100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Memo MAX havo bovebouw - Geschiedenis $8.70   Add to cart

Summary

Samenvatting Memo MAX havo bovebouw - Geschiedenis

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Deze complete en zorgvuldig samengestelde samenvatting biedt alles wat je nodig hebt voor je geschiedenistoets (examen). Gebaseerd op het boek, goede aantekeningen en aangevuld met opgeloste belangrijke opdrachten, krijg je een helder overzicht van alle essentiële onderwerpen. Met deze sam...

[Show more]

Preview 2 out of 8  pages

  • No
  • Paragraaf 1.3 & 1.4 & 2.1 & 1.1 & 2.3 & 1,5 & 2.2
  • June 18, 2024
  • 8
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Samenvatting geschiedenis
BEVAT: -Thema 1, politiek; 1.3, 1.4 en 2.1
-Thema 2, economie; 1.1 en 2.3
-Thema 3, religie; 1.5 en 2.2

THEMA 1, POLITIEK
1.3 – De Griekse democratie/De Atheense democratie
 In Athene hebben ze een directe democratie.
 Een directe democratie wil zeggen dat alleen alle Atheense mannen die geen slaaf
waren, rechtstreeks mochten meebeslissen. De mannen die mochten meebeslissen
waren afkomstig uit Athene en bezaten over het Atheense burgerrecht. Kinderen,
vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meebeslissen.
 Een democratie is een regering ‘door het volk’. Wij leven ook in een democratie.
 Griekse stadsstaten werden een polis/poleis genoemd. Zij vormde geen eenheid. Het
waren afzonderlijke staatjes met een eigen bestuur. Athene was een hele grote polis.
 In het oude Griekenland kon een directe democratie ontstaan doordat de Grieken in
stadstaatjes woonden, verspreid over de kusten en eilanden.
 De militaire oorsprong van de Atheense democratie hield in dat gewone Atheners
nodig waren in de strijd als soldaat of als roeier op de vloot, waren zij in staat om
inspraak te eisen.
 Onderling de volwassen en vrije mannen die mochten stemmen, was onderlinge
gelijkheid heel belangrijk. Zij waren bevreesd over een te machtige leider.
 Ooit was Athene geregeerd door koningen, later werd het een aristocratie ook was
het voorgekomen dat één man tijdelijk de macht greep  een tiran.
 Aristocratie hield in dat een land werd geregeerd door een adel.
 Een adel is een rijke en belangrijke man die zichzelf als het beste zagen.
 Een monarchie is wanneer een land wordt geregeerd door een koning of koningin.
 Door veranderingen in de oorlogsvoering waren de gewone burgers steeds
belangrijker geworden; eerst als soldaten, later als roeiers en uiteindelijk hadden ze
invloed geëist over belangrijke beslissingen zoals oorlog en vrede. Dit bleek uit de
stemming over de Siciliaanse expeditie.
 De Siciliaanse expeditie hield in
 In het oude Griekenland ontstond het wetenschappelijk denken. Hier een paar
voorbeelden; 1. Denken over de natuur: ‘Hoe zit het heelal en de natuur in elkaar?’
 Antwoorden zocht men in de natuurfilosofie, op zoek naar het oerelement; het
allereerste element.
2. Ethiek: denken over het goede en het kwade.
3. Politiek: denken over hoe een polis bestuurd moet worden. Met een
democratie, een tiran, een aristocratie of een monarchie?
 Filosofen zijn mensen die allerlei aspecten van het bestaan onderzochten.

,  De filosoof Socrates stelde; ‘Ik weet niets, behalve dat ik niets weet’. Hij kon zich
ergeren aan mensen die stellig beweerden dat ze wel wisten hoe iets in elkaar zat.
Door scherpe vragen te stellen liet hen ontkennen wat ze eerder beweerd hadden.
 Met Socrates liep het niet goed af, hij werd in 399 v.Chr. ter dood veroordeeld. Met
zijn kritiek op de goden zou hij jongeren hebben bedorven. Misschien speelde ook
mee dat hij kritisch was over de Atheense democratie.
 Ook over de vraag hoe je een polis moet besturen dachten de filosofen in die tijd veel
over na. De meningen hierover verschillende;
De filosoof Plato (een leerling van Socrates) was er van overtuigd dat er een
regerende bestuur moest zijn die bestond uit wijze mensen die onpartijdig waren en
die alle belangen goed afwegen. Hij kon zich moeilijk voorstellen dat je bij de
meerderheid stemmen (wat in een democratie het besluit bepaalde) kon bepalen wat
goed of waar was. Volgens Plato namen politici in een democratie vooral besluiten
waarmee ze het de burgers naar de zin konden maken.
 Burgers lieten zich ook vaak misleiden door handige sprekers, de meerderheid van
de burgers had bovendien niet altijd gelijk.
Plato zei; ‘Als je ziek bent, ga je naar de dokter. Iedereen die leiding nodig heeft, zou
zich moeten wenden tot mensen die leiding kunnen geven’.
Aristoteles (een leerling van Plato) vond dat monarchieën, aristocratieën en
democratieën allemaal goed konden werken, maar ook op hun eigen manier
gevaarlijk konden worden. Hij wilde het liefst een mengvorm van alle drie, zo kon een
goed en stabiel bestuur ontstaan. Verder vond hij kennis van groot belang om goede
beslissingen te kunnen nemen. Anders dan Plato richtte hij zich vooral op het
verzamelen en systematisch opschrijven van kennis, op bijna elk gebied. Hij nam
daarmee afstand van het speculatieve manier van denken van eerder filosofen.

1.4 – Het Romeinse Rijk
 Staatsvormen van het Romeinse Rijk: tot 509 v.Chr was de stad Rome een koninkrijk.
Van 509 to 31 v.Chr was Rome een Republiek Romeinse Rijk. Van 31 v.Chr tot 476 was
Rome een keizerrijk. De eerste keizer was Augustus.
 De opkomst van het Romeinse Rijk verklaren:
1. Sterk beroepsleger.
2. Strategisch bondgenootschappen inzetten, ook overwonnen volken konden
bondgenoot worden.
3. Verovering brachten nieuwe rijkdommen, landbouwgronden en krijgsgevangen.
Krijgsgevangenen werden ingezet als slaven.
 Rome was sinds de 5e eeuw een republiek: het bestuur was in de handen van
bestuurders die de Romeinse burgers zelf hadden gekozen. In werkelijkheid maakte
enkele aanzienlijke Romeinse families de dienst uit. Streden onderling om de
belangrijkste politieke en militaire macht  zo ontstonden burgeroorlogen.
 Vanaf keizer Augustus kende het rijk een lange periode van afgedwongen rust: de
zogenoemde pax Romana = Romeinse vrede.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nazarerikci. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.70. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76462 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$8.70
  • (0)
  Add to cart