100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Volledige samenvatting boekhoud- en jaarrekeningenrecht $10.07
Add to cart

Summary

Volledige samenvatting boekhoud- en jaarrekeningenrecht

3 reviews
 353 views  19 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting van het vak Boekhoud- en jaarrekeningenrecht, gedoceerd door T. Wera in tweede bachelor Rechten (aan de VUB). Deze samenvatting is gebaseerd op de slides, de syllabus aangevuld met lesnota's. Ik was er met het enkel leren van deze samenvatting goed door (zelfs zonder de oe...

[Show more]

Preview 3 out of 58  pages

  • July 17, 2019
  • 58
  • 2018/2019
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: benedicte17 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: lawstudentvub • 3 year ago

review-writer-avatar

By: chaymaesafir • 3 year ago

avatar-seller
Boekhoud- en jaarrekeningenrecht: samenvatting
theorie.
_____________________________________________________________________

Deel 1. Achtergrond
Hoofdstuk 1. Ontstaan en evolutie van het boekhoudrecht

Het principe van boekhouden bestond reeds in de oudheid en de middeleeuwen. De eerste juridische
bepalingen met een boekhoud rechterlijke inslag zijn ontstaan vanuit een in de praktijk gegroeide
noodzaak voor kooplieden om zichzelf betrouwbare gegevens te verschaffen teneinde hun
veelvuldige onderlinge verrichtingen te kunnen bewijzen. Er ontstond een gewoonterecht rond
nummering, parafering,…

Het gewoonterecht dat ontstond werd uiteindelijk bevestigd door de ordonnantie van Colbert a.k.a.
Code de Savary a.k.a. Ordonnance du Commence de terre

In de loop van de 16 e eeuw werd het voeren van een boekhouding gekoppeld aan het
faillissementsrecht.

De afwezigheid van boeken of van een inventaris werd als een vermoeden van een frauduleus
faillissement beschouwd

Het voormelde vermoeden werd in het juridische denken geïntroduceerd door de ordonnantie van
Orléans van 1560 en naderhand bevestigd door de ordonnantie van Colbert van 1673.

Vervolgens werden deze bepalingen ingeschreven in het Wetboek van Koophandel.

N.a.v. de 19e-eeuwse revolutie heeft het boekhoudrecht enorm aan belang gewonnen. Samen met
deze revolutie ontstonden immers grotere kapitaalvennootschappen waarvan het vermogen en het
bestuur werden afgescheiden van de aandeelhouders (die nog louter optraden als
vermogensverschaffers).

Vanuit deze evolutie ontstond een behoefte aan financiële informatieverstrekking om alle bij een
dergelijke vennootschap betrokken actoren op de hoogte te brengen van het reilen en zeilen van de
ondernemingsactiviteit.

De wet van 18 mei 1873 legde aan het bestuursorgaan van de vennootschappen de verplichting op
om jaarlijks zowel een balans als een verlies- en winstrekening op te stellen. Deze wet voorzag ook in
een openbaarmakingsverplichting van de boekhoudkundige stukken (toen nog in de Bijlagen van het
Belgisch Staatsblad).

Tijdens de economische en financiële hoogconjunctuur die West-Europa doormaakte op het einde
van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw bleek de wet van 18 mei 1873 niet voldoende meer.

 De wet van 25 mei 1913 heeft dit deels willen opvangen.

Maar: de grote hervorming in het boekhoudrecht kwam er pas rond 1975.

Na WOII groeide ook het besef dat een onderneming meer is dan een louter patrimonium waaruit
winst of verlies voortkomt. Het concept “onderneming” werd meer en meer vanuit macro-
economisch oogpunt beschouwd, in die zin dat elke onderneming vanaf dat ogenblik als een schakel
wordt opgevat die een invloed heeft op de welvaart van de hele samenleving.

,  Vanuit die aangepast benadering wordt het vermogen van de onderneming eerder in termen
van economisch nut beschouwd dan in termen van te realiseren waarden.

In een dergelijke visie wordt dan ook verwacht dat elke onderneming verantwoording aflegt t.a.v.
alle partijen die betrokken zijn bij het ondernemingsgebeuren (ook externen). Het gaat dan om de
aandeelhouders, schuldeisers, consumenten, concurrenten, werknemers, en de overheid.

In 1947 werd er een Nationale Arbeidsconferentie gehouden waarbij men tot het besluit kwam dat
een “overlegeconomie” slechts zinvol kan zijn wanneer zij steunt op correcte, passende, en niet voor
betwisting vatbare informatie. Er werd ook een oproep gelanceerd om over te gaan tot de uitbouw
van een wetgevend kader inzake:

o De boekhoudkundige registratie en de jaarrekening van de ondernemingen (nood aan
correcte boekhoudkundige registratie).

o De vorming van een korps van onpartijdige revisoren, bevoegd om de getrouwheid van de
door een onderneming meegedeelde informatie te controleren (nood aan
bedrijfsrevisoraat).

Pas in 1975 slaagde de Belgische wetgever erin om in het domein van het boekhoud- en
jaarrekeningenrecht een daadwerkelijke kaderwet tot stand te brengen: wet van 17 juli 1975 op de
boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen.

Het was de bedoeling om deze kaderwet van toepassing te maken op alle onderneming, ongeacht
hun grootte, aard, statuut of rechtsvorm.

Aangezien de wet van 17 juli 1975 enkel een kader creëerde van algemene beginselen waaraan nog
verdere uitvoering moest worden gegeven, werd aan de koning een uitgebreide
machtigingsbevoegdheid toegekend.

Om de wetgever hierin bij te staan werd bij KB van 21 oktober 1975 een commissie van experten
opgericht, zijnde de Commissie voor Boekhoudkundige Normen (CBN).

De tot stand gekomen harmonisatie en uitbouw van het boekhoud- en jaarrekeningenrecht werd
gaandeweg meer en meer beïnvloed door een behoefte aan internationalisering van de regels inzake
financiële verslaggeving. Gelet op de globalisering van het economisch verkeer, wordt het steeds
belangrijker dat de financiële staten van de internationaal opererende ondernemingen gelijkwaardig
en vergelijkbaar zijn.

De Europese Unie heeft op dit vlak baanbrekend werk verricht.

, Hoofdstuk 2. Bronnen van het boekhoud- en jaarrekeningenrecht
Afdeling 1. De Europese regelgeving


Zoals o.m. blijkt uit het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie vormt één van de
belangrijkste doelstellingen van de Europese Unie de inrichting van een eengemaakte interne markt.

In dat verband bepaalt artikel 50, lid 3, sub (g) van de Geconsolideerde Versie van het Verdrag
betreffende de werking van de Europese Unie dat de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen
over de waarborgen, die de vennootschappen moeten bieden voor de bescherming van zowel hun
aandeelhouders als derden, moeten worden geharmoniseerd voor de vorming van de
gemeenschappelijke markt.

Daarbij werd een grondige informatieverstrekking door het verplicht opstellen en openbaar maken
van een jaarrekening als een essentieel aspect opgevat om de bescherming van aandeelhouders en
derden te waarborgen.

Aldus werden met het oog op de realisatie van een interne markt een aantal belangrijke Europese
richtlijnen uitgevaardigd die de harmonisatie van het jaarrekeningenrecht tot doel hebben;

o De voormalige vierde Richtlijn.

o De voormalige zevende Richtlijn.

 Allebei opgeheven en vervangen door de Richtlijn 2013/34/EU van 26 juni 2013 (= de
Boekhoudrichtlijn). Deze richtlijn betreft geen volledige herwerking van de vierde richtlijn en
de zevende richtlijn. Het gaat eerder om een hervorming en bekrachtiging ervan.

De belangrijkste vernieuwingen van de boekhoudrichtlijn kunnen worden samengevat als volgt:

o De drempels om een “kleine vennootschap” vast te stellen werden aangepast; de berekening
van de drempels voor verbonden vennootschappen moet niet per se op geconsolideerde
basis gebeuren;

o De drempels om een “kleine groep” vast te stellen werden verhoogd;

o De categorie “microvennootschappen” werd ingevoerd.

Uit de opgesomde vernieuwingen komt duidelijk tot uiting dat de boekhoudrichtlijn het “Think Small
First” principe (denk eerst klein principe) vooropstelt.

De voornaamste doelstelling van de boekhoudrichtlijn bestaat er in de voorschriften voor financiële
verslaggeving verder te vereenvoudigen en de administratieve rompslomp te verminderen, in het
bijzonder voor kleine en middelgrote ondernemingen.

Naast de harmonisatierichtlijnen, werd binnen de Europese context aan beursgenoteerde
ondernemingen de verplichting opgelegd om hun geconsolideerde jaarrekening op te stellen met
toepassing van de “International Accounting Standards” (IAS) en de International Financial Reporting
Standards (IFRS).

Deze verplichting geldt sinds 1 januari 2005 en ligt verankerd in de IAS-verordening.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lawstudentvub1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.07. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48298 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$10.07  19x  sold
  • (3)
Add to cart
Added