Deze samenvatting is ideaal om door te nemen als voorbereiding op je tentamen. Het bevat een beknopt maar duidelijk overzicht van de tentamenstof en geeft een heldere uitleg van elk begrip en van de correlaties tussen de theorieën. Daarnaast wordt ook alle relevante literatuur besproken.
Inhoud
• Week 1 - Confusing stories
- Text 1.1: Van Peer et al. Chapter 1. A new beginning. From: Scienti c Methods for the
Humanities, (pp. 1-21; digital version available through the UB).
- Lecture 1
- Text 1.2: Visch, V., & Tan, E. (2008). Narrative versus style: Effect of genre-typical events versus
genre-typical lmic realizations on lm viewers' genre recognition. Poetics, 36(4), 301-315.
(Available via Google Scholar).
- Text 1.3: Hakemulder, F. (2020). Finding meaning through literature: foregrounding as an
emergent effect. Anglistik: International Journal of English Studies, 31, 91-110.
- Seminar 1
• Week 2 - Entertaining stories
- Text 2.1: Kuijpers, M. M., Hakemulder, F., Tan, E. S., & Doicaru, M. M. (2014). Exploring
absorbing reading experiences. Scienti c Study of Literature, 4(1).
- Lecture 2
- Text 2.2: Knobloch, S., Patzig, G., Mende, A. M., & Hastall, M. (2004). Affective news effects of
discourse structure in narratives on suspense, curiosity, and enjoyment while reading news and
novels. Communication Research, 31(3), 259-287. (Google Scholar)
• Week 3 - Humorous stories
- Text 3.1: Wyer, R. S., & Collins, J. E. (1992). A theory of humor elicitation. Psychological Review,
99(4), 663.
- Lecture 3
- Text 4.2 : King, C. M. (2000). Effects of humorous heroes and villains in violent action
lms. Journal of Communication, 50(1), 5-24.
• Week 4 - Convincing stories
- Text 4.1: Green, M. C. (2006). Narratives and cancer communication. Journal of
Communication, 56, 163-183.
- Lecture 4
• Week 6 - Meaningful stories
- Text 6.1: Oliver, M. B. & Bartsch, A. (2011). Appreciation of entertainment. The importance of
meaningfulness via virtue and wisdom. Journal of Media Psychology, 23(1), 29-33.
- Lecture 5
- Text 6.2: Wirth, W., Hofer, M. & Schramm, H. (2012). Beyond pleasure: Exploring the
eudaimonic entertainment experience. Human Communication Research, 38(4), 406.
• Week 7 - Recognizable stories
- Text 7.1: Read Slater, M. D., Johnson, B. K., Cohen, J., Comello, M. L. G., & Ewoldsen, D. R.
(2014). Temporarily expanding the boundaries of the self: Motivations for entering the story
world and implications for narrative effects. Journal of Communication, 64(3), 439-455.
- Lecture 6
• Week 8 - Fatal stories
- Text 8.1: Pyszczynski, Tom Solomon, Sheldon Greenberg, Jeff , (2003). In the wake of 9/11: The
psychology of terror. (pp. 11-35). Washington, DC, US: American Psychological Association, xiv,
227 pp. http://dx.doi.org/10.1037/10478-002.
- Lecture 7
- Text 8.2: Gabriel, S., & Young, A. F. (2011). Becoming a vampire without being bitten:
The narrative collective assimilation hypothesis. Psychological Science, 22(8), 990-
994. doi: 10.1177/0956797611415541
fi fi fi fi fi
, - Text 8.3: Khoo, G. S. (2018). From terror to transcendence: death re ection promotes
preferences for human drama. Media Psychology, 21(4), 719-749.
Week 1: Confusing stories
Tekst 1.1: Chapter 1. A new beginning - Van Peer et al.
De invloed van complexiteit en individuele achtergrond op de waardering van een cultureel artefact
(muziek, literatuur etc)
Terms:
- Complexiteit: hoe complex een verhaal is (veel personages vs weinig personages etc)
- Hedonische waarde: subjectieve mate van genot of plezier bij het consumeren van een artefact
- Empirisch onderzoek: een onderzoeksmethode waarbij observaties en experimenten worden
gebruikt om fenomenen te bestuderen en hypotheses te testen
Lecture 1 - Confusing stories
- Schema theory (Bartlett): Bartletts concept van "schema" verwijst naar een cognitief kader of
mentale structuur die eerdere ervaringen en kennis organiseert. Deze schema's zijn dynamisch en
beïnvloeden actief hoe individuen nieuwe informatie of situaties waarnemen, interpreteren en erop
reageren. Dus verhalen in ons brein bepalen hoe we de gaten vullen in de verhalen van anderen,
welk perspectief we aannemen en wat we onthouden.
- Schemata (Bartlett): Dit is de meervoudsvorm van "schema" en verwijst naar meerdere
georganiseerde mentale modellen van informatie.
- Scripts: Speci eke vormen van schemata die gebruikt worden voor het begrijpen van routines of
sequentiële gebeurtenissen (restaurant script: hoe gedraag je je, hoe betaal je etc).
- Selective perception: een tekst lezen vanaf een bepaald perspectief (Bv. Koper/inbreker)
- Causality (Michotte): Wat we zien proberen we te interpreteren als een ‘oorzaak-gevolg’-relatie.
- Remembering self (Kahneman): denkt terug en construeert verhalen van de dingen die je
meemaakt.
- Foregrounding (mukarovsky): literaire techniek waarbij bepaalde elementen in een tekst opvallend
worden benadrukt om de aandacht van de lezer te trekken en de betekenis te versterken. Werkt op
twee manieren:
1. Deviation: het bewuste gebruik van taal of structuur op een ongebruikelijke manier om de
aandacht te trekken en de tekst expressiever te maken.
- Internal deviation: verwijst naar afwijkingen binnen de tekst zelf, waarbij de auteur bewust de
conventionele structuur of taalgebruik verandert. (Bv. het gebruiken van ongebruikelijke taal:
Wegwerpmaatschappij ipv consumptiemaatschappij)
- External deviation: verwijst naar afwijkingen buiten de tekst, waarbij de context of de normen
van de samenleving worden veranderd. (Bv. Spreektaal in een formeel document, wat de lezer
verrast en de aandacht vestigt op de boodschap of intentie van de auteur.)
2. Parallelism: Het herhalen van structuren of patronen om een ritmisch of visueel effect te
creëren.
> Foregrounding richt zich op de opvallende aspecten van de vorm, die de lezer bewust
maken van de kunstmatigheid en de esthetische dimensie van de tekst.
- Devices: Dit zijn de verschillende technieken en hulpmiddelen die auteurs, regisseurs, of
kunstenaars gebruiken om de inhoud van een verhaal vorm te geven en te presenteren. Dit omvat
zaken als symboliek, metaforen, stijl guren, en andere literaire of artistieke elementen die de
betekenis en expressie van het verhaal versterken.
- Deautomatisering (Shklovsky): Een literair concept waarbij technieken worden gebruikt om het
automatische begrip van taal of kunst te verstoren, waardoor lezers gedwongen worden bewust na
te denken over de tekst of het kunstwerk. Het doel van deautomatisation is om alledaagse,
vertrouwde objecten en verschijnselen op een nieuwe, ongebruikelijke manier te presenteren,
zodat ze opnieuw worden ervaren en hun perceptie wordt verfrist.
- Obstruction: Factoren die het vertelproces compliceren of vertragen, vaak gebruikt om de aandacht
van de lezer te richten op bepaalde aspecten van de tekst.
fi fi fl
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller carmencox. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.13. You're not tied to anything after your purchase.