Week 1:
De bronnen van het materiële strafrecht benoemen;
Wetboek van Strafrecht, jurisprudentie, verdragen, rechtsbeginselen en literatuur.
Uitleggen wat het materieelrechtelijke legaliteitsbeginsel inhoudt;
Nulla poena ‘materieelrechtelijke legaliteitsbeginsel’ (art. 16 GW, art. 1 Sr en art. 7 EVRM):
- Straf moet berusten op een wettelijke bepaling (art. 1 Sv)
- Verbod van terugwerkende kracht
*Voorbeeld: Stel je begaat vandaag een misdrijf, maar dat misdrijf wordt pas
morgen strafbaar gesteld, dan kun je hier niet voor gestraft worden. Hetzelfde
geldt met de opgelegde straf, deze was destijds max 20 jaar en dan kan deze
niet met de nieuwe wetswijziging nog opgeschroefd worden naar 30 jaar.
- Bestimmtheitsgebot: geen vage termen in het strafrecht, burgers moeten weten
waar ze aan toe zijn.
- Het verbod van analogische interpretatie: je mag de wet niet uitbreiden. De rechter
moet zich strikt houden aan de wet.
Het beginsel ‘geen straf zonder schuld’ toelichten;
‘Geen straf zonder schuld’
Schulduitsluitingsgrond: neemt de verwijtbaarheid weg. Dan geen straf.
Onschuldpresumptie: verdachte is onschuldig tot het tegendeel is bewezen (art. 6 lid 2
EVRM).
De doelen en functies van straffen beschrijven en deze in een rechterlijke uitspraak
herkennen.
Absolute theorieën:
- Vergelding: straffen omdat iemand iets mis heeft gedaan. [Straf]
Relatieve theorieën
- Generale preventie: maatschappij afschrikken om hetzelfde te doen en rust in de
maatschappij terugbrengen. [Strafoplegging]
- Speciale preventie: zorgen dat het individueel het niet meer doet. [Bijkomende
straffen + maatregelen]
Let op! Iets strafbaar stellen mag ook op lagere regelgeving, in tegenstelling tot iemand
straffen. Dit mag alleen de formele wetgever.
Uitleggen welke leer de Hoge Raad aanhangt als het gaat om strafrechtelijke toerekening van
gedrag en deze toepassen op een casus
Causaliteit:
Is de leer van oorzaak en gevolg. De relatie tussen twee gebeurtenissen is te beschrijven als
oorzaak en gevolg. Er bestaat geen wettelijk criterium, omdat de wetgever ervoor gekozen
heeft dit niet in de wet te regelen. Het is aan de rechtspraak overgelaten om hier een grens
te trekken.
De huidige leer: HR Letale longembolie (redelijke toerekening) er is sprake van een
causaal-verband als de gedraging in redelijkheid aan je kan worden toegerekend. Deze toets
voor het vaststellen van de causaliteit is nogal vaag, omdat het de vraag openlaat
wanneer iets nou redelijk is. Dit wordt ingekleurd door (samenvatting van al die leren die je
vroeger had).
- Conditio sine que non: de handeling moet de basis zijn geweest voor de uitkomst.
Oftewel, was de gedraging noodzakelijk voor het gevolg?
, Leerdoelen materieel strafrecht
*Noodzakelijke factor: als zonder de gedraging van de verdachte het verboden
gevolg toch zou zijn ingetreden, dan kan het gevolg al op voorhand niet aan de
verdachte worden toegerekend. = ondergrens.
- Causa proxima (Slagkwikpijpjes arrest; te veel tussenschakels): alleen de
dichtstbijzijnde schakel mag als oorzaak worden aangmerkt. Voldoende oorzaak-
gevolg.
- Voorzienbaarheid (Etalageruit-arrest; onvoorzienbaar).
Dit is allemaal verder verfijnd in het HIV arrest:
Alternatieve causaliteit: HR Groninger HIV.
1) De gedraging moet een onmisbare schakel kunnen hebben gevormd in de
gebeurtenissen (ondergrens) EN
2) Het moet aannemelijk zijn dat het gevolg met een aanzienlijke mate van
waarschijnlijkheid door de gedraging van verdachte is veroorzaakt (redelijkheid).
Dit hangt af van de concrete omstandigheden van het geval. Hierbij worden de
volgende hulpmiddelen gebruikt:
o De gedraging moet naar haar aard geschikt zijn om het gevolg teweeg te
brengen.
o Bovendien moet uit ervaringsregels blijken dat de gedraging heeft geleid tot
het intreden van het gevolg.
o Is aannemelijk geworden dat een alternatieve oorzaak hoogstwaarschijnlijk
niet tot het gevolg heeft geleid? = dit wordt aangedragen door de
verdediging. Is dat redelijk, zou dat kunnen?
Week 2:
Van een willekeurige delictsomschrijving de verschillende bestanddelen onderscheiden;
Zie eerder leerdoel.
Strafbare feiten kwalificeren;
Vier voorwaarden strafbaar feit:
1) Menselijke gedraging (gewilde spierbeweging) Bestandde
2) binnen een delictsomschrijving (wet) vallen el
3) is de gedraging wederrechtelijk (in strijd met de wet) rechtvaardigheidsgrond,
dan is hij niet wederrechtelijk. Elemente
n
4) aan schuld te wijten (verwijtbaar) schulduitsluitingsgrond, dan is het niet
verwijtbaar.
Uitleggen wat de elementen van een strafbaar feit zijn;
Zie eerder leerdoel.
Het belang van het zorgvuldig opstellen van een tenlastelegging toelichten;
Als de tenlastelegging niet juist is, en bijvoorbeeld de datum niet klopt, dan kan het ten laste
gelegde feit niet bewezen worden, dan ontbreken de bewijsmiddelen. Dit leidt bij de 1 e
materiele vraag tot vrijspraak.
En op basis van de ne bis in idem regel, kun je niet twee keer voor hetzelfde feit vervolgd
worden.
Uitleggen welke leer de Hoge Raad aanhangt als het gaat om strafrechtelijke toerekening van
gedrag en deze toepassen op een casus;
4 Materiële vragen (rechterlijk beslismodel) art. 350 Sv:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shanthi. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.