeker zelf de setting waarin je je
observaties doet
→ In de taalkunde: Herhaal de zinnen van deze twee Duitse sprekers
waarbij de naamvalsmarkeringen na wegen en während onhoorbaar zijn gemaakt.
→ Voordeel: strikte controle over context
- Observationeel onderzoek: je vertrekt van systematische observaties van de
werkelijkheid die je als onderzoeker zo min mogelijk probeert te verstoren
→ In de taalkunde: Is er een registerverschil in het gebruik van de datief en
genitief na wegen en während, en zo ja, hoe groot is dat?
→ Voordeel: ecologische validiteit (resultaten ook toepasbaar op echte
wereld)
, - Meer continuüm dan scherpe tweedeling
→ Bv. enquêtes (typisch kwantitatief), diepte-interviews (typisch
kwalitatief), panelstudies (beide)
Simulationeel onderzoek: data toont hoe de werkelijkheid er zou uitzien volgens theorie
→ Bv. Hoe snel of traag verspreidt COVID zich in een populatie van 200 mensen over
verschillende aannames?
→ In de taalkunde: Kan de graduele, frequentie- en klasse-afhankelijke opkomst
van de verleden tijd verklaard worden door enkel haar algemene
toepasbaarheid?
Kwalitatief onderzoek = (bijna) altijd empirisch
Kwantitatief onderzoek kan empirisch of simulationeel zijn
Hypothese-toetsing (binnen observationeel onderzoek): start van een theorie, stel op basis
van die theorie een hypothese op, en test die aan de hand van data (= theorie-gedreven)
- Bevestigt of weerlegt een hypothese (of nulhypothese)
- Bv. Complexiteitsprincipe: als er meer en minder expliciete grammaticale opties zijn,
krijgen de meer expliciete opties bijna altijd de voorkeur in grammaticaal meer
complexe contexten (elementen die complexer zijn wat de bouw betreft hebben de
neiging verder naar achteren in de zin te komen dan minder complexe elementen)
→ Bv. optionele voorzetsels worden meestal vaker gebruikt als de
daaropvolgende constituent complex is (om taalproductie te
vergemakkelijken, taalproduct heeft meer tijd nodig om een complexe
constituent op te bouwen en voorzetsel geeft tijd)
Hypothese-generatie (binnen observationeel onderzoek): start van data, zoek in de data
naar tendensen, vind een tendens en bedenk een verklaring daarvoor op basis van theorie
(= data-gedreven)
- Levert een hypothese op, die je daarna opnieuw kunt toetsen → minder
overtuigend dan hypothese-toetsing omwille van willekeurige valse tendensen in
dataset
- Bv. Diachrone dataset met aanvullingen van forgot / remember + bijzin tussen
1635-1672 uit het EMMA-corpus: Zijn er bepaalde bijzinnen of auteurs die
in die tijdspanne een sterke verandering vertonen? → bekijken hittekaart
→ hypothese: Whiston gaat naarmate hij ouder wordt ook bij andere
taalveranderingen meer ‘reactionair’ taalgebruik vertonen
Data-gedreven wordt soms gebruikt in de betekenis ‘we gebruiken heel veel data’, maar dat
is een ONJUIST gebruik van de term
- big data: veel data, maar beheersbaar met traditionele statistische technieken
- Big Data: terrabites en petabites, aangepaste technieken nodig
Niet doen: hypotheses testen aan de hand van dezelfde data waarmee ze gegenereerd zijn
- Verhoogt de kans op een type I-fout enorm: bevestiging van een onjuiste hypothese
= post-hoc theorizing
LES 3 + 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller charlotvandenbogaert. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.89. You're not tied to anything after your purchase.