Kwalitatieve Onderzoeksmethoden - Colleges
Hoorcollege 5 februari 2024:
Keuzes maken op een verantwoorde manier.
Twee soorten problemen:
- Een wetenschappelijk probleem: afgeleid uit de literatuur (maar ook geïnformeerd door de
praktijk: maatschappelijke relevantie).
- Een bedrijfskundig probleem: afgeleid uit de praktijk (en geïnformeerd door de literatuur).
Bedrijfskunde: scheiding tussen wetenschap en praktijk niet zo zwart-wit. Combinatie van beiden.
Hawthorne studies: effect werkgever op werknemer.
Twee typen onderzoek:
- Fundamenteel onderzoek: theorie ontwikkeling en theorie testen. Universiteit.
- Toegepast onderzoek: probleemoplossing en ontwerpgericht onderzoek. Hogeschool.
Twee cycli:
- Empirische cyclus: past bij fundamenteel onderzoek. Observatie (inzichten; theorie
ontwikkelen) → Inductie (patronen zien) → Deductie → Testen (van theorie) → Evaluatie.
Wetenschappelijk: scriptie over ‘hybride werken’. Welke data verzamelen? Hoe analyseer ik het? Wat
levert het op?
Beschrijft de context waarbinnen een studie plaatsvindt. Beschrijft een ‘issue’ dat bestaat in de
theorie (en de praktijk) dat vraagt om verder onderzoek: wat is de gap? Moet gepresenteerd worden
in een bepaalde context, die kort toegelicht moet worden, inclusief een bespreking van het
conceptuele raamwerk waar het in ingebed is. Het probleem moet zo verwoord worden dat het
begrijpelijk is voor de ‘geïnteresseerde leek’.
Theoretische kloof:
Wetenschappelijk onderzoek: je draagt bij aan een debat (conversatie). Wetenschappelijk probleem:
we weten er te weinig van.
Twee manieren om te beginnen:
- Kloof zien (research gap).
- Problematiseren.
Gaandeweg steeds meer specialisatie en betere inzichten.
Proces van fundamenteel onderzoek: onderwerp op basis van theorie → literatuurreview →
onderzoeksdesign (hoe ga je onderzoek doen?) → dataverzameling → data-analyse → reportage.
Toegepast onderzoek: welke data verzameld? Hoe gemeten? Hoe geanalyseerd? Wat voor inzichten
levert het op? Wat doet men met resultaten?
, Performance gap: het gaat hier dus om een bedrijfsprobleem (en niet puur iets van wetenschappers
of literatuur). Een bedrijfsprobleem is een bedrijfsproces of -systeem dat suboptimaal is en de
verwachtingen niet (meer) waar kan maken (bijv. kwaliteit, kosten, snelheid, etc.).
Er is verschil tussen de huidige en gewenste situatie.
Ander proces: toegang tot organisatie → probleemstelling formuleren → literatuurreview,
dataverzameling en -analyse → evalueren en interveniëren → reportage.
Deductief: eerst denken dan doen. Theorie. Het logische proces van het afleiden van een conclusie uit
een bekende premisse of iets dat bekend staat als waar. Bestaande theorie testen; gebruikt data om
te evalueren of je hypothesen geldig zijn. generaliseert van algemeen naar specifiek. (KWANO)
Inductief: eerst doen dan denken. Het systematische proces van het opstellen van een algemene
propositie op basis van observatie of bepaalde feiten. Nieuwe theorie ontwikkelen; gebruikt data om
een fenomeen te onderzoeken. Generaliseert van specifiek naar algemeen geldend. (KWALO)
Kwalitatief: propositie. Wat de uitkomst is. Inductief.
Kwantitatief: hypothese. Deductief.
Abductie: een theoretische interpretatie van een empirisch probleem die kan leiden tot de
ontwikkeling van nieuwe theorieën. Meer dan een mix van deductie en inductie.
Ontologie: wat is waar(heid)?
Epistemologie: hoe weten we dat?
Axiologie: de rol van waardes in onderzoek.
Paradigma: een set van ontologische en epistemologische (en soms axiologische) veronderstellingen.
Ontologie en epistemologie vormen samen onderzoeksfilosofieën.
Verschillende paradigma’s: positivisme pragmatisme, interpretivisme. → kennen voor tentamen!
Kennisclips 12 februari 2024:
Problem solving cycle
Onderscheid zich van fundamenteel onderzoek. Richt zich op oplossen van problemen.
Dingen kunnen altijd beter; dingen zijn suboptimaal.
Design thinking: verbeteren huidige situatie. Richt op daadwerkelijk oplossing bieden en uitproberen.
Design thinking: empathize → define → ideate → prototype → test.
In dit vak: vooral probleem definiëren, diagnose en design van oplossing.
Elke aanpak heeft een ander doel en kijkwijze.
PSC: literatuur kan je wel inzetten om bijv. definities van concepten te geven, om tot concepten te
benoemen, voorbereiding op interviews. Verder niet!
Kern bedrijfsprobleem: stelling over probleem dat een bedrijfsprobleem aankaart. Geen vraag of
uitleg. Gericht op performance. Kloof tussen wat je wilt en wat er is in de praktijk.
Problem mess: het moet een uitdaging zijn om het probleem op te lossen. Dus
wicked/ongestructureerd probleem. Bijv. Coronacrisis.
Kern problem mess: verschillende perspectieven, afhankelijkheden en waarden.
Keuzes maken. Zelf definiëren: wat gebeurd hier? Samen met stakeholders.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LoisCavis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.30. You're not tied to anything after your purchase.